16
I. ALGEMEEN.
de Gemeente te onteigenen
Beheer
1
dienst der stadsontwikkeling EN VOLKSHUISVESTING VAN 'S-GRAVENHAGE.
VERSLAG OVER HET JAAR 1947.
wordt bijgehouden, waarin alle Gemeente-eigen-
dommen staan aangegeven, terwijl tevens, als
aanvulling hiervan, een register in bewerking
is, waarin de wisselende bestemmingen van deze
eigendommen worden genoteerd. Bovendien
werd er op gewezen, dat de Stichting „Centraal
Woningbeheer” is belast met de verhuring van
de door de Gemeente in het belang van de
Volkshuisvesting gebouwde woningen, terwijl
Stadsontwikkeling en Volkshuisvesting de eigen
dommen van het Grondbedrijf en in het alge
meen de landelijke eigendommen behandelt,
zomede, in samenwerking met de Stichting
„Centraal Woningbeheer”, de woningen en ge
bouwen, welke voor een speciaal doel zijn aan
gekocht (doorbraken, rooilijnen etc.) en dat
Gemeentewerken verschillende gebouwen be
heert, als scholen, ambtswoningen enz. en dit
ook in de toekomst zal moeten blijven doen,
zodat centralisering dezer werkzaamheden meer
overleg en meer administratie tussen de be
trokken diensten noodzakelijk zou maken, het
geen derhalve uit organisatorisch oogpunt on
gewenst zou zijn.
Aangezien alle gegevens dus steeds en ter
stond kunnen worden verstrekt, w’erd in het
rapport geconcludeerd, dat een reorganisatie op
dit punt overbodig is. Aan het einde van het
verslagjaar hadden Burgemeester en Wethou
ders hun beslissing nog niet doen weten.
Beheer.
De Dienst der Stadsontwikkeling en. Volks
huisvesting werd beheerd door Burgemeester
en Wethouders, bijgestaan door de Commissie
voor de Plaatselijke Werken en Eigendommen,
bestaande uit mevrouw N. C. Boumavan Strie-
land en de heren J. W. van den Akker, Jhr. Mr.
J. M. M. van Asch van Wijek, G. W. Hijlkema,
P. P. J. Metscher en K. J. Nieukerke. Als voor
zitter fungeerde de Wethouder van Wederop
bouw en Openbare Werken, de heer Ir. L. J.
M. Feber.
van het Rijk
Commissie eenheid in de methode van archief-
administratie.
Bij besluit van Burgemeester en Wethouders
werd ingesteld een Commissie tot onderzoek
van het vraagstuk of, en zo ja, op welke wijze
eenheid betracht kan worden in de verschillen
de archiefadministraties der Gemeente, waarin
werden benoemd: tot lid en voorzitter de heer
P. Noordenbos, directeur van het Registratuur-
bureau der Vereniging van Nederlandse Ge
meenten; tot leden de heren: Mr. M. Blei Weiss
mann, administrateur van de Dienst voor So
ciale Belangen; J. G. W. Bolomey, directeur
der Gemeentewerken; Ir. A. J. Gurck, directeur
van de Duinwaterleiding; Y. Jongstra, secre
taris der directie van de Dienst der Stadsont
wikkeling en Volkshuisvesting; J. H. van der
Pouw, administrateur der Duinwaterleiding;
Dr. F. Steggerda, directeur van het Nederlands
Instituut voor Documentatie en Registratuur;
tot lid-secretaris de heer G. de Wit, hoofd
commies ter Gemeentesecretarie. Bij hun schrij
ven van 13 Augustus 1947 voegden Burgemeester
Beheer van in verband met wederopbouw ont
eigende gronden enz.
Naar aanleiding van een desbetreffend voor-
i stel deelden Burgemeester en Wethouders bij
schrijven van 20 November 1947 mede, dat zij
hadden besloten de volgende, bij de wederop-
i bouwplannen betrokken, gronden in beheer te
I geven bij de Dienst:
I o. gronden, welke ten name van de Gemeente
zijn onteigend;
i b. ten name van
gronden;
I c. terreinen, welke reeds Gemeente-eigendom
zijn en als verwoeste grond kunnen worden
schouwd en
d. gronden, welke te zijner tijd
zullen worden overgenomen.
en administratie gebouwde eigendommen of
gedeelten daarvan, waarover de Gemeente beschikt.
In hun schrijven van 18 Januari 1947, gericht
aan Gemeentewerken, Stadsontwikkeling en
olkshuisvesting en de Stichting „Centraal
Woningbeheer” deelden Burgemeester en Wet
houders mede, dat bij het efficiency-onderzoek
'hiervoor moge worden verwezen naar het me
degedeelde in het verslag over 1946) de wense
lijkheid is betoogd om op een centraal punt een
totaal overzicht te hebben van de gebouwde
eigendommen e.a. waarover de Gemeente be-
I schikt en tevens de werkzaamheden betreffende
het huren en verhuren van deze bezittingen te
I centraliseren.
In een gemeenschappelijk schrijven d.d. 10/11
j i 'ebruari 1947 werd aan het College van Burge
meester en Wethouders bericht, dat sedert
ruim een kwart eeuw bij Stadsontwikkeling
en Volkshuisvesting een eigendomsregister
BIJLAGE