32 14 In de samenstelling van de Commissie, zoals deze is vermeld in het jaarverslag over 1946, kwam in het verslagjaar geen wijziging. De Commissie heeft tot taak „de beoordeling van het zedelijk gedrag van personen, die voor plaatsing in Gemeentedienst of bij semi-Gemeen- telijke instellingen in aanmerking konden komen en die eenmaal of meermalen zijn veroordeeld of omtrent wier zedelijk gedrag op andere wijze iets ongunstigs bekend is”. Ook in het verslagjaar ondergingen de voor schriften, door Burgemeester en Wethouders vastgesteld voor de plaatsing van personeel in Gemeentedienst, geen wijziging. Vermeldens waard is, dat aan het Bureau der Gemeentelijke Personeelsvoorziening werd opgedragen het in winnen van inlichtingen over de politieke ge dragingen tijdens de bezetting van sollicitanten naar vacante Gemeentebetrekkingen. In het jaar 1947 weerden 2024 aanvragen om personeel van de verschillende takken van dienst ontvangen. In de gevallen, dat in de voorziening daarvan uit bij het Bureau ingeschrevenen niet onmiddellijk kon worden voldaan; werd een rondschrijven gezonden aan alle Gemeentelijke diensten en bedrijven en/of advertenties in de pers geplaatst. Naar aanleiding van deze oproe pingen werden gedurende het tijdvak 1 Januari tot en met 31 December 1947 in totaal 4197 schriftelijke sollicitaties bij het Gemeentelijk Bureau voor Personeelsvoorziening ontvangen. Een groot aantal aanvragen om personeel van bedrijven en diensten, waaraan het Bureau niet kon voldoen voornamelijk werklieden werd doorgezonden naar het Gewestelijk Arbeids bureau. Voor nadere gegevens betreffende het aantal aanvragen en plaatsingen van nieuw personeel wordt verwezen naar staat XI op blz. 15. Het aantal wachtgelders vermeerderde met 13. Deze toeneming werd voornamelijk veroorzaakt door de opwachtgeldstelling van het personeel der Gemeentelijke Vakcursussen voor werklozen. De totale sterkte van de reservisten en wacht gelders was als volgt. Staat X geeft een specificatie van het restant wachtgeld plus schadeloon. Dit bedrag wordt gevormd door het wachtgeld en schadeloon van hen, die Staat IX op blz. 13 geeft een overzicht van: a. het totaal der door de Personeelsreserve over 1947 uitgekeerde lonen en wachtgelden; b. de diensten, bedrijven en andere Gemeentelij ke instellingen, waarbij de op genoemde be dragen betrekking hebbende personen waren te wrerk gesteld. a. door te hoge leeftijd, ziekte of verminderde geschiktheid niet of niet volledig te werk ge steld konden worden; b. te werk gesteld zijn in een betrekking, waar aan op het ogenblik een lagere bezoldiging verbonden is dan aan de betrekking, die zij verlieten, zodat het tekort voorlopig wordt bijbetaald. Ten aanzien van de geldelijke uitkomsten der wachtgeldregeling en van de personeelsreserve zij nog het volgende vermeld. Het restant wachtgeld met schadeloon-perso- neelsreserve bedroeg over 1947 f 111.954,31 tegen f 114.011,79 in 1946. VERSLAG VAN HET BUREAU VOOR WERKLOZENZORG EN PERSONEELSVOORZIENING. schadeloon. Jaar 1947. Totaal, i) f 215.28 f s 4.479,04 1.840,62 f n 91.060,70 Schadeloon Personeelsreserve f 111.954,31 Dienst voor Sociale Belangen Eleetriciteits-Bedrijf Gemeentewerken Koninklijke Schouwburg Leen- en Voorschotbank Gemeenteplantsoenen 181 112 91 61 51 w s 2.606,02 19.365,21 27.187,04 20.755,87 19.305,94 133,25 411,10 2.606,36 2.189,04 6.109,96 215.28 1.428,06 Wachtgelders. 264 544,35 2.982,36 213 116 57 45 58 C. Commissie Zedelijk Gedrag. w 2) f 8 2) B. Personeelsvoorziening. 1) Voor zoover niet afzonderlijk gesplitst in wachtgeld en schadeloon betreffen de bedragen wachtgelden. 2) w wachtgelds schadeloon. Stand op Reservisten. 225 Afdeling Financiën: Brandweer Bureau voor Werklozenzorgen Personeelsvoorziening Onderwijs Politie Secretarie Vakcursus voor werklozen f 111.615,15 339,16 1925 der reserve) 1935 1945 1946 1947 1947 STAAT X. Verdeling restant wachtgeld en Bedrijven en diensten. Stadsontwikkeling en Volkshuisvesting Gemeenteziekenhuizen w f 4.472,24 6,80 mm 1 Juli (oprichting 1 Januari 1 Januari 1 Januari 1 Januari 31 December

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1947 | | pagina 369