34 J zinsleden. In ernstige twijfelgevallen werd vaak de medewerking van de economische recherche ingeroepen, terwijl door de sociale werkers ont dekte ontmoetingspunten vanzwarthandelaars aan de Politie werden opgegeven, evenals de ge vallen, waarin wegens gebleken zwarte handel ten onrechte ondersteuning was genoten. Het werd aan ondersteunden verboden zich op be doelde punten op te houden, zulks op straffe van steunintrekking. Dikwijls werden zwakke lingen door overreding tot beter inzicht ge bracht en door plaatsing in bewakingsdienst of werkverschaffing aan de funeste invloed van de zwarte handel onttrokken. In het verslagjaar vonden de volgende extra- verstrekkingen en uitkeringen plaats. Detentie. Veel steunaanvragen waren het gevolg van het feit, dat het gezinshoofd of de kostwinner een straf onderging, waartoe hij reeds gedu rende of kort na de oorlog was veroordeeld, maar aan de uitvoering waarvan wegens plaats gebrek in gevangenis of huis van bewaring niet onmiddellijk gevolg kon worden gegeven. In die gevallen, waarin het strafbare feit in de oorlog werd gepleegd (soms als een gevolg van de toen heersende omstandigheden), waardoor de ernst van het delict, mede doordat de delin quent zich intussen heeft gereclasseerd en als een goed huisvader door arbeid in het onderhoud van het gezin voorziet, wel zéér is „verbleekt”, moet zo’n strafexecutie veeleer als een sociale teruggang voor het gezin dan als een uit een oogpunt van speciale of generale preventie nuttige maatregel worden aangemerkt. Maar al te vaak behoedde de sociale werker het gezin tijdens afwezigheid van het hoofd voor sociale of morele teruggang en diende bij de invrijheidstelling bemiddeling te worden ver leend om de man bij zijn vroegere of een andere werkgever geplaatst te krijgen. Zwarte handel. Met grote energie is getracht een dam op te werpen tegen deze onwettige handel. Strenge controle werd toegepast op het eventueel uit oefenen daarvan door ondersteunden of hun ge- Ten behoeve van de kinderen tot 14 jaar wer den aan de daarvoor in aanmerking komende ondersteunden bonnen uitgereikt, tegen afgifte waarvan volgens de geldende distributiebepa- i In de week van 1520 December 1947 werd aan de ondersteunden een kersttoeslag, bedra gende 25 pCt. van het toegekende steunbedrag met een minimum van f 2,50, uitgekeerd. Op 24 December ontvingen alle ondersteunden, daarmee gelijkgestelden en 1 000 perso nen, die in inrichtingen werden verzorgd, een kerstpakket, bestaande uit een kerstkrans en/of kerststaal, huishoudzeep en goudreinetten. Dat deze verstrekking zeer op prijs werd gesteld, bleek uit de vele ontvangen dankbetuigingen. In totaal werden verstrekt 3 583 kerstkransen, 4 984 kerststaven, 10505 dubbele stukken huishoud zeep en 10 500 kg goudreinetten. Het was de af deling Vervoer, Distributie en Meubilair moge lijk, dank zij een zorgvuldige voorbereiding en de hulp van andere afdelingen, het kerstpakket op één dag aan alle daarvoor in aanmerking kontende personen uit te reiken. Voor het stookseizoen 194&/,47 ontvingen de ondersteunden waardebonnen, waarop de hande laren, die hiervoor in aanmerking wensten te komen, voor de aangewezen distributiebonnen brandstoffen leverden en de kosten aan de Dienst in rekening brachten. Het stookseizoen 1947/’48 werd geacht te lopen van 26 October 1947 tot en met 17 April 1948. Ge durende deze periode ontvingen de ondersteun den een wekelijkse brandstoffenbijslag van f 2,— of f 1,al naar gelang zij in het bezit waren van een hele of halve door de Distributiedienst uitgereikte brandstoffenkaart. gevoel, waarmede huwelijken gesloten en weer spoedig ontbonden worden, is nog wel het minst ernstige verschijnsel. Veel erger is de openlijke huwelijksontrouw, die door velen als normaal wordt geaccepteerd. Talrijk waren de verzoeken om ondersteuning van vrouwen, die door de echtgenoot waren ver laten of die zelf het gezin verlieten, zonder dat hiertoe ernstige redenen aanwezig waren. Nog bedenkelijker is het verschijnsel, dat vrouwen van gedetineerden, oorlogsslachtoffers, verlaten vrouwen en weduwen, om financiële of sexuele redenen een onwettige samenleving aangaan en zich verontschuldigen met de op merking „Dat doet iedereen”. Vaak is door zéér tijdrovende gesprekken met beide partijen, waarbij een beroep werd gedaan op de betere gevoelens (waarvan dikwijls niet veel meer viel te bespeuren) of op het verant woordelijkheidsgevoel ten opzichte van hun op groeiende kinderen en waarbij bestaande of vermeende grieven werden verklaard of wegge nomen, een verandering ten goede tot stand gebracht. Echter moest evenveel malen de ondersteu ning worden ingetrokken van hen, die in een onwettige samenleving bleven volharden. VERSLAG VAN DE GEMEENTELIJKE DIENST VOOR SOCIALE BELANGEN. 6 Melkverstrekking. Kerstuitkering. Brandstoffenvoorziening.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1947 | | pagina 382