35 f 13.288,02 f 15.540,17 was 88.949,76 Art. III. 158.559,11 Art. IV. 63.738,71 Totaal f 8.175,77 Art. II. 166.706,94 Art. VI. 233,10 471,67 f 175.587,48 Art. III. Art. IV. Totaal f 3.536,33 Gewone dienst. 3 Art. V. Art. VI. Totaal werd uitgegeven voor: „Algemene kosten” „Kosten verstrekking warm voedsel” „Kosten verstrekking sehoolmelk” „Kosten verstrekking kleding en schoeisel” 3.500,81 8.301,46 1.485,75 Minder Art. 1. Art. II. 425,09 3.111,24 f Kapitaaldienst. Ten aanzien van de Kapitaaldienst wordt op gemerkt, dat als batig saldo van 1946 werd opgenomen een bedrag van f 966,61, welk bedrag over 1946 teveel werd ontvangen. De ontvangsten voor „Aanleg en uitbreiding” voor 1947 werden met eenzelfde bedrag ver minderd. Omtrent de rekening van de Gemeentelijke Dienst voor Schoolkinderzorg over het jaar 1947 valt het volgende op te merken. De baten bedroegen in totaal f 492.233,85, de lasten f 724.462,27, zodat de rekening sluit met een nadelig saldo van f 232.228,42. Dit is f 141.448,58 beneden het volgens de begroting voor 1947 geraamde bedrag. Het totaal der lasten bleef f 313.499,73 be neden de raming. Meer werd gevergd voor: „Renten” „Afschrijvingen” Art. VIII. „Onvoorzien” Meer werd ontvangen „Ontvangsten uit strekking schoeisel” „Bijzondere inkomsten' f 326.787,75 Het totaal der baten bleef f 172.051,15 beneden de raming. Minder werd ontvangen voor: Art. I. Lasten. De lagere uitgaven voor artikel I „Algemene kosten” en artikel II „Kosten verstrekking Warm voedsel” zijn een gevolg van het feit, dat de deelneming aan de schoolvoeding beneden de verwachting bleef. „Ontvangsten uit ver strekking warm voedsel” „Ontvangsten uit ver strekking sehoolmelk” „Verhaal pensioens bijdragen” Art. VIL „Ontvangsten uit exploi tatie lunchroom Zuider- park” In verband met de strenge vorstperiode kon de melkverstrekking op de Haagse scholen ge durende de maanden Februari en Maart 1947 grotendeels geen doorgang vinden. Hierdoor is in hoofdzaak de verlaging der uitgaven voor artikel VI „Kosten verstrekking sehoolmelk” verklaard. Aangezien in 1947 geen kleding en schoeisel is verstrekt aan kinderen, wier ouders een consu- mentencrediet hadden opgenomen, bleven de uitgaven voor kleding en schoeisel ver beneden de raming. Artikel V en VI „Renten” en „Afschrijvin gen” moesten bij de samenstelling der bedrijfs- begroting voor „memorie” worden geraamd, aangezien het bedrag, waarvoor de bezittingen van de voormalige Gemeentelijke Jeugddienst bij de Gemeentelijke Dienst voor Schoolkinder zorg moeten worden ingebracht, nog niet vastgesteld. De verhoging van artikel VIII „Onvoorzien” betreft een niet inbare vordering. Bij schrijven van Burgemeester en Wethouders d.d. 23 Sep tember 1947, corr.no. 190225, afd. F., werd deze vordering oninbaar verklaard. Baten. Artikel I „Ontvangsten uit verstrekking warm voedsel” bleef beneden de raming als gevolg van mindere deelneming aan de schoolvoeding en mindere afneming van warm voedsel door derden. Aoor artikel II „Ontvangsten uit verstrekking sehoolmelk” gelden dezelfde motieven als voor artikel II der lasten „Kosten verstrekking sehoolmelk”. Bovendien werd slechts rekening gehouden met de bijdrage van het Haags School- melkcomité over het eerste halfjaar 1947. Het staat nog niet vast of ook over het tweede half jaar 1947 een bijdrage in de kosten zal worden ontvangen. Onder artikel IV „Bijzondere inkomsten” zijn verantwoord de ontvangsten voor verhuur van tafels, banken en serviesgoed f 1.000,—; rente van kasgeld f 1.000,en voor aandeel in de algemene kosten en administratie, gebracht ten laste van de lunchroom Zuiderpark, f 1.000, Totaal voor: ver kleding en VERSLAG VAN DE GEMEENTELIJKE DIENST VOOR SCHOOLKINDERZORG f Rekening van ADMINISTRATIEF OVERZICHT. de Gemeentelijke Dienst voor Schoolkinderzorg over het jaar 1947.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1947 | | pagina 424