1 GEMEENTEBELASTINGEN VAN 'S-GRAVENHAGE. VERSLAG OVER HET JAAR 1947. Het verslag geeft een overzicht van de vol gende Gemeentebelastingen: belasting op vermakelijkheden; hondenbelasting straatbelasting rechten voor het gebruik of genot van open bare Gemeentegrond; vergunnings- en verlofsrecht; schoolgelden; verpleeggelden Gemeentelijke openlucht- en buitenscholen; opcenten grondbelasting; opcenten personele belasting; ondernemingsbelasting. Het aantal afgegeven toegangsbewijzen be droeg, in percenten van het totaal, voor: terwijl het gemiddeld bestede bedrag per toe gangsbewijs bedroeg voor: over 1946 en f 1.509.144,over 1945, zodat de opbrengst over 1947 rond f 26.600,of ruim 1 pCt. minder bedroeg dan die over 1946. Over 1939 bedroeg de zuivere opbrengst f 769.932, Het percentage van de totale opbrengst dezer belasting op van Gemeentewege uitgereikte of afgestempelde toegangsbewijzen bedroeg voor toneel, opera, operette, ballet en concerten 11,7, voor bioscoopvoorstellingen (waaronder ook van bioscopen uitgaande toneel- en revue- voorstellingen, variété e.d.) 59,5, voor sport 3,5 en voor de overige vermakelijkheden 25,3. Uit staat II blijkt, dat in 1947 13 812766 toe gangsbewijzen werden af geleverd of gemiddeld 26 per inwoner. In 1946 waren deze cijfers ach tereenvolgens 14 840 782 en 31 en in 1939 onder scheidenlijk 7 914 580 en 16. Van het totale aan toegangsbewijzen bestede bedrag werd o.a. uitgegeven voor: De belasting wordt geheven krachtens de Verordening No. 17 van 1932. Tot 1 Januari 1947 bedroeg de belasting voor bioscoopvoorstellingen en kermisvermakelijk heden 20 pCt. van de bruto opbrengst der entree gelden en die voor de overige vermakelijkheden 15 pCt. van deze opbrengst. Bij Raadsbesluit van 9 September 1946, Bijl. 251 goedgekeurd bij Koninklijk besluit van 26 November 1946, No. 9 werd een uniform percentage van 20 vastgesteld. De maatregel werd genomen naar aanleiding van een aanschrijving van de Minis ter van Binnenlandse Zaken van 4 Juli 1946, No. 13701, afd. B.B. Bur. Fin., waarin enige eisen zijn gesteld ten opzichte van de heffing der Gemeentebelastingen, waaraan de gemeenten, welke op steun uit de Tweede Afdeling van het Gemeentefonds voor 1947 waren aangewezen, moesten voldoen. Bij genoemd Raadsbesluit werden voorts de tarieven van de oppervlaktebelasting, eveneens ingaande 1 Januari 1947, met ongeveer 50 pCt. verhoogd. Staat I bevat een overzicht van de opbrengst en van het voor toegangsbewijzen bestede be drag over de jaren 1945, 1946 en 1947, terwijl staat II een aantal gegevens vermeldt omtrent de in het verslagjaar van Gemeentewege uitge reikte of afgestempelde toegangsbewijzen in verschillende prijsklassen. De zuivere opbrengst dezer belasting be droeg over 1947 f 2.352.723,— tegen f 2.379.420,— BIJLAGE 9 1939 i 1945 1946 1947 1939 1945 1946 1947 1939 1945 1947 toneelvoorstellingen opera en operette ballet concerten bioscoopvoorstellingen sport toneelvoorstellingen opera en operette ballet concerten bioscoopvoorstellingen sport toneelvoorstellingen opera en operette ballet concerten bioscoopvoorstellingen sport 3,4 61,7 3.2 2,26 0,91 0,89 2,64 3,87 2,07 0,85 0,81 4,2 0,6 8,8 0,5 4,- 0,3 5.7 2,9 0,3 4.8 63,2 3.8 2,4 1,1 0,1 2,3 74,5 4,7 2,45 3,08 2,- 0,82 0,74 4.8 1.9 0,1 6,8 66,7 3,4 2,5 0,7 0,1 3,4 73,8 3,8 1,6 74,- 3,9 5,2 1.6 0,1 5.7 64,1 3.8 2,7 73,8 4,9 f 1,06 1,40 1,43 1,13 0,51 0,51 2,42 2,26 Belasting op vermakelijkheden. (Zie de staten I en II.) 1946 I f 2,41 f 2,24 9 Gd 9 4?;

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1947 | | pagina 89