12 10 den geconstateerd, dat de opbrengsten in het algemeen de begrote bedragen hebben overtrof fen, waardoor een groot deel van het oorspron kelijk geraamde verlies achterwege is gebleven. ADMINISTRATIEF OVERZICHT. De uitkomst van de jaarrekening over 1948 geeft een verliescijfer van f 217.315,76, terwijl oorspronkelijk werd geraamd f 410.200,welk bedrag in de loop van het jaar werd tenigge- bracht tot f 305.400, Het eindresultaat is dus rond f 88.000,gun stiger dan werd verwacht. Het totaalbedrag der uitgaven bleef f 69.600, beneden de raming en dat van de opbrengsten overtrof het begrote bedrag met f 18.400, Zoals uit het hierna volgend overzicht blijkt, werd ten laste van de artikelen I, IH, V, VI, VII en IX minder uitgegeven, maar voor de artt. II, IV en XI meer. T.a-v. art. I zij opgemerkt, dat het geringer aantal slachtingen zijn invloed heeft doen gel den op verschillende uitgaven. In het bijzonder zij de aandacht gevestigd op art. I. Een belangrijk kleiner kwantum stroom werd verbruikt, omdat in 1948 het varkensvoer koel huis niet zoals in 1947 als vriesinrichting werd gebruikt. Bovendien is een nog juister verdeling van de stroom over de drie bedrijven toegepast. Ook het kolenverbruik bewoog zich op lager niveau. Bovendien lagen de prijzen van kolen zowel als van stroom enigszins beneden de raming. Wat betreft art. VI en VII kan worden ver meld, dat de lagere uitkomst van het eerstge noemde artikel veroorzaakt is door invoering van éénzelfde rentetype voor alle kapitalen, het welk bovendien vaak beneden het oorspronke lijke in rekening gebrachte lag. Bij de samenstelling van het afschrijvings- bedrag werd rekening gehouden met de ver moedelijke uitbreiding over 1947, welke echter niet in haar geheel tot stand is gekomen. Tegenover de bovengenoemde mindere uit gaven staan zoals reeds gezegd enkele posten, welke hogere uitkomsten te zien geven. In de eerste plaats zij genoemd art. II, waar van de overschrijding dient te worden toege schreven aan het feit, dat één der pekelhuizen intensiever is gekoeld i.v.m. de opslag van fruit. Voorts geldt ook hier een juistere verdeling van het stroomverbruik, waardoor deze lastenreke- ning enigszins zwaarder werd belast. Eveneens vergde art. IV een hoger bedrag. Hier zijn het de onderdelen „Gebouwen”, en „Diverse inrichtingen”, welke de begrote bedra gen aanmerkelijk overschreden. In hoofdzaak was dit het gevolg van uitvoering van werk zaamheden door Gemeentewerken, welke in 1947 reeds zou plaats hebben. In de begroting voor 1948 waren derhalve voor deze werken geen be dragen opgenomen. Ten slotte kan nog met enige voldoening wor- vn. Vergelijking van de werkelijke uitkomsten der baten en lasten met die over 1947 toont in afgeronde bedragen de volgende verschillen aan. VERSLAG VAN HET OPENBAAR SLACHTHUIS. f 79.400,- 1J Minder uitgegeven f VII. Art. 11.400,— 23.000,— Art. >1 8.600,— terwijl minder uitgegeven wTerd voor: Art. 7.000,— ft Saldo meer uitgaven 31.300,— 14.500,— J, J» r» 88.600,— 3.500,— H IV. XI. 9.800,— 69.600,— ,_f 69.600,— 18.400,— 88.000,— 56.300,— 18.400,- f f Lasten. Art. Meer opgebracht Minder uitgaven Meer opbrengst Minder verlies. II. Meer 2.300,— 4.000,— 12.100,— 5.900,— f 3.000,— - 95,100,- f 72.100,— 17.100,— 150,— 29.400,— 20.800,— 11.550,— 400,— - f 500,— 6.400,— 2.900,— Vergelijking begroting. Baten. Art. VI. Minder opgebracht. I. „Exploitatiekosten slachthuis, inbegr. koel ruimten vers vlees” f III. „Fabricatie- en distribu- tiekosten van het ijs". V. „Algemene onkosten” VI. „Renten" VII. „Afschrijving”. I. Minder uitgegeven. III. V. VI. IX. Vergelijking uitkomsten. Meer brachten op: II. „Opbrengst koelruimten diverse waren” f V. „Verhaal aandeel nadelig saldo ten laste der kring- gemeenten 11.600, - f f 13.900,— 24.000,— - f 37.900,— f 39.700,— 6.100,— 6.500,— 4.000,— terwijl minder opbrachten: I. „Opbrengst slachthuis, inbegr. koelruimten vers vlees”f III. „Opbrengst ijs” V. „Verhaal van pensioens bijdragen en ziekte- verzekeringspremie” I. Meer II. UI- V. Saldo minder opbrengst Meer uitgegeven werd voor: Art. II. „Exploitatiekosten koel ruimten diverse waren” f IV. „Onderhoudskosten" 34.300, XI. „Rente van kasgeld” 2.900,— --45.800,-

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1948 | | pagina 134