17 18 en voor 25 pCt. ten laste van de Gemeente komt. Voor woningverbetering bedraagt de premi 60 pCt. der verbeteringskosten mits deze liggen tussen f 201,en f 2.400,Daaronder of daar boven worden geen premies toegekend. Voor woningsplitsing geldt dezelfde regeling, alleen liggen de grenzen hiervoor tussen f 201,— en f 4.200,—. Premie-aanvragen konden tot en met 31 December 1948 worden ingediend. Op dit tijdstip waren 1 692 aanvragen om premie voor woningverbetering ingediend en 61 voor wo ningsplitsing. Er werden 67 aanvragen voor premie woningverbetering volledig afgewerkt, waardoor een totaalbedrag van f 35.989,82 aan belanghebbenden werd uitgekeerd. Na de afkondiging van de „Financieringsre- geling Woningbouw 1947” op 27 Januari 1947 werd direct contact gezocht met bouwonderne mers, waarvan verwacht kon worden, dat zij met gebruikmaking van deze financieringsre- geling tot bouw zouden willen overgaan. De bedoeling van de finaneieringsregeling is namelijk om van regeringswege een deel van de werkelijk onrendabele kosten van de bouw voor rekening van het Rijk te nemen. Deze onrendabele kosten zijn het gevolg van de hoge bouwkosten, welke bijna het drievou dige bedragen van die van Mei 1940, en van de huurstop. Over een deel van deze onrendabele kosten, gelimiteerd door „goedgekeurde bouwkosten”, zoals deze door het Rijk worden genoemd, wordt gedurende een periode van 10 jaar door het Rijk een rente vergoed van 4 pCt. Dit onrendabele deel wordt herberekend, als wijzigingen optreden in de huren en/of de lasten. Na 10 jaar worden de dan onrendabel zijnde kosten becijferd, welke alsdan worden uitge keerd. Niettegenstaande genoemde financieringsre- geling een zeer te waarderen steun voor de woningbouw beloofde te zijn, bleek het in de aanvang niet mogelijk om de bouw'activiteit van particulieren in aanzienlijke mate te sti muleren. Op 1 Januari 1948 waren 27 aanvragen om financiering ingediend, terwijl op slechts 1 aan vrage een Ministeriële beschikking betreffende de jaarlijkse bijdrage was ontvangen. Gedurende de periode 27 Januari 1947 tot 31 December 1948 werden 79 aanvragen om een jaarlijkse bijdrage ten behoeve van te bouwen woningen ingediend en in behandeling geno men. Hiervan hadden 62 betrekking op erf- pachtsgrond en 17 op grond in eigendom. Daar de lasten en de huuropbrengst in het verslagjaar nagenoeg gelijk waren aan die van het vorige jaar, vertonen ook de uitkomsten slechts geringe verschillen. De gemiddelde onderhoudskosten bedroegen per woning en per jaar f 73,02 tegen f 63,35 over het vorige boekjaar. Bovendien werd uit het ..Fonds voor uitgesteld onderhoud” f 312.864,72 opgenomen, welk bedrag aan binnen- en buiten- verfwerk, herstellingen en vernieuwingen werd besteed. De onderhoudsreserves zijn gedaald van f 1.006.150,26 per ultimo November 1947 tot f 893.609,84 per 30 November 1948 of tot gemid deld f 134,26 per woning en per jaar. De reser ves van 9 complexen zijn geheel uitgeput. De fusie van de Algemene Coöperatieve Wo- ningvereniging met de woningbouwvereniging „Beter Wonen” kwam, ingaande 1 December 1947, tot stand. De naam der vereniging is ge wijzigd in „Algemene Woningbouwvereniging”. De woningbouwvereniging „Patrimonium” te Loosduinen werd op dezelfde datum opgeno men in de woningstichting „Patrimonium” te ’s-Gravenhage. Door deze en vorige fusies is het aantal te ’s-Gravenhage werkzaam zijnde wo ningbouwcorporaties, exclusief het Haags Te huis voor Onbehuisden, tot 8 gedaald. IX. BEMOEIINGEN MET PARTICULIERE BOUW. (MET INBEGRIP VAN VERBETERING EN SPLITSING VAN WONINGEN.) Naar aanleiding van de rondzendbrief van de Minister van Wederopbouw en Volkshuis vesting d.d. 13 Maart 1948 inzake de premie- verlening, werden op 27 April 1948 bij Burge meester en Wethouders voorstellen ingediend, waarbij tevens werd verzocht de behandeling van deze materie op te dragen aan de Dienst, in overleg met het Gemeentelijk Bouw- en Wo ningtoezicht. Machtiging werd gevraagd, over te gaan tot premie-uitkering aan belanghebbenden, indien aan alle voorwaarden is voldaan en de toezeg ging van de premie van het Rijk is ontvangen. Deze voorstellen werden op 27 Mei 1948 goed gekeurd met de opmerking, dat de premie-aan vragen bij de Gemeentelijke Dienst van de We deropbouw en de Stadsontwikkeling aanhangig moeten worden gemaakt. Op 12 Juli 1948 besloot de Raad aan de uit voering van de premieregeling mede te werken. Deze premieregeling houdt in, dat de overheid dat gedeelte der verbeterings- of splitsingskos- ten voor haar rekening neemt, hetwelk de voor oorlogse kosten te bovengaat, in die zin, dat deze premie voor 75 pCt. ten laste van het Rijk VERSLAG STADSONTWIKKELING EN VOLKSHUISVESTING. Financiële steun voor bouw van nieuwe woningen door particulieren. Fusie woningbouwverenigingen. Premies.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1948 | | pagina 212