28
b.
a.
b.
2.
c.
3.
4.
5
I zc.
Voor de 12e en 13e periode 1948 werden in
tote al verstrekt
heid, waardoor ook aan de met dergelijke
werkzaamheden belaste personen in het ver
volg toeslagen wegens bijzondere arbeid kon
den worden verstrekt;
een toeneming van het aantal werknemers.
werkgever bleek zeer goed te voldoen en leverde
een aanzienlijke werkbesparing op. De periodie
ke uitreiking van rantsoenbonnen melk ten be
hoeve van personen, die daarvoor wegens het
verrichten van bepaalde soorten giftige arbeid
in aanmerking kwamen, verviel, per 1 Juli we
gens opheffing van de distributie van dit ar
tikel.
Met ingang van de vierde periode 1948 (14
Maart) werden afzonderlijke toeslagkaarten, de
ZA- tot en met ZE-kaarten, voor bijzondere ar
beid in gebruik genomen, welke correspondeer
den met de categorie-indeling van de groepen
I tot en met V.
In totaal werden in het verslagjaar 527 580
toeslagkaarten en 48 526 rantsoenbonnen voor
melk verstrekt. Het aantal werkgevers, wier per
soneel voor toeslagkaarten in aanmerking
kwam, bedroeg op 31 December 3 437.
Voor de 6e en 7e periode 1948 werden in totaal
uitgereikt:
De regeling omtrent vergoeding van persoon
lijke distributiebescheiden in geval van vermis
sing e.d. onderging met ingang van 9 Mei een
ingrijpende verandering. De gevallen van ver
missing werden van deze datum af onderschei
den in:
vermissing door bewezen overmacht (dief
stal, mits bewezen, totale verwoesting e.d.);
vermissing door niet bewezen overmacht
(niet bewezen diefstal, verlies als gevolg van
verhuizing, aanvreting door muizen of rat
ten enz.);
vermissing door schuld (o.m. slordigheid of
nalatigheid in de zorg voor het beheer van
de bescheiden);
d.-valse aangiften.
Vergoeding van distributiebescheiden mocht
alleen plaats hebben, indien de oorzaak van de
vermissing kon worden gerangschikt onder één
der categorieën a tot en met c. Uitsluitend voor
de onder a genoemde gevallen werd een volle
dige vergoeding toegekend, terwijl in de b- en
c-gevallen deze vergoeding volgens een door het
Uit deze overzichten blijkt over het algemeen
een stijging van het aantal verstrekte kaarten,
welke haar oorzaak voornamelijk vindt in:
Aan het einde van het verslagjaar waren 208
gezinnen, met in totaal 791 personen, in de re
geling voor de zelfverzorging opgenomen; deze
aantallen bedroegen per 1 Januari 1948 onder
scheidenlijk 266 en 1 010. Door het vrijgeven van
de melk met ingang van 1 Juli, gold van die
datum af de regeling nog slechts voor het arti
kel vlees.
i i i n
de verstrekking, met ingang van de 7e perio
de, van toeslagkaarten aan 548 ambtenaren
van de P.T.T., op grond van door hen te ver
richten bijzondere werkzaamheden, zulks
naar aanleiding van een machtiging van het
Centraal Distributiekantoor;
een uitbreiding van de beroepenlijst met o.m.
de schilders in de bouwvakken, waardoor ook
aan deze personen met ingang van de 8e pe
riode extra toeslagen konden 'worden uitge-
reikt;
de opheffing van de distributie van melk per
1 Juli 1948, waardoor de zelfverzorgers voor
dit artikel, die voorheen geen toeslag bijzon
dere arbeid ontvingen, in het vervolg daar
voor wel in aanmerking kwamen;
de beëindiging van de verstrekking van
melkbonnen wegens giftige arbeid, in ver
band met de onder 3 genoemde omstandig-
818
Verstrekking rantsoenbonnen zeep voor (zeer)
vuile arbeid.
In verband met het vrijkomen van de zeep met
ingang van 2 December liep het aantal werkge
vers als onder a. bedoeld, dat tevoren rond 5 300
bedroeg, met ruim 1850 terug.
Uitgereikt werden voor gebruik gedurende de
6e en 7e periode: 67 310 rantsoenen huishoud
zeep en 33 653 rantsoenen waspoeder;
gedurende de 12e en 13e periode: 87 022 rant
soenen huishoudzeep en 43 469 rantsoenen was
poeder.
De toeneming van het aantal uitgereikte rant
soenbonnen zeep vindt voornamelijk haar oor
zaak in een verstrekking aan de zg. seizoenarbei
ders en een stijging van het aantal voor zeep
in aanmerking komende werknemers.
VERSLAG VAN DE CRISIS- EN DISTRIBUTIEDIENST.
5.
Melk.
807
806
10 511 10 793 7 228 7 454 278'272,162 164 7 524
16 487
17 408
ZB.
812
812
818
19 123
19 175
1.
I 806 I 807
ZA.
807
ZB.
806
Vermissingen.
ZD. ZE.
806 807 806 j 807
ZC.
812 i 818
Zelfverzorging.
ZD.
812 I 813 812 813 j
12 147 12 226 8 541,8 497 296 293 113 114
ZA.
ZE. I
- Melk.
