31 4 De rentevoet voor de 2 in 1948 gesloten lenin gen bedroeg 4 pCt. Bij de 3 in 1948 voortgezette leningen werd de rentevoet voor 1 lening be paald op 3% pCt., voor 1 lening op 4 pCt. en voor 1 lening op 4'/2 pCt. De in 1948 ontvangen aflossingen bedroegen in totaal f 92.580,waarvan f 91.500,wegens algehele aflossing van 4 leningen. (Bijlage no. 239) werd voor dit doel voorshands f 200.000,beschikbaar gesteld. Zoals hiervoor in de algemene beschouwingen is vermeld, werd het Noodhypothekenfonds tevens ingeschakeld voor het verstrekken van tweede hypotheken ingevolge de „Financie- ringsregeling Woningbouw 1947” (later gewij zigd in 1948). In verband hiermede werd even eens bij het hiervoor genoemde Raadsbesluit f 500.000,beschikbaar gesteld voor het ver strekken van deze tweede hypotheken. De hier voor genoemde Verordening 1930, no. 23, werd bij meergenoemd Raadsbesluit voor zover nodig aangevuld en gewijzigd. Op het kapitaal werd f 92.580,afgelost. Voor de in dit jaar gesloten leningen werd bij de Gemeente f 140.000,nieuw kapitaal opge nomen. Tot executie van onderpanden werd in 1948 niet overgegaan. Aan vergoeding voor vervroegde aflossing werd dit jaar niets ontvangen. De behandeling der aanvragen en de admini stratie der verdere zaken betreffende het Fonds bleven opgedragen aan de Gemeentelijke Hypo theekbank. Het Fonds is afkomstig van de ..Rijkspremiebouwregeling 1920”. In 1925 wer den de door het Rijk tegen een rente van 6 pCt. ’s jaars aan de Gemeente verstrekte kapitalen op voordeliger voorwaarden omgezet, deels in een onderhandse, deels in een obligatielening. In zijn tegenwoordige vorm verstrekte het Fonds tot in de loop van het jaar 1934 hypo theken ook wel bouwcredieten op panden op eigen grond (zie ook Verordening 1930, nr. 23). Met het sluiten van nieuwe hypotheken werd beoogd, door middel van de hieruit voort komende baten, de verliezen te dekken, welke bij de ingevolge de „Rijkspremiebouwregeling 1920” verstrekte hypotheken waren geleden en vermoedelijk nog geleden zouden worden. Bij het ontwerpen van de begroting voor 1935 oor deelden Burgemeester en Wethouders, dat met het oog op de aan het Bedrijf verbonden risico’s op deze weg niet moest worden voortgegaan. Zij deden van deze zienswijze mededeling aan de Gemeenteraad (voorwoord begroting Rijkshypo- thekenfonds 1935). Voor het overige wordt, voor zoveel doel en gestie aangaat, verwezen naar het in de jaarverslagen 1921 en 1925 en in de algemene beschouwingen op blz. 1 van het jaar verslag over 1932 medegedeelde. In de loop van het jaar werden 13 aanvragen tot een gezamenlijk bedrag van f 451.840,alle betreffende voortzetting van bestaande leningen wegens afloop van de leningstermjjn, in behan deling genomen zij werden alle tot het aange vraagde bedrag toegestaan. De exploitatie leverde een tekort op van f 3.186,16. Dit bedrag moet de Gemeente inge volge de beheersverordening bijpassen. In de loop van het jaar werden 12 aanvragen tot een gezamenlijk bedrag van f 421.320,in behandeling genomen, t.w.: a. 3 aanvragen (totaal f 39.800,om voort zetting van bestaande leningen wegens afloop van de leningstermijn, welke alle tot het aan gevraagde bedrag werden toegestaan; b. 2 aanvragen (totaal f 140.000,—) om een nieuwe lening, welke beide tot het aangevraagde bedrag werden toegestaan en aangenomen; c. 7 (voorlopige) aanvragen (totaal f 241.520, om een tweede hypotheek ingevolge de „Finan- eieringsregeling Woningbouw 1947” (1948)deze aanvragen waren aan het einde van het ver slagjaar nog in behandeling. Enkele hiervan zullen vermoedelijk worden ingetrokken, daar de geldnemers er blijkbaar in zijn geslaagd elders de benodigde middelen te verkrijgen. Voor sluiting kwamen in aanmerking de 2 in het verslagjaar aangenomen posten, welke beide tot stand kwamen tot een totaal bedrag van f 140.000,—. Het totaal der 13 (v.j. 15) uitstaande leningen beliep op 31 December 1948 rond f 389.300,— (v.j. f 341.900,—). VERSLAG VAN DE GEMEENTELIJKE HYPOTHEEKBANK ENZ. RIJKSHYPOTHEKENFONDS. Rente. Aflossingen. Kapitaal. Executies. Vergoeding voor vervroegde aflossing. Beheer. Aanvragen en leningen. 1 Rekening. Aanvragen en leningen.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1948 | | pagina 396