35 I. BESTUUR. PERSONEEL. II. Algemeen. 1 De heer W. A. Engels, die op 1 Januari in de rang van adjunct-referendaris als waarnemend administrateur optrad, werd per 1 Juli benoemd tot administrateur D. GEMEENTELIJKE DIENST VOOR SOCIALE BELANGEN TE 'S-GRAVENHAGE. VERSLAG OVER HET JAAR 1948. Ten gevolge van de vervanging van de heer H. N. W. Hovens door de heer D. W. Dettmeijer bestond het Bestuur uit de Wethouder van So ciale Zaken, de heer C. H. P. W. van den Oever, voorzitter, mej. M. J. B. Eomme en de heren C. P. Damme, D. W. Dettmeijer, Jac. Dubbel dam, A. C. Toet en N. Veldhoen, leden. Als secretaris was de hoofdcommies H. Thierry wederom aan het Bestuur toegevoegd. In het verslagjaar herdachten de dames L. Baksteen en J. J. Vreugdenhil alsmede de heren L. C. van de Locht en C. J. B. van der Waal de dag, waarop zij 25 jaar in dienst van de Ge meente waren. Door overlijden werden aan de Dienst ont trokken mevr. P. T. Maters en de heren C. J. van Duijn en J. H. Lebbink. De concierge, de heer P. J. A. F. de Vos, ver liet op 1 Mei de Dienst wegens het bereikt heb ben van de pensioengerechtigde leeftijd. Ontwikkeling. In het verslagjaar werd aan de vakbekwaam heid van het personeel wederom grote aandacht besteed. De wekelijkse bijeenkomsten van de hoofdambtenaren voor sociale arbeid-afdelings- chef met de sociale werkers van hun afde lingen werden voortgezet. Daarnaast hebben de administrateur van de Dienst en enkele afde lingschefs van enige afdelingen een inzicht ge geven over een bepaald onderdeel aan de amb tenaren van de Dienst, zulks ten einde tot nauwe samenwerking en meer uniformiteit te komen. De heer Poot, chef van de afdeling Ongevallen wet van de Baad van Arbeid, hield voor een aantal leden van het personeel een serie lezin gen over de sociale verzekeringswetten. In de winter 1948-1949 werd een begin ge maakt met het uitnodigen van deskundige spre kers om voor het gehele personeel een inleiding, met daarop volgende gedachtenwisseling, te houden over vraagstukken, die zich bij de uit voering van de taak der ambtenaren kunnen voordoen. De lezingen werden gehouden in de grote zaal van het dienstgebouw aan de Beek- laan 267a. Als eerste spreker trad op 7 December op Mr Dr A. A. van Rhijn, secretaris-generaal van het Ministerie van Sociale Zaken, met als onderwerp: „Nieuwe sociale problemen”. Met voldoening kon worden geconstateerd, dat de belangstelling van het personeel, ook in de ad ministratieve rangen, groot was. Gebleken is voorts, dat onder het personeel van de Dienst behoefte bestaat inzicht te krijgen in de gehele sociaal-teehnische en administra tieve taak, welke aan de Dienst is opgedragen, onverschillig of het betrokken personeelslid in die taak een belangrijk dan wel een betrekkelijk klein aandeel heeft. Een feit is, dat de ambtenaren in de dagelijkse uitoefening van hun functie slechts ten dele dit inzicht kunnen verkrijgen, aangezien zij zich veelal, gezien de omvangrijkheid van de Dienst met zijn 850 personeelsleden, tot details moe ten beperken. Om deze leemte aan te vullen, wordt ernstig overwogen in cursorische voordrachten het ge hele apparaat van de Dienst zodanig te doen uiteenzetten, dat de betrokkenen inzicht in de taak, het doel van die taak, alsmede de mid delen, waarmede dit doel wordt bereikt, zullen verkrijgen. In verband hiermede werd in het najaar van 1949, bij wijze van proef, een kadercursus ge houden. In 1948 nam het verloop onder het personeel af. Opengevallen plaatsen konden zonder bij zondere moeite weer bezet worden. Een tiental ambtenaren verliet de Dienst met buitengewoon verlof om voor het Ministerie van Overzeese Gebiedsdelen in Indonesië een functie te gaan bekleden. Aan het einde van het verslagjaar waren 20 ambtenaren in militaire dienst, van wie 11 in Indonesië. Op 5 Juli is een aantal blinden en uit anderen hoofde invaliden, die op de werkplaatsen voor blinden c.a. zijn geplaatst, in Gemeentedienst getreden. Hun aantal is thans 33. (Zie voorts blz. 15 e.v.). Voor een overzicht van de sterkte van het personeel op 31 December 1948 wordt verwezen naar bijlage 14 op blz. 30. BIJLAGE

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1948 | | pagina 431