35 VI. VERZORGING. 9 Op de omvangrijke taak van dit onderdeel van de Dienst werd in het verslag over 1947 uit voerig ingegaan. Thans moet worden volstaan met het vermelden van enige op 1948 betrekking hebbende feiten. Ook in het verslagjaar was het niet mogelijk aan alle verzoeken om plaatsing in een particu lier rusthuis of in een der Gemeentelijke Ver zorgingshuizen gevolg te geven. Vooral in de onder de Dienst ressorterende inrichtingen was wegens regelmatig plaatsgebrek opneming van invalide personen niet mogelijk. Van de tijdens de bezetting met hun patiënten geëvacueerde rusthuizen zijn de meeste in 1946 en 1947 reeds teruggekeerd. In 1948 werden „Huize Westhoff” en het rusthuis van het Leger des Heils („Huize Zuidhoorn”), beide te Rijswijk, wederom betrokken. Dit gaf evenwel geen uit breiding aan het voor de Dienst beschikbare aantal plaatsen, omdat de voltallige bezetting eveneens terugkeerde. De kosten van verzor ging, die vóór de evacuatie voor rekening van de Dienst kwamen, komen thans (na terugkeer) opnieuw ten laste van de Gemeente. Met ingang van 1 Maart werden de bemoei ingen ten aanzien van personen, die in de werk inrichting van de Industriële Inrichting van het Leger des Heils en in het logement, Prinsegracht 101, verbleven, van de afdeling „Steunverlening” naar de afdeling „Verzorging” van de Dienst overgeheveld (zie blz. 4, „Steunverlening”). Het betreft hier namelijk uitgesproken verzorgings- gevallen. Voor wat de particuliere verzorgingsinrich- tingen binnen de Gemeente betreft, kwam ge durende de laatste maanden van het verslagjaar samenwerking tot stand met het Directoraat- generaal van de Prijzen ten aanzien van de ver- pleegprijzen dier inrichtingen. Van verscheidene inrichtingen buiten de Ge meente, waarin de Dienst Haagse verzorgden had geplaatst, bereikten de Dienst verzoeken om een hogere verzorgingsprijs van patiënten enz. in rekening te mogen brengen. Zodra kon wor den aangetoond, dat het Directoraat-generaal van de Prijzen hiertegen geen bezwaar had, werd aan deze verzoeken gevolg gegeven. Ten gevolge van het in werking treden op 1 September 1948 van de Wet van 10 Juli 1947 (Staatsblad No. H. 232), houdende wijziging van de bepalingen betreffende het Kinderrecht, voor komende in het eerste boek van het Burgerlijk Wetboek, zijn moeders, die haar natuurlijk kind niet erkend hadden, thans onderhoudsplichtig geworden ten aanzien van dergeljjke kinderen en, indien de voogdij nog openstond, zijn zij tevens voogdes geworden. Daardoor kan de Dienst thans verhaal op de moeder toepassen, ook al wordt het kind reeds jaren door derden verzorgd. In één geval waarmee de Dienst in aanraking kwam, toen de verzorgde, die zieke lijk is, reeds bijna meerderjarig was, is, na op sporing van de moeder, een regeling kunnen worden getroffen, waarbij de financiële positie van de patiënt door de echtgenoot van de moe der voor de toekomst werd verzekerd. Na besprekingen met de Kinderrechter wordt er meer en meer naar gestreefd een juist onder scheid te maken tussen verzorging van onder toezicht gestelde minderjarigen op justitiële kinderbeschermingsgronden en verzorging van deze kinderen uit sociaal-medisch oogpunt. waarden wordt voldaan, van overheidswege subsidie worden gegeven. Aangezien de Minister in de circulaire ver zocht hem met eventuele op- en aanmerkingen in kennis te stellen, is, na gehouden besprekin gen van de Dienst met de verenigingen, een commissie ingesteld om door gedachtenwisse ling met de betreffende instanties in andere grote gemeenten de in de circulaire gegeven richtlijnen nader uit te werken en overleg te plegen met het Ministerie van Sociale Zaken. Hangende deze besprekingen valt er in dit verslag niets naders hierover te vermelden. Voor de toekomst kan een regeling in de geest van genoemde circulaire een belangrijke wijzi ging betekenen in de werkzaamheden van de afdeling „Gezinsverzorging”. VERSLAG VAN DE GEMEENTELIJKE DIENST VOOR SOCIALE BELANGEN Totaal. Totaal. f 212.697,60 f f Via vereniging. 1 794 344 1 450 968 88 880 2 762 432 2 330 Via vereniging. 3 147 626 2 521 1 407 175 1 232 4 554 801 3 753 Aantal behandelde aanvragen. Afgewezen en vervallen Toegestaan Bruto kosten Bijdragen van betrokkenen en onder houdsplichtigen Netto kosten 16.314,47 120.707,57 30.206,76 182.490,84 1948 Via de Dienst. Overzicht van het aantal aanvragen voor gezinsverzorging. 1947 Via de Dienst. f 137.022,04

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1948 | | pagina 439