i 37 2 werd geacht, had voorlopige afrekening door de Centrale Keukens plaats tegen f 0,30 per liter besteld voedsel. Na besprekingen met de Accountantsdienst van het Ministerie van Landbouw, Visserij en Voed selvoorziening werd overeenstemming bereikt, waarbij de literprijs werd vastgesteld op de kostprijs afgeleid uit de administratie van de Regionale Leiding en de Rijkskeukens, terwijl het aantal te verrekenen liters werd bepaald op de door de Centrale Keukens bestelde hoe veelheid. Volgens de hierbij gaande verlies- en winst rekening over het tijdvak 10 November 1945 t./m. 30 October 1948 bedroeg het batige saldo per 30 October 1948 f 358.615,44. De liquidateur, J. J. RIEM VIS Nadat alle overige vorderingen en schulden, voor zover mogelijk, waren afgewikkeld, werd op 22 Juli 1948 afgerekend met het Rijk. Hier omtrent kan nog het volgende worden opge merkt. Het Rijk had uit hoofde van via de Regionale Leiding voor de Massavoeding voor ’s-Gravenhage en omgeving aan de Gemeente geleverd voedsel, in de periode van 17 Maart 1945 tot 4 Augustus 1945, een zeer aanzienlijk bedrag te vorderen. De Regionale Leiding had aanvankelijk f 0,50 en f 0,45 berekend per liter geleverd voedsel. Bovendien berekende de Re gionale Leiding het volgens haar administratie aan de Centrale Keukens af geleverde aantal liters, terwijl de Centrale Keukens niet meer wenste te betalen dan zij op grond van de ont vangen bestellingen aan afnemers in rekening kon brengen. Aangezien de prijs veel te hoog Financiële afwikkeling. VERSLAG VAN DE CENTRALE KEUKENS.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1948 | | pagina 478