Bibliotheek. 1 DIENST VOOR SCHONE KUNSTEN DER GEMEENTE 'S-GRAVENHAGE. VERSLAG OVER HET JAAR 1948. Sterkte van het personeel. Het personeel was op 1 Januari 1949 als volgt samengesteld. Wetenschappelijk personeel: 1 directrice; 1 adjunct-directeur, belast met de Muziekhistori sche Afdeling en de Muziekhistorische Biblio theek; 1 conservator, belast met de afdeling Mo derne Kunst; 1 conservator, belast met de afde ling Oude Kunstnijverheid; 1 conservator, belast met de afdeling Haagse Historie; 1 wetenschap pelijk assistent B (kunsthistorische Bibliotheek); 1 wetenschappelijk assistent A (Prentenkabinet); 1 wetenschappelijk assistent A (afdeling Oude Kunstnijverheid); 1 wetenschappelijk assistent A (Muziekhistorische Afdeling); 6 museumas- sistenten. Administratief personeel: 1 administrateur C; 4 administratieve ambtenaren B; 2 bureel- amb tenaren; 1 schrijver; 1 typiste-kantoorbe- diende; 1 geldophaler. Technisch personeel: 1 technisch ambtenaar A, 2 technici, 1 machinist A, 1 stoker, 1 kolen- tremmer, 1 amanuensis, 1 atelierbediende, 2 werklieden. Toezichthoudend personeel: 1 concierge; 1 controleur B; 11 zaalwachters. Dit jaar werden 571 boeken en 257 archie ven uitgeleend, terwijl de studiezaal werd be zocht door 350 bezoekers voor de Muziekhistori sche Bibliotheek en 86 bezoekers voor de Kunst historische Bibliotheek en het Prentenkabinet. 1 Controleur C; 1 werkvrouw. Volontairs: 3. Publicaties. Een aantal catalogussen voor tentoonstellin gen werd gepubliceerd. Tentoonstellingen. De tentoonstelling Gr. H. Breitner, die 24 De cember 1947 w’as geopend, werd voortgezet t./m. 18 Januari van het verslagjaar. In totaal wrerd zij bezocht door 17 419 personen. Er werden 15 rondleidingen in groepsverband gehouden. Inleiding. Stond het vorige verslagjaar in het teken van herstel en herinrichting van het Gemeente museum, dit jaar valt de nadruk op de uitbrei ding van de wetenschappelijke staf. Op 1 Maart verliet de directeur Dr G. Knuttel Wzn. de Dienst met pensioen wegens lichamelijke onge schiktheid. Enige tijd daarna werd hem te zij nen huize, in verband met zijn bijzondere ver dienste ten opzichte van de museumverzamelin- gen namens het Gemeentebestuur de Museum penning overhandigd. Dr Knuttel werd opge volgd door mevrouw J. V. C. Hefting, voordien conservatrice van de afdeling Moderne Kunst. Op 1 Januari werd de wetenschappelijke staf uitgebreid met een conservator voor de afdeling Moderne Kunst, de heer K. E. Schuurman, ter wijl eveneens op die datum de wetenschappelijke assistente mej. Dr Beatrice Jansen werd be noemd tot conservatrice van de afdeling Oude Kunstnijverheid, in de plaats van de heer A. J. de Lorm, die in het vorige verslagjaar de Dienst op eigen verzoek verliet in verband met de aan vaarding van het directeurschap van het Ge meentemuseum te Arnhem. Op 1 Augustus van dit jaar werd voorzien in de vacature van con servator van de afdeling Haagse Historie door de benoeming van Dr C. de Wit, tevens een be kend schilderijenrestaurateur, zodat hij ook met de restauratie van schilderijen uit de Museum- verzameling kan worden belast. Dit jaar werd een tweetal leden van het per soneel gehuldigd in verband met hun 25-jarig ambtsjubileum, t.w. A. Willemsen, geldophaler en H. S. P. de Brabander, atelierbediende. Bei den ontvingen uit de hand van de directrice de verdienstelijkheidspenning. Het Museum ontplooide dit jaar een grote activiteit. Er werden 11 belangrijke tentoonstel lingen gehouden, 18 concerten, 2 dansmatinées en 9 lezingen, die over het algemeen een zeer bevredigend resultaat hadden. De wederopbouw vond gestadig voortgang; het gehele museumgebouwr werd in gebruik ge nomen, met uitzondering van de vleugel langs de grote vijver, waar de afdeling Haagse His torie gehuisvest moet worden. In de loop van het jaar werden de stijlkamers voor het publiek opengesteld. Op deze plaats nog een woord van dank tot de schenkers, die de verzamelingen van het Ge meentemuseum met kunstvoorwerpen hebben- verrijkt. BIJLAGE 47 A. Gemeentemuseum. B. Museum Bredius.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1948 | | pagina 570