I
10
I
van 1 Januari. 1942
2
terwijl het gemiddeld bestede bedrag per toe
gangsbewijs bedroeg voor:
in 1939
1946
1947
1948
Bij hetzelfde Raadsbesluit werden de opper-
vlaktetarieven behalve die voor kermisver
makelijkheden opnieuw verhoogd. De belas
ting voor loealiteiten en tuinen met mechanische
muziek werd gesteld op ongeveer 200 pCt. en die
voor loealiteiten en tuinen met niet-mechanische
muziek op ongeveer 175 pCt. van de vóóroor
logse tarieven. Verder werd de vrijstelling voor
vermakelijkheden, welke uitgaan van ten alge
mene nutte werkzame verenigingen en waar
voor ten hoogste f 0,60 entree wordt geheven,
beperkt tot viermaal per kalenderjaar.
Staat I bevat een overzicht van de opbrengst
en van het voor toegangsbewijzen bestede be
drag over de jaren 1946, 1947 en 1948.
De zuivere opbrengst dezer belasting bedroeg
over 1948 f 3.001.418,tegen f 2.352.723,over
1947 en f 2.379.420,over 1946, zodat de op
brengst over 1948 rond f 648.600,of ruim 27,5
pCt. meer bedroeg dan die over 1947. Over 1939
bedroeg de zuivere opbrengst f 769.932,
Het percentage van de totale opbrengst dezer
belasting op van Gemeentewege uitgereikte of
afgestempelde toegangsbewijzen bedroeg voor
toneel, opera, operette, ballet en concerten 9,9;
voor bioscoopvoorstellingen (waaronder ook van
bioscopen uitgaande toneel- en revuevoorstel-
lingen, variété e.d.) 64,7; voor sport 3.3 en voor
de overige vermakelijkheden 22,1.
van deze belasting is opgenomen
Van het totale aan toegangsbewijzen bestede
bedrag werd o.ai uitgegeven voor:
Het aantal afgegeven toegangsbewijzen be
droeg, in percenten van het totaal, voor:
f is-
is—
6-
125,maximaal.
De progressie voor de tweede en verdere luxe-
of waakhond werd verscherpt, terwijl gedeelte
lijke ontheffing werd verleend bij een inkomen
van minder dan f 2.400,
Tot 1 Januari 1943 werd bij de betaling der
hondenbelasting een hondenpenning uitgereikt,
die de hond duidelijk zichtbaar aan de halsband
moest dragen. Materialengebrek was oorzaak,
dat van genoemde datum af in plaats van een
.penning een sehriftelijk bewijs werd verstrekt,
dat de begeleider van de hond bij zich moest
dragen (besluit van de Burgemeester van 13 No
vember 1942, Besl. Verz. No. 694).
De na-oorlogse omstandigheden, waarbij zich
een algemene stijging van de normale inkomens
voordeed, waren oorzaak, dat de belastingtarie
ven met ingang van 1 Januari 1947 opnieuw
werden verhoogd (Raadsbesluit van 29 Juli 1946,
Bijl. 197, goedgekeurd bij Koninklijk besluit van
28 December 1946, No. 57). Zij werden vastge
steld op:
6,-
100,maximaal.
Voor de tweede en verdere luxe- of waakhond
bestond een progressie in de belastingbedragen,
terwijl bij een inkomen van minder dan f 1.800,
gedeeltelijke ontheffing werd verleend.
In de oorlogsjaren werd de openbare verlich
ting des avonds niet ontstoken. Het publiek on
dervond daardoor veel last van het euvel van de
verontreiniging der trottoirs door honden. Ten
einde tot een vermindering van het aantal hon
den te komen, werd bij besluit van de Burge
meester van 24 October 1941, Besl. Verz. No. 109,
de belasting met ingang
verhoogd en gebracht op:
voor de eerste luxe-hond
waakhond
elke bedrijfshond
kennel
De regeling
in de Verordening No. 5 van 1938. In dat jaar
bedroeg de belasting:
voor de eerste luxe-hond f 12,
waakhond10,
elke bedrijfshond
kennel
Uit staat II blijkt het aantal van Gemeente
wege uitgereikte of afgestempelde toegangsbe
wijzen. Dit bedroeg:
7 914 580 of gemiddeld 16 per inwoner;
14 840 782 31
13 812 766 26
14 048 595 25
VERSLAG GEMEENTEBELASTINGEN.
1939
1946
1947
1948
1946
1948
1946
1947
1948
toneelvoorstellingen
opera en operette
ballet
concerten
bioscoopvoorstellingen
sport
toneelvoorstellingen
opera en operette
ballet
concerten
bioscoopvoorstellingen
sport
toneelvoorstellingen
opera en operette
ballet
concerten
bioscoopvoorstellingen
sport
M
2,5
0,7
0,1
3.4
73,8
3,8
5.7
2,9
0,3
4.8
63.2
3.8
2,7
73,8
4,9
f 1,06
1,40
1,43
1,13
0,51
0,51
f 2,41
2,64
3,87
2,07
0,85
0,81
2,18
2,67
4,91
1,97
0,83
0,77
4.8
1.9
0,1
6,8
66,7
3,4
2,5
1,-
0,1
2,1
70,5
5,2
2,4
i,i
0,1
2,3
74,5
4,7
5.8
2.9
0,5
4,5
63,5
4,4
2,2
0,6
f 2,24
2,45
3,08
2,-
0,82
0,74
I 1939
Hondenbelasting.
(Zie staat III.)
I 1989
I 1947
5,2
1.6
0,1
5.7
64,1
3.8
