BOUWTOEZICHT.
ALGEMEEN.
f 148.700— (v.j. f 104.200,—)
32.300,— (v.j. f
32.500,—)
f
7.900,— (v.j. f
f
3.400,—)
627
66.600,— (v.j. f
f
50.200,—)
1
512
171
GEMEENTELIJK BOUW- EN WONINGTOEZICHT VAN 'S-GRAVENHAGE.
VERSLAG OVER HET JAAR 1949.
De financiële omvang van de bouwbedrijvig-
heid blijkt uit onderstaand overzicht, waarvan
de bedragen een samenvatting zijn van de ge
taxeerde bouwkosten volgens de desbetreffende
bouwaan vragen.
Een specificatie van de voltooide bouwwerken
is opgenomen in bijlage I.
Door de Dienst werden de navolgende bouw-
aanvragen behandeld en doorgezonden naar het
College van Burgemeester en Wethouders voor
het verlenen van bouwvergunningen:
400 aanvragen voor nieuwbouw en herbouw;
verbouw en bijbouw;
wijziging van reeds verleen
de bouwvergunningen;
oprichten van getimmer
ten e.d.
In de loop van het verslagjaar kon de
distributie van hout, deuren, beton, ijzer, pro-
fielijzer en asbest-cementplaten worden opge
heven, waarmede aan de periode van materia
lendistributie een einde kwam. In het vorige
jaarverslag werd reeds gewezen op de opheffing
van het tekort aan arbeidskrachten. De inten
siteit van de bouwbedrijvigheid wordt na de op-
heffing van beide genoemde remmende factoren
in hoofdzaak bepaald door het van Rijkswege
voor de Gemeente toegestane „bouwvolume”
alsmede door economische factoren.
In het gebouwencomplex Mauritskade 7 t./m.
11 waren aan het einde van het verslagjaar ge
vestigd:
a. de Dienst van het Bouw- en Woningtoe
zicht;
b. het Prijzenbureau voor Onroerende Zaken
in het ambtsgebied ’s-Gravenhage;
c. de afdeling „Vaststelling Oorlogsschade”
van het Ministerie van Wederopbouw en Volks
huisvesting.
Van het Plaatselijk Bureau Goedkeuring Wer
ken, dat met ingang van 1 Augustus 1949 is
opgeheven, bleef de afdeling „Vaststelling Oor
logsschade” van het Ministerie van Wederop
bouw en Volkshuisvesting gehuisvest in het
gebouwencomplex. De overige werkzaamheden
van het opgeheven Bureau werden door de Ge
meente overgenomen en voor zover de schade
aan licht en zwaar beschadigde percelen betreft
met inbegrip van de financiering aan het Bouw
en Woningtoezicht opgedragen.
Het personeel in Gemeentedienst bij het Bouw
en Woningtoezicht c.a., het Prijzenbureau en de
afdeling „Vaststelling Oorlogsschade” bestond
op 31 December 1949 uit 126 personen, t.w. de
directeur tevens hoofd van het Prijzenbureau,
2 hoofdingenieurs-afdelingschef, 1 hoofdinge
nieur, 3 ingenieurs en 119 overige ambtenaren.
Bovendien waren nog 4 Rijksambtenaren bij
het Prijzenbureau werkzaam, zodat de gezamen
lijke personeelssterkte 130 personen bedroeg.
Van het Gemeentepersoneel waren 78 personen
in vaste dienst, 35 in tijdelijke dienst en 13 werk
zaam op arbeidsovereenkomst.
In 1949 werd o.a. ontvangen aan:
leges bouw- en
hinderwetsver-
gunningen
heffingen voor
het innemen van
Gemeentegrond
heffingen voor
rioolbemaling
opbrengsten la
boratorium
proeven
99
99
f
n
f
n
n
Verslag
jaar.
1940
1941
1942
1943
1944
1945
1946
1947
1948
1949
n
n
Voltooide
bouwwerken.
6.700.000
6.000.000
3.400.000
1.700.000
323.000
103.000
3.278.000
2.980.000
f
n
Bouwwerken
in uitvoering
aan het einde
van het
verslagjaar.
n
n
14.122.000
n
n
3.300.000
1.400.000
800.000
300.000
286.000
501.000
4.621.000
5.436.600
8.401.700
10.808.900
29.938.700
Bouwstatistiek.
Bouwwerken,
waarvoor
vergunning
werd verleend,
maar nog niet
in uitvoering.
8.900.000
8.700.000
6 200.000
4.800.000
4.900.000
5.200.000
9.703.000
41.475.000
63.647.000
77.082.800
Bouwbedrijvigheid.
Huisvesting.
Personeel.
Ontvangsten.
BIJLAGE 22