27
kaderuimte door
Wegens motordefect werd 38 maal een vaar
tuig door een ander schip de haven binnen ge
sleept;
op 29 Maart strandde de YE 93 voor de kust
nabij het Kurhaus; ’smiddags kwam het vaar
tuig weer vlot en voer het de haven binnen;
op 31 Mei is de SCH 52 in de haven gezonken;
het schip werd de volgende dag gelicht;
op 27 September strandde de SCH 23 bij mis
tig weer voor de kust van Wassenaar; ’s mid
dags kwam het schip w’eer vlot;
de SCH 75 werd door de SCH 4 binnen ge
bracht, doordat de machinekamer van eerstge
noemd schip vol water stond als gevolg van een
defecte buitenboordkraan;
op 10 December raakte de SCH 56 bij het bin
nenkomen aan de grond en strandde in de Z-O-
hoek van de buitenhaven; het schip kwam twee
dagen later vlot en w’erd de haven binnenge
bracht.
Het mistsignaal werd 47 maal in werking ge
steld met een totaal van 278 uur. In October trad
tijdens zware mist een storing op, die een gron
dige reparatie noodzakelijk maakte. Een achttal
loggers was hierdoor verhinderd de haven bin
nen te komen. Het euvel is inmiddels hersteld.
In het verslagjaar werd 8 maal zg. schade
varing gerapporteerd. Van de gemaakte schade
werd proces-verbaal opgemaakt, dat werd door
gezonden naar de Dienst van Gemeentewerken,
die voor verdere afwikkeling zorgde.
Deze bleven het gehele jaar goed function-
neren.
De dienst der seininrichting werd onafgebro
ken dag en nacht waargenomen. Van Juni af
tot ultimo November werd regelmatig 26 D.P.
geseind (de grondslag voor het getijsein). Op 10,
13, 19 en 21 December werd onderscheidenlijk
aangegeven 22, 18, 16 en 13 D.P.
In totaal werd 5 948 100 liter duinwater aan de
vaartuigen uitgegeven in 3 084 verstrekkingen.
Aan 1 002 aanvragen werd voldaan van de eerste
binnenhaven, t.w. 1 895 700 liter en 2 082 maal
van de tweede binnenhaven, t.w. 4 052 400 liter.
In het verslagjaar werd de hijskraan 350 maal
in gebruik gesteld tegen 317 maal in 1948.
De Gemeentelijke Reinigingsdienst heeft het
haventerrein geregeld bezemschoon gehouden
en de vuilnisbakken geledigd. De rederijen kre
gen van genoemde Dienst gelegenheid één- a
tweemaal per week het visvuil te storten in een
daarvoor bestemd vaartuig, dat in de tweede
binnenhaven lag.
In 1949 werd 1 188162 m2
rederijen in beslag genomen.
In totaal werden 305 schepen op de sleephel-
ling gebracht tegen 316 in 1948. Twee onderlos-
sers werden voor Duitsland gebouwd en een
niotorlogger stond voor Scheveningen op stapel.
Een grote verbouwde pont werd afgeleverd aan
Rotterdam. Een nieuwe sleepboot liep van de
helling.
In Februari van het verslagjaar is door 106
schippers, vertegenwoordigende 1600 opvaren
den van de Scheveningse vissersvloot, een
request aan de Minister van Verkeer en Water
staat gericht, aangaande de zeer ongunstige toe
stand van de buitenhaven en de eventueel te
treffen verbeteringen.
Op 30 December 1949 overhandigde een drietal
Scheveningse vissersvrouwen aan genoemde be
windsman een dergelijk verzoekschrift bevat
tende 1 500 handtekeningen van de echtgenoten
der zeevarenden.
Veldmaarschalk Montgomery maakte op 17
Januari een rondgang door de havens. Hij toefde
geruime tijd op het erf van de rederij A. van der
Zwan en Zonen, w aar hij o.m. de vriesinrichting
bezichtigde.
Een groot stuk grond werd bij de werf van de
Sleephelling-Mij „Scheveningen” getrokken,
voor nieuwe gebouwen, waarmede in het ver
slagjaar een begin werd gemaakt.
Op 3 Maart vertrok de SCH 55, een houten
kotter, naar de Saldanha-baai in Zuid-Afrika
voor het zoeken naar nieuwe visgronden.
De baggermolen „Maas” haalde uit de binnen
havens 140 452 m3 baggerspecie. De zandzuiger
„Blanka” bracht 77 838 m3 zand uit de buiten
haven naar zee.
VERSLAG GEM. DIENST VAN HAVEN- EN MARKTWEZEN.
3
Strandingen.
Mistsignaal.
Schadevaring.
Geleidelichten.
Seininrichting.
Duinwater.
Hijskraan.
Reiniging.
Kaderuimte.
Sleephelling.
Verschillende onderwerpen.
Baggerwerk.