I 11 T J Totaal. 23 7 Tabel C geeft een overzicht van de resultaten van het melkonderzoek in de onderscheidene gemeenten. Het gemiddelde vetgehalte van de melk, aangetroffen bij slijters in de gemeente’s-Gravenhage, bedroeg 2,50 pCt. Weliswaar werden 37 monsters met een vetgehalte beneden 2,45 pCt. genomen, doch de geconstateerde afwijkingen waren voor het merendeel zeer gering. Bij 2 melkstandaardisatiebedrijven waren de afwijkingen zodanig, dat strafvervolgingen werden ingesteld. Daartegenover was het vetghalte van melk, aange troffen bij 23 melkverkopers, boven de grens van 2,55 pCt. Deze monsters hebben ten dele betrekking op melk, die door de veehouder zonder in het bezit te zijn van een vergunning direct aan verbruikers wordt verkocht. In 9 gevallen was er aanleiding tegen de melk veehouder proces-verbaal op te maken wegens de ver koop van melk zonder vergunning. Meer dan voorheen werden in de door de veehouder geleverde melk streptococcen aangetroffen. Onderzocht werden 1 130 monsters gepasteuriseerde melk, waarbij talrijke tekortkomingen werden opge merkt. Uitermate belangrijk is daarbij het aantal malen, dat in de gepasteuriseerde melk de phosphatase nog aanwezig is en dus onvoldoende verhitting heeft plaats gehad. Dit werd in 7 monsters, afkomstig van 3 bedrij- Door 12 bedrijven binnen het keuringsgebied werd gepasteuriseerde melk bereiddoor 11 van deze melk inrichtingen wordt de melk buiten de fles gepasteuri seerd; ze beschikken daartoe over een automatische inrichting. Berkenwoude Bleiswijk Delft Gouda Gouderak ’s-Gravenhage ’s-Gravenzande Haastrecht Hekendorp Leidschendam De Lier Maasland Maassluis Moercapelle Monster Moordrecht Naaldwijk Nootdorp Oudewater Pijnacker Reeuwijk Rijswijk Schipluiden Stolwijk Voorburg Waddinxveen Wassenaar Wateringen Zevenhuizen Zoetermeer i /t bepaling door het Melkcontrólestation te verkrijgen. In 3 gevallen, waarbij de houdbaarheid beneden de gestelde grens bleef, werd een strafvervolging ingesteld. Het betrof hier retourmelk, die de volgende dag nog aan de klanten werd afgeleverd. Een uitvoerig onderzoek werd ingesteld naar de rein heid van het door de melkslijters en melkstandaardi satiebedrijven gebruikte bussen materiaal. In sommige gevallen werden ergerlijke tekortkomingen vastgesteld; ook kon worden waargenomen, dat in vele bedrijven de bussen terdege worden gereinigd. Hoewel dikwijls met waarschuwingen en voorlichtingwerd volstaan, was er in 12 gevallen aanleiding een strafvervolging in te stellen. Tegen het onttrekken van melk anders dan door middel van een kraan (dus door zg. te scheppen) werd streng opgetreden, hetgeen aanleiding gaf tot 9 pro- cessen-verbaal. Aan de eis van het Melkstandaardisatiebesluit, dat het vetgehalte der door de standaardisatiebedrijven afgeleverde melk moet zijn gelegen tussen 2,45 en 2,55 pCt., werd redelijk voldaan. VERSLAG VAN DE KEURINGSDIENST VAN WAREN J GEMEENTE. vuil. I 27 24 1 1 2 St 5 4 1 1 1 1 2 1 1 1 1 1 1 14 363 203 37 116 28 4 Aantal monsters. 16 25 1 068 844 33 8 739 171 27 9 158 47 26 267 24 229 62 257 36 78 111 114 425 88 74 415 247 365 191 35 182 Aantal afgekeurde monsters. 105 12 3 4 10 1 15 14 6 6 2 2 2 water- toevoeging. 53 11 3 10 10 4 6 2 1 3 8 1 3 3 1 6 9 1 1 andere redenen. 2,51 2,50 2,51 2,51 2,51 2,50 2,52 2,50 2,52 2,50 2,50 2,49 2,51 2,51 2,51 2,55 2,50 2,51 2,52 2,51 2,51 2,51 2,52 2,51 2,50 2,51 2,53 2,51 2,50 2,52 2 3 10 1 vetgehalte hoger dan 2,55 pCt Gemiddeld vetgehalte in pCt. Gepasteuriseerde melk. I Tabel C. Overzicht der onderzochte melkmonstefs, genomen bij melkverkopers. Aantal monsters afgekeurd wegens vetgehalte lager dan 2,45 pCt.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1950 | | pagina 113