!l
ij
13
i
s
i
Gedurende het jaar 1950 werden 12 nieuwe bewijzen
van inschrijving als erkend waterfitter uitgereikt, terwijl
45 erkenningen kwamen te vervallen. Het aantal uit
gereikte bewijzen van inschrijving verminderde daar
door in de loop van het verslagjaar van 470 tot 437.
Het aantal personen, aan wie toestemming is ver
leend om in eigen percelen waterfitterswerkzaamheden
te verrichten, verminderde van 43 tot 34, doordat 10
toestemmingen kwamen te vervallen en 1 nieuwe toe
stemming werd uitgereikt.
VI. RIVIERWATERLEIDING.
Waren de gronden, die voor de uitvoering der werken
het eerst nodig waren, reeds in het vorige verslagjaar
ter beschikking gekomen, in 1950 werden de grondaan
kopen en onteigeningen van alle benodigde terreinen
beëindigd.
De N.V. Haagsche Bouw-Maatschappij (Habo), aan
wie het maken van de paalfundering en het gewapend-
betonskelet van het filtergebouw door Burgemeester en
Wethouders werd gegund, begon op 16 Januari 1950
met dit werk.
Tot de voorbereidende werkzaamheden behoorde het
aanleggen van een ongeveer 1 000 meter lange aanvoer-
weg voor het transport van materialen van de Lekdijk
naar het werkterrein. Na gereedkoming hiervan op 16
Maart 1950 kon met het heiwerk worden begonnen. x
De eerste paal werd op 27 Maart 1950 ingeheid, de
laatste op 14 November 1950. Gedurende dit tijdvak
werden in totaal 766 palen met een gezamenlijke lengte
van ruim 13 kilometer ingeheid.
Nadat een gedeelte van het heiwerk was voltooid, is
met het maken van het eigenlijke betonskelet begonnen.
Deze werkzaamheden vorderen naar wens en worden
Bij onderzoek in percelen, waar een abnormaal ver
bruik was geconstateerd, werden onder andere in 830
gevallen min of meer ernstige gebreken aan binnen
leidingen geconstateerd. Er werden daarbij onder andere
164 gebreken aan closetstortbakken, 482 lekken in
binnenleidingen (waarvan 406 ondergronds) en 111
defecten aan tapkranen of aftapkranen waargenomen.
In 69 gevallen werd een tapkraan of een aftapkraan
openstaand aangetroffen.
In alle onderzochte gevallen van abnormaal verbruik
te zamen, was het hogere verbruik naar schatting
82 000 m3 meer dan het geraamde gemiddelde verbruik.
Bijgaande grafiek (bijlage 1) geeft over de jaren 1934
tot en met 1950 in pCt. van de opgepompte hoeveelheid
water een overzicht van het over watermeters geleverde
en door die meters aangewezen water, van de geschatte
hoeveelheden, die door lekken in hoofd- en dienstlei
dingen zijn weggestroomd, van de hoeveelheden water,
die, naar schatting of volgens meting, voor de verschil
lende bij de grafiek genoemde doeleinden zijn verbruikt,
en van de door de watermeters gestroomde, niet door
die meters aangewezen hoeveelheid, het zg. waterverlies.
Op 1 Januari 1950 werd, evenals bij de meerderheid
van de Nederlandse waterleidingbedrijven is geschied,
de „Regeling voor de Erkenning van Waterfitters",
vastgesteld door de Vereniging voor Waterleidingbe-
langen in Nederland, vervangen door de „Regeling
voor de Erkenning van Waterfitters 1950”.
VERSLAG DER DUINWATERLEIDING
Het heien van de eerste paal voor het filtergebouw te Bergambacht op 27 Maart 1950.
10
ÏSSÏ
Dienst voor abnormale verbruiken.
O 1
J<:.'
,x «-X-
I
j
Indeling van het waterverbruik.
Regeling voor de erkenning van waterfitters.