17
1948:
21
B. BALANS.
In de boekwaarde van de „Uitgegeven terreinen”
zijn begrepen de door de staat in eigendom gevor
derde erfpachtspercelen. In de jaren 1946, 1947,
1948 en 1950 had teruggave van een gedeelte plaats;
het saldo op 31 December 1950 bedroeg 13.70.94 ha,
(jaarlijkse canon 147.699,83) met een grootboek-
inschrijving van 3.692.495,75. Over het bedrag der
Krachtens Raadsbesluit van 29 Augustus 1949
(Bijl. no. 439) werd een crediet ad 60.000,ten
laste van het Grondbedrijf verleend, terzake van ver-
bouwingskosten van tot dit bedrijf behorende eigen
dommen. Aangezien de onderhavige werken zijn
uitgevoerd, doch de volledige afrekening nog niet kan
plaats hebben, zal het toegestane bedrag (hetwelk
destijds naar de dienst 1950 werd overgeboekt) thans
naar de dienst 1951 dienen te worden overgebracht.
(Van dit crediet komt 34.800,ten laste van
„Geldlening”).
inschrijving werd door het bedrijf rente genoten en
wel tot en met 28 Februari 1950 a 4 daarna
a 3 Va ’sjaars.
Bovendien zijn in de boekwaarde van de eigen
dommen van het Grondbedrijf begrepen de boek
waarde van de navolgende tot dat bedrijf behorende
percelen in de jaren 1948 t/m 1950 onteigend ten
behoeve van de Gemeente in verband met de Weder
opbouw.
Van de rekening „Waardeverschillen” is een ge
deelte ad 1.294.936,16 aangewezen tot dekking van
het taxatieverlies op het aandelenbezit der Gemeente
in de N.V. Bouwgrond Mij. „Ockenburgh”.
De reserves van het Grondbedrijf, in totaal uit
makende een bedrag van 10.267.307,78 bestaan uit
het „Reservefonds van het Grondbedrijf”, (gevormd
uit winst bij verkopen, bijzondere reserveringen, e.d.),
thans belopende 2.936.191,en de zg. „Bestem-
mingsreserves”, bedoeld in de artt. 41 en 42 van de
Beheersverordening, nl. het „Reservefonds van de
Uitgegeven terreinen”, thans 3.461.510,07 bedra
gende, en het „Erfpachtsfonds”, met een saldo van
3.869.606,71.
Sedert de Raad in zijn vergadering van 23 Decem
ber 1935, bijlage no. 667, besloot de in de Beheers
verordening voorgeschreven jaarlijkse stortingen in de
twee laatstgenoemde fondsen achterwege te laten,
vindt de toeneming van deze fondsen uitsluitend
plaats uit de belegging.
1379 m2 grond,met een waarde van/4.137,
en 16633 m2 terrein met een jaarlijkse canon
of vergoeding van 11.719,58;
1949: 11036 m2 terrein met een jaarlijkse canon
van 19.269,30;
1950: 2518 m2 terrein met een waarde van
20.144,en een oppervlakte (voormalige
zg. oude erfpachtsgronden) van 7339 m2 met
een waarde van 46.604,
41
7.!
VERSLAG GEMEENTELIJK GRONDBEDRIJF.
50.000,—
81.000
In 1950 is uitgegeven
ƒ2.441.761,47
Afgevoerd kan worden
Over te brengen naar de Dienst 1951
2.805.549,07
Diversen.
B. „Straataanleg"
Was geraamd op
Overdracht restant-credieten van de dienst
1949 op die van 1950
(Raadsbesluit 26 Juni 1950 Bijlage no.
297
Toegestaan krachtens:
Raadsbesluit 31 Juli 1950 (Bijlage no. 304)
Raadsbesluit 21 Augustus 1950 (Bijlage no.
183)
260.000,—
3.196.549,07
j 707.341,96
ƒ2.489.207,11
47.445,64