a.
b.
a.
a.
a.
c.
1
II. ORGANISATIE.
Op het einde van het verslagjaar noopten de vele
voorbereidende werkzaamheden op het gebied van de
rioolwaterzuivering tot het oprichten van een afzonder
lijke afdeling Centrale riolering, welke afdeling ressor
teert onder de Waterbouwkundige hoofdafdeling.
Tevens kwam de cijferaanduiding der afdelingen te
vervallen; deze werd vervangen door letters overeen
komend met de beginletter der (hoofd-) afdelingen.
DIENST VAN GEMEENTEWERKEN VAN 'S-GRAVENHAGE
VERSLAG OVER HET JAAR 1950.
1. Militaire werken.
Een aanvang werd gemaakt met het slopen en op
ruimen van verdedigingswerken in de Scheveningse
Bosjes.
3. Slopen van percelen.
Gesloopt werden de restanten van 10 percelen aan de
Cremerweg.
Werklieden.
Het totale aantal werklieden bedroeg op 31 Decem
ber 1950 987 (883). Dit aantal omvat 561 (515) werk
lieden in vaste dienst en 426 (368) in tijdelijke of losse
dienst.
In het totaal is begrepen het personeel van de schoon
maakdienst, bestaande uit 191 (180) personen en wel
153 (141) mannen en 38 (39) vrouwen, waarvan 122
(111) in vaste en 69 (69) in tijdelijke of losse dienst.
Aan 10 (13) werklieden werd verlof voor militaire
dienst verleend. Zij zijn in bovengenoemde aantallen
begrepen.
B. Herstellingswerken.
Een aanvang werd gemaakt met
het verrichten van graafwerk voor de aanleg van
een waterpartij in de Scheveningse Bosjes;
b. het herstel van de bruggen Cremerweg en Haring-
kade.
I. BEHEER.
De Dienst werd in 1950 beheerd door Burgemeester
en Wethouders, bijgestaan door de Commissie voor de
Plaatselijke Werken en Eigendommen. De Commissie
bestond aan het einde van het verslagjaar uit: mevr.
N. C. Bouma-van Strieland en de heren Jhr Mr J. M.
M. van Asch van Wijck, P. den Duik Hzn., G. W. Hijl-
kema, F. H. M. Lem en K. J. Nieukerke.
Voorzitter was, voor zoveel o.a. de werkzaamheden
van de Dienst betreft, de Wethouder van Openbare
Werken, de heer Drs C. A. A. van Luttervelt.
2. Voormalige bebouwing.
Gereed kwamen:
het opruimen van puin tussen de Rutger-Jan-Schim-
melpennincklaan en de Johan-de-Wittlaan;
het opruimen van de funderingen langs de Lubeck-
straat, 2de Sweelinckstraat, Valeri usstraat en Nico-
laïstraat.
Een aanvang werd gemaakt met
het slopen en opruimen van de funderingen tussen
de Stadhouderslaan en de Johan-de-Wittlaan
b. het slopen en opruimen van de funderingen tussen
de Stadhouderslaan en de Willem-Lodewijklaan;
van het puindepot op het Stokroos-
c. het opruimen
plein.
C. Sport-
Gereed kwamen
de oefensintelbaan op het sportterrein aan de Laan
van Poot;
b. het verbeteren van het speelterrein aan de Beijers-
straat
c. het speelterrein aan de Nieuwe Haven
d. het verbeteren van de sproeileiding op het speel
terrein aan de Laan van Poot.
en speelterreinen.
WATERBOUWKUNDIGE HOOFDAFDELING.
IV. WATERBOUWKUNDE - NIEUWBOUW
(W.n.).
A. Opruimingswerken.
Een aanvang werd gemaakt met
a. de aanleg van een sportveld achter de Dalton-h.b.s.
b. het afgraven van een terrein bij de Daal-en-Bergse-
laan voor de aanleg van tennisbanen;
het verbeteren van het speelterrein aan het Pieter-
de-Hooghplein (Loosduinen).
BIJLAGE 24
III. PERSONEEL.
Ambtenaren. 1)
Het corps ambtenaren bestond op 31 December 1950
uit 1 (1) directeur, 285 (264) technische en 158 (150)
administratieve ambtenaren, in totaal 443 (414) ambte
naren, waarvan 350 (314) in vaste, 84 (88) in tijdelijke
dienst en 9 (12) op arbeidsovereenkomst naar burgerlijk
recht waren aangesteld.
Aan 2(1) der technische en 5 (6) der administratieve
ambtenaren werd wegens militaire dienst verlof ver
leend, terwijl aan 1 (0) technische ambtenaar buiten
gewoon verlof werd toegestaan gedurende een vrij lange
periode.
Deze ambtenaren zijn in bovengenoemde aantallen
begrepen.
1) De tussen haakjes geplaatste cijfers hebben betrekking op de toestand op
31 December 1949.