27 De dienst der seininrichting werd onafgebroken dag en nacht verricht. Als grondslag voor het getijsein Op 3 Maart bracht de Gemeentelijke Geneeskundige en Gezondheidsdienst een matroos naar een ziekenhuis, die aan boord van de motorlogger SCH 120 een been had gebroken. Een ziek geworden motordrijver van de SCH 104 werd op 13 Augustus naar een ziekenhuis ver voerd. Op 9 October werd een zieke matroos van de SCH 181 door de Geneeskundige en Gezondheidsdienst in een particuliere auto naar huis gebracht. Op 1 No vember brachten de SCH 46 en 77 beide een zieke ma troos aan de wal; zij werden naar huis vervoerd. Een matroos van de motorlogger SCH 103, die tengevolge van de storm een ongeval had gekregen en daarbij enige ribben had gebroken, werd op 18 November door de meergemelde dienst naar een ziekenhuis gebracht. Sterfgevallen kwamen op de schepen ter zee niet voor. Het mistsignaal werd op 51 dagen in werking gesteld met een totaal van 297 uur en 20 minuten. Doggersbank af IJmuiden binnen. De zuiger „Blanka” verloor op 13 October 25 meter vóór de haven zijn zuigbuis; 2 dagen later werd het voorwerp gevonden. Op 7 November ramde de Engelse stoomdrifter Lowe stoft 35 „Maca” de Scheveningse haringlogger SCH 35 „Geertruida Jacoba”. Laatstgenoemd schip is daarna op de thuisreis voor de Nederlandse kust gezonken met 45 last haring aan boord; de 14 leden van de beman ning werden gered. Op 13 November kwam bij slechte weersomstandigheden de motorlogger SCH 4 vóór de haven met de SCH 77 op sleeptouw. De sleepboot „Blankenburg”, die op verzoek van de reder assistentie verleende, nam de logger SCH 77 over en bracht hem te Vlaardingen binnen. Op 4 December heeft de red dingboot „Arthur” van de K.N.Z.H.R.M. een schokker, de „Stellendam 10”, die het in de branding zwaar te verduren had, veilig in de Scheveningse haven gebracht, nadat de tros viermaal was gebroken. Op 11 September werd een man bij het lossen van een logger door een vallend hijsblok getroffenhij is aan de bekomen verwondingen overleden. Op 5 October is een havenbediende, toen hij langs de haven fietste, gevallen waarbij hij een scheurwond in het gelaat opliep; in zijn dienst werd hij tijdelijk door een ander vervangen. De geleidelichten werkten over het algemeen goed. Enkele storingen kwamen voor op 2 Maart, 8 Augus tus, 1 September en in December; deze waren binnen ongeveer 6 uren opgeheven. De baggermolen „Maas” haalde uit de binnenhaven en de binnenvoorhaven 846 vrachten baggerspecie, elk van plus minus 120 m3 of 101 520 m3 in totaal. De zand zuiger „Blanka” verwerkte buiten de haven en in de buitenhaven 455 vrachten zand, in totaal 88 667 m3. In het verslagjaar werd de hijskraan 335 maal in ge bruik gesteld tegen 350 keer in 1949. In 1950 werd 1 549 406 m2 kaderuimte door rede rijen in beslag genomen. De Gemeentelijke Reinigingsdienst heeft het haven terrein regelmatig bezemschoon gehouden en de vuilnis bakken geledigd. Voorts gaf genoemde dienst aan de rederijen 1 a 2 maal per week gelegenheid tot het storten van visvuil in de daarvoor in de tweede binnenhaven gelegen vaartuigen. Sleephelling. In totaal werden 279 schepen op de sleephelling ge bracht, nl. 234 motorloggers, 19 motorkotters, 14 mo- torkustvaartuigen, 2 vletten, 2 reddingboten, 2 bagger molens, 1 onderlosser, 1 sleepboot, 2 tankboten, 1 jacht en 1 schip van de binnenvaart. In totaal werd 6 330 600 liter duinwater aan vaar tuigen uitgegeven, waarvan 2 162 900 liter in de eerste binnenhaven en 4 167 700 liter in de tweede binnen haven, onderscheidenlijk in 1 073 en (1 558) verstrek kingen. In het verslagjaar kwamen 11 schadevaringen voor. Van de gemaakte schade 'werd proces-verbaal opge maakt, dat werd doorgezonden naar de Dienst van Ge meentewerken, die voor verdere afwikkeling zorgde. In het verslagjaar werd het tweede deel van het on derzoek in het Waterloopkundig Laboratorium der werd steeds aangenomen de geringste diepte in de vaargeul. Enige malen werden de wippers vernieuwd en werd een vlaggelijn ingeschoren. In het begin van het jaar was de grondslag t.o.v. het D.P. laag. Allengs is deze verhoogd, toen er gebaggerd kon worden. In het najaar bij krachtige Westenwinden moest het sein weer verlaagd worden tot 18 D.P.. VERSLAG GEM. DIENST VAN HAVEN- EN MARKTWEZEN. 3 Seininrichting. Quarantaine. Mistsignaal. Persoonlijke ongelukken. Geleidelichten. Baggerwerk. Hijskraan. Kaderuimte. Reiniging. Duinwater. Schadevaring. Commissie havens c.a. van advies voor de Scheveningse

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1950 | | pagina 349