37
16
Voor uitzending naar buiten hebben de schoolartsen
in het verslagjaar 2 829 kinderen aanbevolen. Boven
dien werd door de uitzendende verenigingen voor 208
kinderen keuring door de schoolartsen voor uitzending
Het meten en wegen in Laakkwartier en Spoorwijk
kon gewoon voortgang hebben. De uitkomsten zijn be
werkt door het Bureau voor Statistiek en Voorlichting
der Gemeentesecretarie.1)
Van de diphtherie-inentingsploeg ontvingen 9 875
kinderen een 1ste injectie (een aantal van deze kinderen
zal in 1951 de 2de injectie krijgen),
8 752 kinderen een 2de injectie en werden dus volledig
ingeënt. (Opgemerkt zij, dat een aantal van deze kin
deren de 1ste injectie reeds in 1949 had gekregen.)
Bovendien kregen 5 213 kinderen een her-injectie.
Van de schoolartsen ontvingen 485 kinderen een
1ste injectie (een aantal van deze kinderen zal in 1951
de 2de injectie krijgen),
533 kinderen een 2de injectie en werden dus volledig in
geënt. (Opgemerkt zij, dat een aantal van deze kinderen
de 1ste injectie reeds in 1949 had gekregen.)
Verder kregen 332 kinderen een her-injectie.
In ’t totaal werden dus 25 190 injecties tegen diph
therie gegeven.
In 1950 werden 199 gevallen (1949: 157) van diph
therie geteld, die te zamen ruim 4 000 ziekenhuisver-
pleegdagen kostten. De 6 en 7 jarigen vormden relatief
een groter deel van de patiënten dan het jaar te voren.
Het waren voornamelijk schoolgaande kinderen. Mo
gelijk zijn aan deze vermeerdering de niet geïmmuni
seerde leerlingen, die de kleuterschool niet bezochten,
niet vreemd.
De cijfers maken het waarschijnlijk, dat het geïm
muniseerd zijn van 50 pCt. of meer van de leerlingen op
betekenisvolle en 80 pCt. op vrijwel afdoende wijze de
verspreiding van diphtherie op en door de school tegen
gaat en wel door vermindering van het aantal stille in
fecties, waarbij de geïnfecteerde kinderen zelf niet merk
baar ziek worden, maar tijdelijk wel gevaarlijk zijn voor
de zeer vatbare onder de medeleerlingen, gevaarlijker
dan het zieke en dus geïsoleerde kind.
In 1950 is aan de inenting op de kleuterscholen en de
1ste klassen van de lagere scholen bijzondere aandacht
besteed. De medewerking van het publiek is helaas nog
niet overal voldoende. De scholen zelf werken zeer goed
mee. Slechts één schoolhoofd weigerde de nodige for
mulieren uit te delen.
aangevraagd en werd voor 174 kinderen, die door de
geneeskundigen van de consultatiebureaux voor zuige
lingen en kleuters aanbevolen waren voor uitzending in
dagverpleging door de Vereniging „Naar het Strand”,
fiat aangevraagd. Onderscheidenlijk werd in 138 en 173
gevallen gunstig advies gegeven.
Verlenging van fiat, omdat geen uitzending plaats
had binnen de 4 maanden, gedurende welke het fiat
geldig is, werd 332 maal aangevraagd. In 307 gevallen
werd de verlenging goedgekeurd.
Wijziging van fiat voor gezinsuitzending in fiat voor
kolonieuitzending werd 2 maal aangevraagd, waarvan
1 maal verleend.
Fiat voor uitzending voor een langere termijn dan 7
weken werd in 708 gevallen aangevraagd, waarvan 707
maal verleend.
Het aantal buitenlessen bedroeg 47 pCt. van het to
taal. Sedert de maand September viel er veel regen. Door
wind en mist was het in de duinpannen zeer vochtig en
onaangenaam.
Geplaatst werden 18 jongens en 23 meisjes. Er ver
trokken 23 jongens en 18 meisjes. Op 31 December be
droeg het aantal leerlingen 106. Van de leerlingen, die
vertrokken, gingen er 6 naar een andere school voor
b.l.o., 25 naar een school voor g.l.o., 4 naar een school
voor (m.)u.l.o., 2 naar een h.b.s. met zeer goede toe-
latingscijfers; ook hun Kerstrapport was op die h.b.s
uitstekend; 4 gingen naar een ambachtsschool of
huishoudschool.
Veel bezoekers uit binnen- en buitenland werden ver
welkomd. De school kwam op 1 Januari 1950 onder de
bepalingen van het buitengewoon lager onderwijs. De
kinderen, die hier uit Huis ter Drift te Doorn kwamen,
vielen als regel weer uit de toon. Over deze kwestie
schreef het hoofd der school een brief aan het College
van Burgemeester en Wethouders in de hoop, dat hier
in verbetering zou komen.1)
Door twee onderwijzeressen van de Openluchtschool
Leyenburg werden alle kinderen getest volgens de me
thode Luning Prak. De uitkomsten waren als volgt:
3 leerlingen tussen 6070; 10 leerlingen tussen 7080;
20 leerlingen tussen 80—90; 37 leerlingen tussen 90
100; 22 leerlingen tussen 100110; 11 leerlingen tussen
110—120 en 3 leerlingen tussen 120130.
Na de zomervacantie hield het hoofd der school een
enquête over de wijze, waarop de kinderen hun vacantie
besteed hadden. Deze vacantie mocht geslaagd ge
noemd worden voor 68 leerlingenniet geslaagd voor
38 leerlingen.
Het tramvervoer bleef een ernstige zorg, vooral het
vervoer op lijn 9.
Steeds doet zich het gebrek gevoelen aan een lokali
teit voor het geven van godsdienst-onderwijs en het af
zonderlijk werken met een kleine groep leerlingen. Ook
voor handwerken zou dit lokaal gebruikt kunnen
worden.
VERSLAG VAN DE GEM. GENEESKUNDIGE EN GEZONDHEIDSDIENST.
Inenting tegen diphtherie.
Buitenschool Doorniksestraat 28.
Schoolkinderonderzoek.
1) Dit kindersanatarium is in de loop van 19JI opgeheven.
Uitzending van
kinderen naar buiten.
i) Het Haags sclwolktnderonderioek 1949 en 1950 ,,’s-Gravenhage 1951”
No. 3-4.