fl van voortgezet onderwijs en 10 leerlingen waren kos teloos toegelaten tot de School voor Taal- en Letter kunde. In totaal zijn in 1950 60 aanvragen ingediend, waarvan 44 voor universitaire studies. secretariaat: Lijnbaan 32. Aan het einde van het verslagjaar was de samen stelling van het bestuur als volgt: Dr J. P. A. Eernst- man, voorzitter; A. van Velsen, 2e voorzitter; Dr J. Hulsker, secretaris (toegevoegd); vacature, le pen ningmeester; Jhr Mr W. C. Six, 2e secretaris-pen- ningmeester; J. H. Carpentier Alting, A. L. M. Dink- huijsen en Mr M. Nijhoff. In de vacature, ontstaan door het uittreden van de heer W. Nijhoff Pzn, is nog niet voorzien. met financiële steun van het Holland Festival tot stand kwam. De organisatie van de populaire manifestaties in Den Haag, welke geschiedde in samenwerking met, en met financiële medewerking van het Algemeen Haags Comité, omvatte o.a. het volgende: 2 concer ten door het Residentie-Orkest in het Houtrustge- bouw o.l.v. Carl Schuricht en Willem van Otterloo, solistische medewerking van Szymon Goldberg; een voorstelling door het Grand Ballet du Marquis de Cuevas direct de Monte Carlo in het Gebouw voor Kunsten en Wetenschappen. Nauwe samenwerking kwam tot stand in 1950 met de Nederlandse Radio-Unie, welke een groot gedeel te van de muzikale evenementen heeft uitgezonden. Het ongedekte exploitatietekort van het Holland Festival 1950 bedroeg per 31 Augustus 2.706,82. secretariaat: Lijnbaan 32. In het jaar 1949 organiseerde de Stichting in het Gemeentemuseum de letterkundige tentoonstelling „Schrijvers van Nabij”. In 1950 werd dat „Wereld schrijvers van Nabij”. Op uitnodiging van het Centrum kwamen de bui tenlandse schrijvers Evelyn Waugh, James T. Farrell en Jules Romains naar Nederland om lezingen te houden. Ter herdenking van de 300ste geboortedag van Koning-Stadhouder Willem 111 sprak Prof. Dr P. Geyl een herdenkingsrede uit in de Lutherse Kerk, op 14 November. De bijeenkomst werd belegd door het H.C.C. in samenwerking met „Die Haghe” en de Haagse Volksuniversiteit. Wederom werd in het winterseizoen 19501951 het programma „Zien en Horen”, ditmaal in 2 afle veringen, uitgegeven. De Haagse Kunstmaand 1950, geopend op 27 September, bracht een uitgebreid pro gramma van ontvangsten, herdenkingen, dansavon den, toneelvoorstellingen enz. Onder leiding van Willem van Otterloo voerden Residentie-Orkest en Haags Toonkunstkoor op 18 October het Requiem van Hector Berlioz uit. Tenslotte werd van 27 October tot 3 December een tentoonstelling georganiseerd in het Gemeentemu seum onder de titel „Vallen en Opstaan; Nederlands beschavingsleven van 17501850”. In de subsidies door de Gemeenteraad in 1950 verleend, waren begrepen: aan het Residentie-Orkest een subsidie van 216.150,waarvan 30.000,als bijdrage in het pensioenfonds, 7.750,ten bate van een ver hoging met 5 van de salarissen der orkestleden van 1 Januari 1950 af, 11.150,als extra-subsidie voor een toelage van 25 op het pensioen, tot een maximum van 500,aan de oud-personeelsleden die vóór 1 September 1945 zijn gepensionneerd en 12.250,als bijdrage in de sociale lasten; aan de Haagse Kunststichting als vaste bespeler van de Koninklijke Schouwburg 80.433, ten bate van volksvoorstellingen 3.000, ten bate van muziek- en zangverenigingen 7.000,—. ten bate van openluchtconcerten 6.000, voor opdrachten aan en aankopen van beeldende kunstenaars 25.000, aan de Nederlandse Opera 20.000, Ten behoeve van de Haagse Kunstmaand 1950 verleende de Gemeente een garantie van 15.000, en ten behoeve van het „Holland Festival” een ga rantie van 50.000, Secretariaat: Amsterdam, Emmaplein 5. Het Holland Festival, dat in 1950 wederom de hoge bescherming mocht genieten van H.M. Koningin Juliana en Z.K.H. Prins Bernhard, vond plaats van 15 Juni tot 15 Juli in Den Haag—Scheveningen en Amsterdam. Bovendien werd een aantal kunstmani festaties, gehouden in Bloemendaal, Delft, Gouda en Naarden, in het Holland Festival opgenomen. Met de in deze plaatsen georganiseerde voorstellin gen en concerten omvatte het Holland-Festival 1950 in totaal 120 manifestaties, t.w. 29 orkestconcerten, 18 opera-voorstellingen, 28 toneelvoorstellingen, 16 ballet- en dansvoorstellingen, 14 kamermuziek- en orgelconcerten, 12 kooruitvoeringen en 3 film avonden. Het percentage buitenlandse bezoekers werd ge schat op 25 a 30. H.M. Koningin Juliana heeft te ’s-Gravenhage de première van de Petrouchka-uitvoeringen bijgewoond. In 1950 werden voor het eerst toneelvoorstellingen in het festivalprogramma opgenomen. Nieuw was voorts de introductie van ochtendcon- certen. In het kader van het festival werd in het Gemeente museum een aan de Internationale Litteratuur ge wijde tentoonstelling gehouden welke op initiatief en ANDERE ONDERWERPEN. 52 Haagse Kunststichting, Stichting Haags Cultureel Centrum, Kunstsubsidies. Holland Festival 1950.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1950 | | pagina 60