10
J
De belasting bedraagt voor de tweede luxe hond van
dezelfde houder f 50,en voor iedere verdere hond van
dezelfde houder telkens f 25,meer dan voor de vorige
hond verschuldigd is.
Gedeeltelijke ontheffing wordt verleend bij een in
komen van minder dan f 3.000,—.
In staat 111 komen voor het aantal houders van hon
den, ingedeeld naar hun inkomen, het aantal luxe,
waak- en bedrijfshonden, alsmede de opbrengst der be
lasting over de jaren 1947 tot en met 1950.
Het aantal honden bedroeg
Uitspraak Raad van Beroep.
Een aangeslagene in de hondenbelasting voor het
jaar 1949 had bij de directeur der Gemeentebelastingen
een bezwaarschrift ingediend, omdat de desbetreffende
hond niet aan hem toebehoorde, maar eigendom was
Het aantal afgegeven toegangsbewijzen bedroeg, in
percenten van het totaal, voor
Uit staat II blijkt het aantal van Gemeentewege uit
gereikte of afgestempelde toegangsbewijzen. Dit be
droeg
in 1946 14 840 782 of gemiddeld 31,1 per inwoner;
1947 13 812 766 26,3
1948 14 048 595 25,9
1949 11 274 818 20,4
1950 11 174 227 20,0
Van het totale aan toegangsbewijzen bestede bedrag
werd uitgegeven voor
20,-
8,-
150,maximaal.
terwijl het gemiddeld bestede bedrag per toegangsbe
wijs bedroeg voor
(zie staat III.)
Deze belasting is geregeld in de Verordening no. 33
van 1950.
Van 1 Januari 1947 af wordt geheven
voor de eerste luxe hond f 25,
elke waakhond
bedrijfshond
kennel
In 1950 bedroeg het aantal bij de belastingadmini
stratie bekende honden dus 832 minder dan in 1949.
Deze vermindering moet Worden toegeschreven aan de
omstandigheid, dat de controleurs van de hondenbe
lasting in het tweede halfjaar van 1950 hoofdzakelijk
waren belast met de uitoefening van de controle op het
staangeld voor motorrijtuigen.
De zuivere opbrengst van de hondenbelasting be
droeg over de jaren 1949 en 1950 onderscheidenlijk
f 332.464,en f 343.079,alzo over 1950 rond
f 10.615,meer dan over 1949. De stijging is een ge
volg van de salaris- en loonsverhogingen.
Deze cijfers kunnen nog wijzigingen ondergaan ten
gevolge van nog op te leggen aanslagen, te verlenen ont
heffingen op reclames en wegens oninbare posten.
Voorts geeft deze staat een overzicht van de houders
van honden, die aan de controlerende belastingambte
naren geen belastingbewijs konden tonen. Deze aan
houdingen hebben geleid tot het opleggen van de vol
gende aanslagen:
in 1945 voor 2 157 honden;
5 850
4 374
4 509
2 157
1946
1947
1948
1950
Verder vermeldt de staat het aantal honden, dat als
gevonden aan de politie werd afgegeven en ten slotte de
aantallen honden, welke kosteloos of tegen vergoeding
in het dierenasyl werden afgemaakt.
VERSLAG VAN DE GEMEENTEBELASTINGEN.
1949.
1950.
1948.
Totaal.
Luxe honden.
1948.
1949.
1950.
1950.
1948.
1949.
9»
99
2
toneelvoorstellingen
opera en operette
ballet
concerten
bioscoopvoorstellingen
revue
sport
tentoonstellingen
12 473
14 938
18 642
20 774
21 800
20 983
Waak
honden.
42
55
100
224
351
336
Bedrijfs
honden.
17
17
16
24
31
31
12 532
15 010
18 758
21 022
22 182
21 350
toneelvoorstellingen
opera en operette
ballet
concerten
bioscoopvoorstellingen
revue
sport
tentoonstellingen
overige vermakelijkheden
toneelvoorstellingen
opera en operette
ballet
concerten
bioscoopvoorstellingen
revue
sport
tentoonstellingen
overige vermakelijkheden
99
99
99
in 1945
1946
1947
1948
1949
1950
pCt.
2,5
1,-
0,1
2,1
70,5
0,7
5,2
3,7
14,2
pCt.
5,5
2,2
1,2
5,1
59,3
5,2
5,2
1,1
15,2
pCt.
2,5
0,5
0,2
3.4
72,9
1,8
6,7
1,2
10,8
pCt.
2,6
0,8
0,3
3,2
71,7
2,0
6,2
1,0
12,2
pCt.
6,0
1,2
1,2
5,7
61,6
5,1
5,6
0,8
12,8
ƒ2,10
2,59
4.80
1,57
0,82
2,60
0,83
1,12
ƒ2,18
2,67
4,91
1,97
0,83
2,51
0,77
0,59
ƒ2,34
2,37
4,57
1,62
0,81
2,67
0,81
0,65
pCt.
5,8
2,9
0,5
4,5
63,5
2,0
4,4
2,4
14,0
Hondenbelasting.
4 629
1949