10 ƒ97.910,— ƒ100.105 17.382,— 17.625,— 9.376,— 9.689,— 2.482,— 775,— 2.304,— 2.239,— 63.677,— 84.531,— 2 L groting, bepaalt de Gemeenteraad met welk verhou- dingscijfer het in artikel 6 der verordening opgenomen tarief voor het desbetreffende belastingjaar zal worden vermenigvuldigd. Van 1941 af geldt het verhoudings- cijfer 2%. Voor het jaar 1951 is dit verhoudingscijfer vastgesteld bij Raadsbesluit van 11 December 1950, Bijl. 606, goedgekeurd bij Koninklijk besluit van 1 Fe bruari 1951, no. 11. Staat IV geeft een vergelijkend overzicht van het aantal aangeslagen percelen, de opbrengst der kohieren en de zuivere opbrengst na aftrek van ontheffing na reclame en van de oninbare posten, over de jaren 1942 tot en met 1951 Het aantal belastbare percelen steeg van 71 912 in 1950 tot 73 585 in 1951, derhalve met 1 673. Staat V geeft een overzicht van de belastbare per celen voor de straat belasting, gerangschikt in 13 groe pen naar de belastbare opbrengst en het bedrag der belasting voor iedere groep, naar de toestand op 1 Ja nuari 1951. Uit deze staat blijkt voorts voor hoeveel percelen groepsgewijs verschuldigd is: 1ste. de normale belasting; 2de. der belasting, wanneer slechts één der voorzie ningen aan de wegen (aanleg en onderhoud, verlichting, afvoer van water en vuil) voor rekening van de Ge meente komt. a. voor het hebben van een buis tot lozing van fae- caliën, van huishoud- of van hemelwater (65 853 stuks in 1950 en 67 281 in 1951) b. voor het hebben van een benzinepomp met toe behoren (238 stuks in 1950 en 241 in 1951) c. voor het hebben van andere voorwerpen d. voor het hebben van een verkoopautomaat e. voor het innemen van openbare Gemeentegrond met handwagens voor het innemen van openbare Gemeentegrond met motorrijtuigen vóór of in de omgeving van het woonhuis, kantoor, enz. 1947 1948 1949 1950 1951 (zie staat III.) Deze belasting is geregeld in de Verordening no. 33 van 1950. Van 1 Januari 1947 af wordt geheven: voor de eerste luxe hond f 25, elke waakhond20, bedrijfshond8, kennel150,— maximaal. De belasting bedraagt voor de tweede luxe hond van dezelfde houder 50,en voor iedere verdere hond van dezelfde houder telkens f25,meer dan voor de vorige hond verschuldigd is. Gedeeltelijke ontheffing wordt verleend bij een in komen van minder dan ƒ3.000, In staat III komen voor het aantal houders van hon den, ingedeeld naar hun inkomen, het aantal luxe, waak- en bedrijfshonden, alsmede de opbrengst der belasting over de jaren 1947 tot en met 1951. Het aantal honden bedroeg: Deze rechten worden geheven krachtens de Verorde ning no. 5 van 1926. Het thans opgenomen tarief geldt van 1 Januari 1947 af. De zuivere opbrengsten van de rechten, voor zover zij krachtens kohieren worden in gevorderd, hebben bedragen: In 1951 was het aantal bij de belastingadministratie bekende honden dus 509 minder dan in 1950. De zuivere opbrengst van de hondenbelasting be droeg over de jaren 1950 en 1951 onderscheidenlijk ƒ342.593,en ƒ362.873,derhalve over 1951 rond ƒ20.280,meer dan over 1950. Deze cijfers kunnen nog wijzigingen ondergaan ten gevolge van nog op te leggen aanslagen, te verlenen ontheffingen op reclames en wegens oninbare posten. Voorts geeft deze staat een overzicht van de houders van honden, die aan de controlerende belastingambte naren geen belastingbewijs konden tonen. Deze aan houdingen hebben geleid tot het opleggen van de vol gende aanslagen in 1946 voor 4 629 honden; 5 850 4 374 4 509 2 157 3 138 Verder vermeldt de staat het aantal honden, dat als gevonden aan de politie werd afgegeven en ten slotte de aantallen honden, welke kosteloos of tegen vergoe ding in het dierenasyl werden afgemaakt. (Zie de staten IV en V). Voor de heffing van deze belasting geldt de Verorde ning no. 30 van 1922. Jaarlijks, bij de behandeling van de Gemeentebe- VERSLAG VAN DE GEMEENTEBELASTINGEN. Totaal. Luxe honden. openbare in 1951. 99 99 99 99 99 99 99 99 99 14 938 18 642 20 774 21 861 21 181 20 709 Bedrijfs- honden. 17 16 24 31 31 32 55 100 224 352 339 301 in 1946 1947 1948 1949 1950 1951 Hondenbelasting. Waak- honden. Rechten voor het gebruik of genot van Gemeentegrond in 1950. 15 010 18 758 21 022 22 244 21 551 21 042 Straatbelasting.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1951 | | pagina 116