19
Dienst Geüniformeerde Politie.
2 commissarissen, 8 hoofdinspecteurs, 23 inspec-
I tears, 1 adjunct-inspecteur, 25 adjudanten, 108 bri-
I gadiers en 881 (hoofd)agenten. Voorts 2 administra-
I tieve en 7 technische ambtenaren.
Bereden Politie.
Gedurende het verslagjaar beschikte de Bereden
Brigade over 30 paarden en telde zij gemiddeld 25
manschappen.
Dienstgebouwen.
Op 31 December 1951 had de Politie de volgende
percelen in gebruik:
Laan Copes van Cattenburch 3, 5, 7, 9, 11, 13,
15, 17, 19, 25, 27, 31, 31a, 33b (beneden), 41, 47,
49 en 51;
Alexanderplein 3, 10, 12, 13, 14, 15, 15a, 15b
(hoofdgebouw en arrestantenbewaarplaats), 16/17,
18, 19, 20 en 21;
Buitenhof 19 en 23, Van der Vennestraat 85, Wil-
lem-III-straat (L.) 6, Archimedesstraat 6, Laan van
Poot 161, Duinstraat 23, Gevers Deynootweg 103,
De N^ildestraat 1, Bezuidenhoutseweg 33 en Huy-
genspark 60; Teylerstraat 126 (gymnastieklokaal);
garages Borneostraat, Daendelsstraat, Okkernoot-
straat en Ooievaarlaan; posthuizen Mr P. Droogleever
Fortuynweg, Staatsspoor, Hollandse Spoor en Kijk
duin.
Voorts waren in gebruik: schietterreinen in de dui
nen aan de Laan van Poot; sportterrein Zuiderpark;
terrein aan de Leidsestraatweg voor een rijdend post
huis en een weide aan de Benoordenhoutseweg voor
de paarden van de Bereden Brigade.
Dienst Justitiële Politie.
2 comissarissen, 7 hoofdinspecteurs, 11 inspec
teurs, 1 adjunct-inspecteur, 12 adjudanten, 29 briga
diers en 149 (hoofd)agenten. Voorts 3 administra
tieve en 2 technische ambtenaren.
Verkeerspolitie.
Op 31 December 1951 telde de afdeling 143 per
soneelsleden; de dienst werd verricht met 1 personen
auto en 4 stationcars, 4 motoren met zijspan, 27
solomotoren en 6 jeeps.
Tot de werkzaamheden behoorden het handhaven
van en het uitoefenen van controle op de naleving
van de Wegenverkeerswet en het Wegenverkeersre
glement, de Wet Openbare Vervoermiddelen, de Wet
Autovervoer Personen, de Rijtijdenwet, het Rijtijden
besluit, alsmede de Algemene Politieverordening voor
’s-Gravenhage, meer in het bijzonder de hoofdstukken
1, II en XV.
De afdeling Verkeerspolitie was bovendien belast
met de behandeling van de verkeersongevallen, de
controle op auto- en rijwielbewakers, de regeling van
het verkeer, de rij- en parkeerregeling bij bijzondere
gebeurtenissen en het verhoren van personen naar
aanleiding van in andere gemeenten opgemaakte pro-
cessen-verbaal.
In het verslagjaar werden 6 789 processen-verbaal
opgemaakt, waarvan 6 279 door het surveillerende
personeel.
Terzake van aanrijdingen binnen de Gemeente
werden 1 911 processen-verbaal opgemaakt. Voorts
werden 487 processen-verbaal van verhoor behan
deld in verband met aanrijdingen buiten de Ge
meente.
Er werden 51 processen-verbaal opgemaakt wegens
overtreding van de Wet Autovervoer Personen en
245 processen-verbaal wegens overtreding van de
Rijtijdenwet en het Rijtijdenbesluit.
In 1 115 gevallen werden bestuurders van motor
rijtuigen in de gelegenheid gesteld de bij controle ge
bleken gebreken te herstellen of om papieren te tonen.
Tegen 230 personen, die niet aan de oproeping gevolg
gaven, werd alsnog proces-verbaal opgemaakt.
In 369 gevallen had technische controle van voer
tuigen plaats. Hiervoor werden 199 motorrijtuigen
naar het bureau der Verkeerspolitie gebracht.
In 1 480 gevallen werd uitgerukt voor ernstige
verkeersongevallen
Voor begeleidingen (optochten, officiële personen,
bijzondere transporten e.d.) werd 927 maal uitgerukt;
voor het regelen van aan- en afrijden en parkeren bij
partijen, recepties en wedstrijden werd 992 maal as
sistentie verleend.
Voor de verkeersexamens, die aan de scholieren
der lagere scholen werden afgenomen en waaraan
1 875 leerlingen voor het theoretische en 1 254 leer
lingen voor het praktische gedeelte deelnamen, slaag
den er 1 254 voor eerstgenoemd en 547 voor laatst
genoemd gedeelte.
Motorsurveillance Uitvoerende Dienst.
Gedurende het verslagjaar werd in de 4 districten
van deze afdeling dienst gedaan met 12 surveillance
jeeps, terwijl bij de stafbrigade 3 jeeps waren inge
deeld.
Met deze jeeps, voor welker bezetting gemiddeld
130 man nodig waren, werd hoofdzakelijk gesurveil
leerd en in 13 244 gevallen assistentie verleend.
Van het totale aantal processen-verbaal (37 454)
werden er 12 695 door het jeeppersoneel opgemaakt.
Voorts werden 5 207 personen aan de diverse
bureaux opgeroepen om aan te tonen, dat het aan
hun voertuig of rijwiel geconstateerde „lichte gebrek”
verholpen was.
Afdeling V.I.D.
1 commissaris, 2 hoofdinspecteurs, 3 inspecteurs,
2 adjudanten, 8 brigadiers en 27 (hoofd)agenten.
Voorts 6 administratieve ambtenaren.