3911
HOGER, MIDDELBAAR EN HANDELSONDER-
VERSLAG OVER HET SCHOOLJAAR 1950-1951.
1
OPENBAAR EN BIJZONDER VOORBEREIDEND
WIJS IN DE GEMEENTE 'S-GRAVENHAGE.
geschiedenis met het daaraan verbonden museum-
bezoek, is voor het Gymnasium Haganum zozeer een
normaal verschijnsel geworden, dat er nauwelijks
aandacht is voor het feit, dat hier de Gemeente
’s-Gravenhage reeds bijna dertig jaar geleden in deze
school voor het gehele land het voorbeeld heeft
gegeven door facultatieve plaatsing op de lesrooster.
Thans, nu aan het einde van dit schooljaar de heer
Merema gedurende dertig jaar aan de school .verbonden
zal zijn, achten Curatoren het ogenblik gekomen tot het
uitspreken van een woord van grote waardering voor
het werk van deze leraar, die algemeen erkend wordt
als een der pioniers op zijn zo belangrijk arbeidsveld.
Verder mag het onderwijs in lichamelijke oefening
hier niet onvermeld blijven. De stijgende betekenis
hiervan kan reeds hieruit blijken, dat de afkorting
„L.O.” meermalen geïnterpreteerd wordt met Licha
melijke Opvoeding. Inderdaad zal men niet licht
ontkennen de grote opvoedende waarde van de deel
neming der school, vertegenwoordigd door docenten
en leerlingen, aan de sportdag op het Stokroosveld
zo uitnemend geslaagd als die van Maandag, 2 Juli
1951.
Een welsprekend bewijs van aanvaarding van meer
moderne opvattingen op pedagogisch gebied is ten
slotte het verslag van de werkweek van 12-17 Maart
1951 in het kampeer ver blijf „Buitenzorg” te Baarn.
Daar dit verslag zich reeds in handen van het Gemeen
tebestuur bevindt, menen Curatoren zich te moeten
onthouden van beschouwingen hierover, die overigens
van grote waardering zouden getuigen.
I. Inleiding.
Hoewel het nauwelijks te verwachten is, dat een
onderwijsinrichting, die in haar tegenwoordige orga
nisatie reeds een leven van meer dan een eeuw achter
zich heeft, een voorname plaats zou innemen in het
tegenwoordig actuele streven naar vernieuwing,
achten Curatoren het toch niet ongewenst in de aan
vang van hun verslag over de afgelopen cursus enkele
feiten naar voren te brengen, waaruit moge blijken,
dat het Gymnasium Haganum geenszins ten achter
gebleven is in het streven naar aanpassing aan moderne
denkbeelden omtrent de maatschappelijke betekenis
der school, omtrent haar plicht tot medewerking ter
verheffing van het beschavingspeil der leerlingen en
omtrent hun houding tegenover het onderwijs en
tegenover hen, die met de zorg daarvoor belast zijn.
Reeds meermalen werd in vorige verslagen melding
gemaakt van de zorg aan de muzikale opvoeding der
leerlingen besteed door Dr Damsteegt als leider van
het gymnasium-koor; in deze cursus is de betekenis
hiervan wel zeer sterk gebleken door de medewerking
van dit koor aan de opvoering van Handels’ Alex
anders Fest, op 27 Januari 1951 onder leiding van
Dr Damsteegt gegeven.
Daarnaast werd met goedkeuring van het Gemeen
tebestuur voor het eerst het muziekonderwijs in het
leerplan opgenomen; aan Dr Damsteegt werd één
wekelijks lesuur in zang opgedragen in de eerste
klasse, terwijl de heer Brans belast werd met één uur
algemeen muziekonderwijs in klasse II. Het was ook
voor Curatoren een vreugde te vernemen, dat beide
heren deze verzwaring van hun schooltaak met grote
bereidwilligheid hebben aanvaard.
Het mag eveneens worden bekend geacht, dat de
belangstelling voor het toneel sedert verscheidene
jaren wordt gewekt en versterkt door het krachtige
initiatief van de heer De Voogd. Voor dit schooljaar
kan tot getuigenis strekken de opvoering van Shake
speare’s „Naar het U lijkt”, die zo zeer de aandacht
trok, dat een dubbele herhaling nodig bleek. De
vergroting van het toneel der aula, waarvan in het
vorig verslag melding werd gemaakt, bleek hierbij de
scenische mogelijkheid sterk te bevorderen.
Dat verder het begrip voor schilder- en beeldhouw
kunst wordt gewekt door het onderwijs in kunst-
Als opvolger van de curator Dr A. Trouw, van
wiens overlijden in het vorig verslag melding werd
gemaakt, werd door de Gemeenteraad op voordracht
van het College d.d. 27 November 1950 benoemd
Dr W. Aalders, Ned. Hervormd predikant alhier.
In de vergadering van 16 Juni 1951 nam het College
met groot leedwezen kennis van de ontslagaanvrage
van het medelid Ir J. K. Tromp, die na in 1945 in
functie te zijn getreden als zogenaamd contact-lid met
het College van curatoren der openbare lycea, zijn mede
werking geenszins heeft beperkt tot de gemeenschappe
lijke belangen der beide schooltypen. Het College
betreurt het daarom ten zeerste, dat de heer Tromp
door zijn veelzijdige werkzaamheden zich genoodzaakt
heeft gezien heen te gaan.
BIJLAGE
J
Verslag betreffende het Gymnasium Haganum over
het schooljaar 1950-1951.
II. Samenstelling van het College.