Totaal
23
1
MUSEUM VOOR HET ONDERWIJS TE 'S-GRAVENHAGE.
VERSLAG OVER HET JAAR 1951.
Bezoeken.
Het totale aantal bezoekers aan het Museum voor
het Onderwijs bedroeg in het verslagjaar 1951 130 267,
waaronder 77 247 leerlingen, 2 694 geleiders, 25 560
betalende bezoekers en 24 766 leden van verenigingen
en overige bezoekers.
Ten opzichte van het jaar 1950 betekent dit een daling
met ongeveer 35 000 personen. De oorzaken hiervan
zijn een vermindering van het aantal bezoekende
schoolklassen wegens ziekte van conservatoren als
mede een noodzakelijke sluiting van het Museum in
verband met de uitvoering van vernieuwingen aan het
gebouw.
Het aantal aangevraagde museumlessen bedroeg
3 865; hiervan konden slechts 1 644 lessen worden ge
geven, zodat - wegens een tekort aan leslokalen - de
overige lessen onafgedaan moesten blijven.
De reeks van tentoonstellingen over Gemeentelijke
1
8
4
4
3
3
Gebouw en verzamelingen.
De collectie werd wederom verrijkt met belangrijke
aanwinsten, welke in enkele gevallen door aankoop
werden verkregen. De verzameling verkeert in goede
staat; het probleem van opbergruimte doet zich echter
steeds ernstiger gevoelen. Alle plaatsen, welke maar
enigszins als opbergruimte voor de verscheidene col
lecties dienstbaar gemaakt kunnen worden, zijn reeds
benut. Dat de wijze van opslag niet aan alle eisen vol
doet, baart grote zorg voor het blijvend behoud van
sommige collectieseen deel van de verzamelingen ver
keert in gevaar.
Het filmarchief werd wederom belangrijk uitgebreid
met nieuwe films, in het bijzonder over biologische
onderwerpen. Te zamen met de films, die het vorige
jaar werden aangekocht, vormen zij een zodanig geheel,
dat zij, vertoond voor leerlingen van de examenklassen
van bijna alle (m.)u.l.o.-scholen vóór het mondeling
examen, een aanschouwelijke repetitie geven van het
reeds geleerde. In combinatie met de hierbij gegeven
lessen met museummateriaal, in het bijzonder uit de
gebieden der biologie en physica, geven zij het (m.)u.l.o.-
onderwijs een zodanige steun, dat dit, in de op het
examen behaalde cijfers, tot uitdrukking komt. In ver
band met de aankoop van dit nieuwe filmmateriaal,
Personeel.
Overzicht van de personeelssterkte per 31 December
1951.
Directeur
Wetenschappelijk personeel
Administratief personeel
Technisch personeel
Bedienend personeel
Huishoudelijke dienst1)
werd tevens overgegaan tot de aanschaffing van een
nieuwe projector voor 16 mm stomme film.
Nu het onderwijs de behoefte aan de stilstaande
beeldprojectie steeds meer gaat gevoelen, werd door
het Gemeentebestuur goedgekeurd, dat het Museum
zich met het uitlenen en met het distribueren van film
strips en projectors zal gaan belasten. Overgegaan werd
tot aankoop van de nodige apparatuur. Er werd een
aanvang gemaakt met het vervaardigen van filmstrips
in eigen beheer. Opgemerkt dient echter te worden, dat
oriënteringen nodig zijn t.a.v. de vraag, in hoeverre de
behoeften van de scholen zich uitstrekken op bepaalde
gebieden, in verband met het vervaardigen van film
strips.
In het afgelopen jaar heeft de heer G. A. L. Bisseling,
met toestemming van het Gemeentebestuur, een studie-
en verzamelreis naar Noord-Afrika gemaakt. Hij heeft
uit dit gebied een groot aantal vogels, vissen, huiden,
schelpen enz. meegebracht. Het Museum, dat practisch
geen verzameling uit Noord-Afrika bezat, zag zich hier
door in het bezit gesteld van een prachtige, in vele op
zichten zeldzame, collectie.
Daar het op de duur noodzakelijk bleek om zich
meer op de hoogte te houden en te stellen van moderne
literatuur over conserveringsmethoden en nieuwe in
zichten enz., werd overgegaan tot het aanvaarden van
de lidmaatschappen van de Nederlandse Entomologi
sche Vereniging en de Koninklijke Nederlandse Bota
nische Vereniging.
Personeelsverenigingen in onze stad hebben van de
filmzaal veelvuldig gebruik gemaakt; de aula was vrij
wel avond aan avond bezet. Ook iedere Zondagmorgen
was de aula verhuurd.
Commissie van Advies.
In 1951 heeft de voorzitter van de Commissie Prof.
Ir J. Klopper ontheffing uit zijn functie gevraagd. In
zijn plaats werd aangezocht Prof. Dr D. H. Wester.
Deze heeft zich bereid verklaard het voorzitterschap
in 1952 te aanvaarden.
Aan het einde van het verslagjaar bestond de Com
missie uit de heer Mr J. Velders, lid-secretaris; mevr.
M. H. J. P. van Buttingha Wichers, geboren Van
Voorst Vader, de heren Dr J. N. van den Ende, Mr
F. A. Janssen van Raay, A. M. Polderman en W.
Steinbuch, leden.
BIJLAGE 43
1) 1 werkvrouw 2 werklieden.