i Personeel. GEMEENTELIJKE SCHOOL- EN KINDERTUINEN TE 'S-GRAVENHAGE. VERSLAG OVER HET JAAR 1951. Algemene opmerkingen. De resultaten van het tuinseizoen in het verslagjaar werden sterk beïnvloed door het zeer ongunstige weer in het voorjaar. Door de vele regens kwam het in einde Maart begonnen kindertuinwerk pas eind April goed op gang, maar de achterstand werkte nog heel lang door in een opeenhoping van de werkzaamheden, die op verscheidene tuinen in de voorzomer tot moeilijk heden aanleiding gaf. Seinpoststraat Gentsestraat Westduinweg Tholensestraat Herman-Costerstraat Herweijertuin I Herweijertuin II Kindertuinen. Door het versmallen van de heesterborder aan de Laakweg werd het aantal beschikbare tuintjes iets groter (5 653 tegenover 5 614 in 1950). Voor de 5 653 beschikbare tuintjes meldden zich via de scholen 9 264 (1950: 8 299) leerlingen aan van het Openbaar- en Bij zonder Lager- en de aanvangsklassen van V.G.L. en (M.)U.L.O. Onderwijs, zodat aan 60% (in de jaren 1948, 1949 en 1950 resp. 82%, 76% en 68%) een tuintje kon worden toegewezen. Evenals het vorige jaar meldden er zich nog honder den kinderen op de tuinen, die echter allen teleurgesteld moesten worden. Bijzonder ongunstig is de toestand op Scheveningen, op de tuin aan de Herman-Costerstraat en in het Zui- derpark. Het volgende overzichtje toont dat aan. Het leidinggevend en onderwijzend personeel be stond in het verslagjaar uit een directeur, een adjunct- directeur, een onderwijzer, een wetenschappelijk assis tent A, een wetenschappelijk assistente A, die tevens in dienst was bij de Gemeenteplantsoenen en bij de Ge- meenteapotheek, een rondleidster (gedurende enkele maanden), 61 tijdelijke leiders en 1 tijdelijk leidster. Het administratieve personeel bestond uit een boek houder C, bijgestaan door een schrijver. Het tuinpersoneel bestond uit een onderbaas, vier tuinlieden in de rang van voorman-schooltuinen, een eerste tuinman, een tuinman, een jongmaatje-werkman en een groep in werkverschaffing tewerkgestelden. De onderbaas, L. van Eendenburg, en de voorman schooltuinen A. J. de Craen vierden hun 25-jarig dienst- jubileum bij de Gemeentelijke School- en Kindertuinen. De adjunct-directeur, de heer H. Korrelboom, nam met ingang van 4 September 1951 zijn ontslag. Op het einde van het verslagjaar was nog niet in de vacature voorzien. 38 45 Van eind Maart tot eind October tuinierden de kin deren in groepen van plm. 30 onder leiding, dagelijks van 16 u. 30 to 19 u. en op Woensdag- en Zaterdagmid dag van 14-17 uur. Evenals het vorige jaar bezocht ieder kind zijn tuintje bijna 46 maal. De factoren, die het kinderbezoek beïnvloeden, zijn vaak moeilijk op te sporen. Een periode van gunstig strandweer beïnvloedt het bezoek aan alle tuineneen periode van regen heeft vooral invloed op bezoek aan de natte tuinen (Adelheidstraat, Erasmusweg, Zuider- park) en op het bezoek aan die tuinen, welke de kinde ren van een vrij grote afstand moeten trekken (Adel heidstraat, Wegastraat). Een vrij groot aantal kinderen (ook arbeiderskin deren) brengt een deel van de vacantie buiten de stad door, terwijl ook de invloed van de door de „Bonden” en het Haags Vacantie-Comité georganiseerde vacantie- bezigheden (vooral in volkswijken) merkbaar is. Het is een verheugend verschijnsel, dat steeds meer ouders de leiders tevoren verwittigen van de afwezigheid van hun kinderen, waaraan meestal het dringende ver zoek verbonden wordt „het tuintje vooral niet aan een een ander kind weg te geven”. De algemene indruk van vrijwel alle leiders is, dat de Toestand gebouwen en hekken. In het verslagjaar werden geen nieuwe tuinhuisjes gebouwd. De toestand, waarin de houten gebouwtjes verkeren, is vrij goed. De rieten hulpgebouwtjes ont sieren de tuinen zeer, terwijl zij veel onderhoud vragen en slecht aan hun doel beantwoorden. Op de E.-J.- Herweijertuin in het Zuiderpark werd een houten huisje met rieten dak geplaatst, aikomstig van het Gemeente lijk Land- en Tuinbouwbedrijf voor Onvolwaardigen. Dit gebouwtje doet thans dienst als werkruimte voor de onderwijzer en de wetenschappelijk assistenten. In de serre aan de Mient IV werd een nieuwe ketel voor de centrale verwarming geplaatst. Het hekwerk van de tuinen aan de Mient, het Hilde- brandplein en de Laakweg werd geheel vernieuwd. Er waren in het verslagjaar nog slechts enkele tuinen (Wegastraat, Schimmelweg 1 en Ockenburgh), waarvan het hekwerk niet in goede staat verkeert. 1 Tuin Percentage toegewezen tuintjes 38 32 49 39 44 BIJLAGE 44

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1951 | | pagina 560