1
J
t
I
DIENST VOOR SCHONE KUNSTEN DER GEMEENTE 'S-GRAVENHAGE.
VERSlAG OVER HET JAAR 1951.
Personeel.
Het personeel was op 1 Januari 1952 als volgt
samengesteld:
Publicaties.
In het tweede kwartaal van het verslagjaar werden
twee mapjes met elk tien foto’s uitgegeven, een voor
de Afdeling Oude Kunstnijverheid en een voor de
Afdeling Moderne Kunst.
1 controleur C; 1 zaalwachter; 1 hulpzaalwachter;
1 werkvrouw.
Studiezaal en uitleenbibliotheek.
Dit jaar werden 646 boeken (v.j. 698) en 105
archiefwerken (v.j. 119) uitgeleend, terwijl de studie
zaal werd bezocht door 429 bezoekers (v.j. 479),
waarvan 293 voor de Muziekhistorische Bibliotheek
en 126 voor de Kunsthistorische Bibliotheek en het
Prentenkabinet.
Inleiding.
Zoals uit het volgend jaarverslag moge blijken, is
het jaar 1951 een gunstig jaar voor de ontwikkeling
van de Dienst voor Schone Kunsten geweest.
Op 1 Juni nam ondergetekende het directoraat van
deze dienst op zich in een bijeenkomst van het per
soneel. Het zij hem vergund hier nogmaals zijn grote
waardering en eerbied uit te spreken voor het werk
van de heer D. J. Balfoort, die van 19 Aug. 1950 tot
bovengenoemde datum het directoraat waarnam. Dit
was niet de eerste keer, dat de heer Balfoort de Dienst
als waarnemend directeur leidde. Reeds tijdens de
gijzeling van Dr G. Knuttel Wzn te St. Michielsgestel
van 4 Mei 1942 tot de bevrijding heeft hij in bij
zonder moeilijke omstandigheden de Dienst geleid.
Het is niet te veel gezegd, wanneer men vaststelt, dat
het behouden blijven voor de gemeente ’s-Gravenhage
van haar kunstcollecties voor een niet gering gedeelte
aan de heer Balfoort te danken is.
Het bezoekersaantal steeg van 101 491 tot 125 718
Het aantal tentoonstellingen bedroeg 1 meer dan
vorig jaar, nl. 14. Vermeld moet worden de bijzonder
geslaagde tentoonstelling Kunst en Kitsch, welke ge
durende maanden in stad en land stof tot gesprek
opleverde. Dank dient hier gebracht te worden aan
het Haags Cultureel Centrum, dat bij de organisatie
van deze tentoonstelling met raad en daad terzijde
I stond.
Twee tentoonstellingen door de Dienst zelf georga
niseerd, verdienen een extra vermelding, te weten:
de tentoonstelling Nederlandse Beeldhouwkunst, die
een bijzonder klaar en duidelijk overzicht gaf van de
stand van deze kunst op het moment, waarop deze
tentoonstelling gehouden werd en de tentoonstelling
Copieën van Mozaïeken uit Ravenna, die eveneens
een bijzonder groot aantal bezoekers trok en alge
meen waardering vond.
Het overzicht over het werk van de Noorse schilder
Edvard Munch, nog door mijn voorgangster georga
niseerd, behoorde eveneens tot de hoogtepunten van
het jaar.
Het Internationale Blaasconcours bracht uit alle
delen van de wereld de makers van blaasinstrumenten
te zamen, waarbij een internationale jury de verschil
lende ingezonden instrumenten beoordeelde. De hier
bij gehouden tentoonstelling bracht klank in het
Museum, aangezien het de bezoekers veroorloofd
was de uitgestalde instrumenten te bespelen, een pri-
vilége waarvan gretig gebruik gemaakt werd.
Een der belangrijkste aankopen van het jaar was
die van de Costuumcollectie van de heer Cruys
Voorbergh, waardoor het Museum met een nieuwe
en zeer belangrijke collectie werd uitgebreid. Het cul-
tureel-historisch aspect van de verzamelingen werd
door deze aankoop bijzonder versterkt.
Wetenschappelijk personeel: 1 directeur; 1 adjunct-
directeur tevens conservator, belast met de muziek
historische afdeling en de muziekhistorische biblio
theek; 1 conservatrice, belast met de afdeling Oude
Kunstnijverheid; 1 conservator belast met de afdeling
Moderne Kunst; 1 conservator belast met de afdeling
Haagse Historie; 2 wetenschappelijke assistenten C
(1 afdeling Moderne Kunst, 1 muziekhistorische af
deling); 3 wetenschappelijke assistenten B (2 afdeling
Moderne Kunst waarvan 1 voor de kunsthistori
sche bibliotheek en 1 voor het Prentenkabinet 1
Afdeling Oude Kunstnijverheid); 4 museumassisten-
ten A (1 afdeling Moderne Kunst, 1 muziekhistorische
afdeling, 1 afdeling Oude Kunstnijverheid i.h.b. voor
de Costuumcollectie, 1 afdeling Haagse Historie); 3
museumassistenten B (1 afdeling Moderne Kunst,
1 afdeling Oude Kunstnijverheid, 1 muziekhistorische
afdeling);
Administratief personeel: 1 administrateur C; 1
boekhouder A; 4 administratieve ambtenaren B;
2 bureelambtenaren; 3 schrijvers; 1 bediende;
Technisch personeel: 3 technici; 1 amanuensis; 1
technisch ambtenaar A; 1 machinist; 1 kolentremmer;
Toezichthoudend personeel: 1 concierge; 1 contro
leur B, 1 portier B; 1 werkman; 13 zaalwachters;
1 hulpzaalwachter.
BIJLAGE 46
B. Museum Bredius.
A. Gemeentemuseum.