46
d. Beeldhouwwerken.
Bruikleen:
Bruiklenen:
Moderne kunstn ij verheid.
e.
Bruikleen:
20
Aankopen:
Oude kunstn ij verheid.
Schenkingen:
Aankopen:
VERSLAG VAN DE DIENST VOOR SCHONE KUNSTEN
OKI
OKI
380
P
54—51
199
P
71—51
P
72—51
OHMB 171
OW
162
B 2—51
Afdeling Oude Kunstnijverheid.
kwart
4e
16e
OKNCD 1311
a.
OKI
381
401 t/m 502
OKI
382
OKVO 649
OKI
383
OKVO 650
OKVO 651
OKI
384
OKI
385
OMT
219
OKI
386
OMK
OKI
387
OKI
388
OKI
OKI
389
OKNCN 1310
p
p
p
p
p
p
p
51— 51
52— 51
53— 51
68—51
70—51
73—51
75—51
Van mevrouw de Weduwe G. MaesMispelblom Beyer
te Zeist:
H.P.
Van de heer J. A. A. M. van Es te ’s-Gravenhage
B 351 Albert Termote, Malle Jan, brons, hoog 46;
Van de Rij ksinspecteur voor Roerende Monumenten te ’s-Gra
venhage
MK 151 Ria van Oerlevan Gorp, Wandkleed, wol. zwart
en wit, 272 X 136.
idem. Vier figuren en profil, ets, 90 X 100 mm;
idem, Vier figuren en profil, ets, 90 X 100 mm;
J. F. E. ten Klooster, Indisch landschap. linoleum,
120 X 570 mm;
Felix Timmermans, „Vrome dagen”, 6 houtsneden,
245 X 202 mm;
Jacob Bendin, Clarinettist, litho, 526 X 245 mm;
Paul Klee, Dorp in de bergen, droge naald,
238 X 178 mm;
Kathe Kollwitz, De doden, ets en aquatint,
247 X 208 mm;
Frans Masereel, L’homme, linoleumsnede,
452 X 347 mm;
idem. Appèl, linoleumsnede, 452 X 317 mm;
Marc Chagall, Brand, droge naald, 178 X 210 mm.
Albarello, Zuid-Nederland
eeuw, hoog 30, diam. 13.7;
a en b Twee bordjes, beschilderd in blauw,
Delfts aardewerk, begin 18e eeuw, diam. 25.2;
Kom, beschilderd in tomaatrood en paars-zwart,
op de bodem vlechtbanden, op de binnenwand
twee banden met ranken en schriftornament,
Oost-Perzië, 9e10e eeuw, aardewerk, hoog 7.5,
diam. 20.2, diam. voet 8.5;
Kom, ronde, hoge vorm, beschilderd in geelgroen,
tomaatrood en mangaan op witte slib, met S-
vormig ornament op de bodem en op de binnen
rand ornamentaal schrift, Oost-Perzië, 9e10e
eeuw, aardewerk, hoog 8.1, diam. 20, diam.
voet 7.6;
Rond, plat bakje, op de bodem beschilderd in
mangaanzwart en bruin op witte slib met een a-
symetrisch geplaatst ornament, vermoedelijk
letterschrift, Oost-Perzië, 9e10e eeuw, aarde
werk, hoog 5.4, diam. 13.6, diam. voet 7.2;
Kom met vogel op de bodem, Sari-type, Perzië,
10e11e eeuw, aardewerk, hoog 7.8, diam. 19.6;
Kom met twee vogels in ovalen, groen en zwart
op geel fond, Oost-Perzië, 10e eeuw, aardewerk,
hoog 5.9, diam. 15.3;
Kom met voet, sgrafitto-ornament van ruit en
golflijntjes in groen, geel en bruin, Cyprus, 15e
eeuw, aardewerk, hoog 9, diam. 14.9;
Ronde kom op voet, met cirkels in ruiten op de
bodem (wapen), Egypte, Mamelukken-ceramiek,
14e eeuw, aardewerk, hoog 8.7, diam. 17;
Kom op voet, blauwturquois en zwart, gesty-
leerde bloem op de bodem en zig-zaglijn op de
binnenrand, Perzië, Sultanabad, 15e eeuw, aarde
werk, hoog 8.5, diam. 16.2;
Kleine kom op voet, lustertechniek met uitge
spaard ornament, vogel op de bodem, Perzië,
Rhagès, 13e eeuw, aardewerk, hoog 7.5, diam. 15.3;
Van mevrouw H. Gravin van Limburg StirumSminia
te Wezep (Gld):
List 1 Een soepterrine met onderschotel van de Haagse zilver
smid Engelbert Joosten Sr, 1766;
Van de heer F. Tikotin te Wassenaar:
Tik 1 t./m. 13. Een collectie lakwerk (9 stuks) en ceramiek
(4 stuks), Japan en China;
Van mevrouw L. H. E. TschudiKleyn te ’s-Gravenhage:
Twee Wolf-glazen.
379 Kannetje, groen, Perzië, 13e eeuw, aardewerk,
hoog 14, diam. 13.5 (voormalig bruikleen Söh 2);
Kannetje met getrilobeerde tuit, Perzië, 13e eeuw,
aardewerk, hoog 16.5, diam. 12.9 (voormalig bruik
leen Söh 3);
Van de firma Premsela en Hamburger te Amsterdam:
HZ 199 Mandje, versierd met ramskoppen en ringen, twee
parelranden en twee strikken, toegeschreven aan
de zilversmid Jan Pieter Barbier, ’s-Gravenhage
1798, zilver, hoog 5.8, diam. 15;
Legaat mevrouw M. G. DeibelLeisen:
OHMB 170
Een 94-delig servies van Haags porselein,
beschilderd met landschappen;
OHMB 169 Een porseleinkast, Lodewijk XV, notenhout, hoog
230, breed 175, diep 145;
Van de Vereeniging van Haagsche Museumvrienden
te ’s-Gravenhage:
Vaas bedekt met gele en groene gestroomde gla
zuur, China, T’ang-dynastie, aardewerk, hoog 12.1,
diam. 11.6;
Schaal, bedekt met lichtblauwe glazuur, twee
paarse vlekken aan de zijkanten, zgn Chün yao,
China, Sungdynastie, steeengoed, diam. 14.4;
Schaal, versiering in relief onder hemelsblauw
glazuur, rand onverglaasd, zgn Ying Ching-porse-
lein, China, Sungdynastie, diam. 17.9;
Tinnen kan met deksel (Rembrandt-kan), op de
deksel ingegrift de letters I.W., 17e eeuw, hoog 25,
diam. (met oor) 18.1;
Van de heer C. J. van der Stadt te ’s-Gravenhage:
92 Een neo-gotisch comfoortje, koper;
Van de Heer F. Tikotin te Wassenaar:
OKVO 652 Bakje, bruingroen, waaiervormig, Japan. 15e eeuw,
aardewerk, hoog 4.3, diam. 19.7;
Legaat Mej. Madeleine Sassin, ’s-Gravenhage:
OKVO 646 Liggend ram, China, T’ang-dynastie, aardewerk,
hoog 9.7, lang 12.1;
Van mevrouw M. SöhngenBlankwaardt te ’s-Gravenhage:
378 Bakje, blauwgroen, sterk gefriseerd, Perzië, 12e
eeuw, aardewerk, hoog 8.5, diam. 12.5 (voormalig
bruikleen Söh 1);
B 151 John Radecker, Staande vrouw, kalksteen, hoog 200,
breed 60;
F. E. Jeltsema, Penning geslagen ter gelegenheid van
het gouden huwelijksfeest van het echtpaar H. W.
Mesdag en S. van Houten, 1906, brons, diam. 9. (oud
bezit).
Empirebank met brons beslagen op de beneden
rand en grijze ribsbekleding, 1810, mahoniehout,
hoog 86.5, breed 64, lang 215;
Nachtkastje met jaloeziedeurtje, einde 18e eeuw,
mahoniehout met licht hout ingelegd, hoog 74,
breed 32.5, lang 50.5;
Kashmir, oud- Hollandse doek, rode en zwarte tin
ten, le helft 19e eeuw, breed 158, lang 340;
Legaat van de heer J. M. Mazel (d.b.v. Notaris G. J. Gendt te
’s-Gravenhage)
OHMB 168 Wijnkelder, achthoekige bak op kleine „bokke-
pootjes”, twee koperen hengsels, 19e eeuw, maho
niehout, hoog 65, breed 65. lang 47;
Van mevrouw J. W. P. WarningDrost te ’s-Gravenhage:
ODIV 269, 270, 271 Drie knipsels in lijst. 24.5 X 20.7;
ODIV 272 Knipsel in lijst, 43.8 X 52;
Van de heer H. Dyserinck te 's-Gravenhage:
ODIV 273 Van Speijk-ring, ijzeren ring met gouden zegelvlak
met opschrift: I. G. J. van Speijk, hoog 1.1,
diam. 2.6.