19 d. g- h. j. k. I. m. n. a. P- d- h. s. 7 e. f. In de personeelssterkte kwam in het jaar 1952 slechts een geringe wijziging, doordat enerzijds ver schillende ambtenaren werden aangesteld (t.w. een schrijver bij de afd. Stadsontwikkeling ter verzorging van het tekeningenarchief, vijf ambtenaren ter voor ziening in bestaande vacatures, terwijl een drietal krachten werd aangetrokken ter vervanging van per soneel dat voor eerste oefening in militaire dienst werd opgeroepen); anderzijds werden twee ambtena- Daarnaast bleef W. en S. vertegenwoordigd in de volgende stichtingen en commissies: de Haagse Stichting voor Lichamelijke Opvoeding (Raad van Advies, Bestuur en Technische Com missie); de Stichting Haagse Jeugdverblijven (Bestuur); de Gemeentelijke Commissie voor de Scholen bouw; de Gemeentelijke Adviescommissie voor de Alge mene Begraafplaatsen; de Gemeentelijke Commissie voor de Kunstop- drachten; de Commissie voor de Monumenten in de Ge meente; de Coördinatiecommissie voor Ziekenhuisbouw in ’s-Gravenhage en omgeving; het Contact-Orgaan voor Herstel van de Vereni ging van Nederlandse Gemeenten; een tweetal Studiecommissies met betrekking tot de vaststelling van het woningcontingent voor de jaren 1954—1956; De Hoofddirecteur maakte persoonlijk q.q. deel uit van: de Raad van Toezicht van de N.V. Hawoma en de N.V. Habo; Ook heeft de Hoofddirecteur, weliswaar in verband met zijn werkzaamheden bij de Gemeente doch ove rigens persoonlijk, zitting in: de Commissie voor de Volkshuisvesting van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten; het dagelijks bestuur van het Nederlands Instituut voor Volkshuisvesting en Stedebouw; de Voorlopige Raad voor de Volkshuisvesting (krachtens Koninklijk Besluit van 1 November 1952, nr. 6); de Subcommissie Huurvraagstukken van de Lonen- en Prijzencommissie van de Sociaal-Economische Raad; tenslotte vertegenwoordigde de Hoofddirecteur te zamen met het Hoofd van de afdeling Stadsont wikkeling van de Dienst de Gemeente ’s-Graven- hage op het van 21 tot 27 September 1952 te Lissabon gehouden Congres van de International Federation for Housing and Townplanning. schreed. Bovendien verviel voor werken met een bouwsom hoger dan 100.000,het vereiste van de rijksgoedkeuring voor wat betreft woningen en ge bouwen voor de nijverheid, laatstgenoemde met uit zondering van bouwwerken voor openbare nutsbedrij ven en van gemeentelijke industriegebouwen. De aanleiding tot de bevrijding van deze voor de bouwactiviteit van de lagere publiekrechtelijke licha men en het bedrijfsleven zo knellende banden, was zowel gelegen in de reeds genoemde gunstige ontwik keling van de betalingsbalans als in de sindsdien toe nemende moeilijkheden op het terrein van de werk gelegenheid. Deze beide factoren maakten een inten sieve beperking van de investeringen voorlopig over bodig. In verband met de grote onzekerheid ten aanzien van de ontwikkeling van het economische leven van Nederland besloten Burgemeester en Wethouders de Urgentie-Commissie voor de Niet-Gemeentelijke Bouwwerken voorlopig niet op te heffen, ook al kwam zij na 1 Augustus niet meer bijeen. Tot 1 Augustus behandelde de Urgentie-Commissie 34 aanvragen, waarvan ten laste van sector 80 een bedrag van 691.683,kwam. Van de commissies, aan welker werkzaamheden W. en S. gedurende dit verslagjaar heeft deelgenomen, mogen slechts worden genoemd: de zg. Commissie Westen des Lands. Aan de werkzaamheden van deze commissie, die met de publicatie van het „Interim-rapport ’s-Gra venhage” de tweede phase van haar werkzaam heden afsloot, werd zowel in de werkcommissie als in de werkgroep van onderzoekers door de Dienst deelgenomen; de Adviescommissie voor het Verkeer. Deze commissie begon onder voorzitterschap van de Hoofddirecteur van W. en S. haar werkzaam heden in Januari van het verslagjaar. Zij advi seerde Burgemeester en Wethouders over een groot aantal onderwerpen, waarvan als belang rijkste te noemen zijn de verbetering van het Rijswijkseplein, de profielswijziging van de Rijs- wijkseweg, de ringweg om de binnenstad, de pro fielswijziging van de Lange-Vijverberg en de ver breding van de Vijverdam. De overige behandelde onderwerpen hadden betrekking op diverse pro- fielswijzigingen, verkeerssituaties, politiemaatrege len ten behoeve van het verkeer, parkeergelegen heden, verkeerslichten, straatverlichting, bestra tingen e.d.; voorts vertegenwoordigde W. en S. de Gemeente in de door het Instituut voor Volkshuisvesting en Stedebouw in samenwerking met de Vereniging van Nederlandse Gemeenten in het leven geroe pen Commissie Woningkartotheek, welke haar werkzaamheden in 1951 aanving. GEMEENTELIJKE DIENST VAN DE WEDEROPBOUW EN DE STADSONTWIKKELING o. c. Paragraaf 4. Diversen. Personeel. Paragraaf 3. Commissies.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1952 | | pagina 304