35
■1
i
10
Als gevolg van de per 1 Januari 1952 ingevoerde
administratieve wijziging worden de verstrekkingen
bij wijze van voorschot en de hierop ontvangen aflos
singen niet meer afzonderlijk opgenomen.
Heelkundige instrumenten.
De kosten en bijdragen wegens op advies van de
Gemeentelijke Geneeskundige en Gezondheidsdienst
in de jaren 1951 en 1952 verstrekte brillen, kunstge-
Zieken- en dieetvoedsel.
Het aantal op advies van de Gemeentelijke Genees
kundige en Gezondheidsdienst gedane verstrekkingen
van zieken- en dieetvoedsel bedroeg 6 394 (in 1951:
6 641), terwijl in 1952 werd uitgegeven 102.628,64
(in 1951: 107.359,06).
In dit verband zij vermeld, dat elke verstrekking
betrekking heeft op een tijdvak van ten hoogste 4
weken per persoon.
voor Sociale Belangen de werkelijke kosten vergoe
den. Slechts werden in het belang van de continuïteit
der ziekenfondspremies voor de vrijwillige verzeke
ring de in rekening te brengen verpleegprijzen der
ziekenhuizen gefixeerd op de per 1 October 1951 gel-
ging van niet-verzekerden zijn opgenomen op de blad- bitten, orthopaedisch schoeisel, beugels en andere
zijden 19 en 20 (bijlagen 7 en 8). heelkundige en orthopaedische instrumenten, bedroe
gen blijkens onderstaand overzicht:
verslagjaar niet achterwege bleven, niet werden door
berekend. Het daardoor voorlopig voor rekening van
de Dienst gebleven bedrag zal in volgende jaren aan
de Algemene Ziekenfondsen worden doorberekend.
Intussen moesten door diverse oorzaken de Alge
mene Ziekenfondsen er wederom toe overgaan hun
premies te verhogen. Deze varieerden in het verslag
jaar van 1,05 tot 1,18 per lid per week; de premie
voor de aanvullende verzekering werd van 1 Januari
1952 af gebracht op 0,09 per lid per week.
Desondanks mede doordat de bestaande premie-
16 jaar toeslag-regeling werd gehandhaafd en uitgebreid
bleef het aantal verzekerden stijgen en wel van ge
middeld 475 424 in het vierde kwartaal van 1951 tot
gemiddeld 480 758 in het vierde kwartaal van 1952.
Het aantal aanvullend-verzekerden steeg eveneens.
Aan het einde van 1952 was 80,84 pCt. der ver
zekerden aanvullend verzekerd.
Voor de op het Gemeentelijk Bureau voor Zieken
medicijnen, verband- huisverpleging betrekking hebbende cijfers wordt ver-
wezen naar bijlage 9 op bladzijde 20.
In de loop van 1952 kwam een nieuwe overeen
komst met de Algemene Ziekenfondsen tot stand,
welke terugwerkende kracht verkreeg tot 1 Januari
1952. De herverzekering, welke tot die datum meer
in het bijzonder voor de vrijwillige verzekering had
bestaan, werd vervangen door een regeling, volgens
welke de Algemene Ziekenfondsen aan de Dienst
De bijzondere regeling met de Gemeentelijke Ge
neeskundige en Gezondheidsdienst ten behoeve van
die ondersteunden en verzorgden, die door de Alge
mene Ziekenfondsen niet als lid kunnen worden aan
vaard, werd in 1952 gehandhaafd.
Daarnaast zijn ook op hulp van de Gemeentelijke dende prijzen, zodat prijsverhogingen, die ook inliet
Geneeskundige en Gezondheidsdienst hetzij voor
kortere, hetzij voor langere tijd aangewezen de
personen, die, hoewel zij niet in ondersteuning zijn
opgenomen, de kosten voor geneeskundige behande
ling niet zélf kunnen betalen en evenmin als ver
zekerden bij een Algemeen Ziekenfonds zijn inge
schreven. J)
De betrokken personen en hun eventuele gezins
leden ontvangen naast geneeskundige behandeling zo
nodig tevens medicijnen, verbandmiddelen, enz. uit
de Gemeente-Apotheek.
Werd tot 1 Januari 1952 per persoon van
en ouder een bedrag van 0,50 per week aan de Ge
meentelijke Geneeskundige en Gezondheidsdienst ver
goed, sedertdien betaalt de Dienst voor Sociale Be
langen aan die Dienst een jaarlijks vast te stellen
vergoeding, ongeacht het aantal op geneeskundige
hulp aangewezen personen. Voor het jaar 1952 be
droeg deze vergoeding 4.968,60. In dit bedrag zijn
niet begrepen de kosten van i
middelen, e.d. De hieraan verbonden kosten worden,
eveneens ingaande 1 Januari 1952, aan de Gemeente-
Apotheek vergoed en bedroegen over het verslagjaar
6.958,39.
Indien dit medisch noodzakelijk wordt geacht, ver
strekt de Dienst een vergoeding aan de te dezer stede
gevestigde Kruisverenigingen en Wijkverplegingen
wegens aan ondersteunden of aan personen, die de
daaraan verbonden kosten niet of niet geheel zelf
kunnen voldoen, verleende „dagverpleging”, „nabe
handeling” en „verpleegstershulp”.
In het verslagjaar zijn de vergoedingen voor deze
hulpverlening herzien. Gerekend van 1 September
1952 af is een gedifferentieerd hoger tarief ingevoerd.
Hierbij wordt onderscheid gemaakt al naar gelang de
soort van behandeling.
Cijfers omtrent ziekenhuis- en sanatoriumverple-
VERSLAG VAN DE GEMEENTELIJKE DIENST VOOR SOCIALE BELANGEN
Bedragen.
Jaar.
Kosten.
52.213,09
54.350,97 J)
Ten laste
van de Dienst.
51.632,15
47.827,15
voor Ziekenhuisverpleging.
1) Zo moge lijk moet deze laatste categorie 1,30 per week voor een zogenaamde
stads- of ziekenkaart voldoen. Hiermede wordt indirect getracht deze personen
tot aansluiting bij een Algemeen Ziekenfonds te bewegen. Veelal is men echter
niet tot betaling van de ziekenfodnspremie in staat. In verband daarmede werd
besloten dergelijke personen toch, voorzover mogelijk, te doen inschrijven bij
een Algemeen Ziekenfonds en de volledige ziekenfondspremie en de premie voor
de aanvullende verzekering te vergoeden.
Gemeentelijk Bureau
1951
1952 j
1) Hierin zijn begrepen de kosten/bijdragen ten behoeve van politieke delin
quenten, vreemdelingen en staatlozen.
2) Inclusief kosten ten behoeve van politieke delinquenten, vreemdelingen en
staatlozen, alsmede verstrekkingen bij wijze van voorschot.
3) Met inbegrip van restitutie inzake politieke delinquenten, vreemdelingen en
staatlozen en terugontvangsten wegens verstrekkingen bij wijze van voorschot.
580,94 i)
6.523,82