43
-
2
Het aantal leerlingen van de afdeling adspirant-3e
stuurlieden was elke maand zeer hoog. De gemiddelde
bezetting bedroeg 39 leerlingen. Ook de beide andere
afdelingen werden goed bezocht. De gemiddelde be
zetting per maand van de afdeling adspirant-2e stuur
lieden was 25 en van de afdeling adspirant-le stuur
lieden 8. Het aantal leerlingen van de afdeling adspi
rant-le stuurlieden nam vooral toe in de maanden
September/December 1952. Gedurende dat tijdvak
was de gemiddelde bezetting van deze afdeling 13.
Het totaal aantal leerlingen van de cursus adspirant-
3e stuurlieden bedroeg 129. Hiervan verlieten 26 leer
lingen de school, voordat de studie geheel was vol
tooid en een diploma werd behaald. 50 leerlingen
moeten nog examen doen. Het diploma werd behaald
door 53 candidaten.
Het totaal aantal leerlingen van de afdeling adspi-
rant-2e stuurlieden bedroeg in 1952 84. Hiervan be
haalden 45 candidaten het diploma. 19 leerlingen be
zoeken nog de school; 20 candidaten verlieten de
school voordat de studie geheel was voltooid. Hiervan
legden 5 reeds het 2e gedeelte van het examen met
succes af en 1 het le gedeelte.
De cursus adspirant-le stuurlieden werd gevolgd
door in totaal 27 personen. Hiervan zijn 15 leerlingen
nog niet met hun studie gereed gekomen; 3 vertrokken
voordat de studie geheel was voltooid; 1 hiervan legde
het le gedeelte van het examen met succes af. De
overige 9 candidaten behaalden het diploma.
De resultaten waren, vooral wat de afdelingen ad-
spirant-2e en -le stuurlieden betreft niet ongunstig.
Voor de afdeling adspirant-3e stuurlieden liggen deze
wat lager. Gezien het grote aantal leerlingen, dat deze
laatst genoemde afdeling geregeld bezocht, stemt het
resultaat ook hier tot tevredenheid.
Gedurende de maanden September t./m. December
vonden verschillende mutaties plaats, vooral in de
stuurliedenafdelingen, waar de bezetting maandelijks
wisselt. Op 31 December 1952 was de bezetting als
volgt: 1 A.S. 25, 2 A.S. 25, 1 B.S. 23, 2 BS? 14,
afdeling adspirant-3e stuurlieden 43, afdeling adspi-
rant-2e stuurlieden 21, afdeling adspirant-le stuurlie
den 10; totaal aantal leerlingen: 159.
met ingang van 1 Septembe 1952 een vaste aanstelling
gegeven. Op zijn verzoek werd aan de heer E. J. Was-
scher, leraar in de Natuurkunde, met ingang van
1 September 1952 eervol ontslag verleend. In zijn
plaats werd als tijdelijk leraar aangesteld de heer H.
J. Franck.
Als tijdelijk leeraar in de Practische oefeningen
werd met ingang van 1 September 1952 aangesteld de
heer T. de Bruin als vervanger voor de heer G. A.
Ruig, die tewerk werd gesteld aan de Visserijschool.
Op 31 December 1952 bestond het lerarencorps van
de school uit de volgende personen:
Directeur: G. H. van Veen; Leraren: T. de Bruin,
practische oefeningen; J. L. E. Doornik, Nederlandse
taal; H. J. Franck, natuurkunde en electriciteitsleer;
E. Gelpe, wis- en zeevaartkunde; H. Jansen, radio-
voorschriften en toplampseinen; J. Karst, zeemanschap
en scheepsbouw, bepalingen aanvaringen op zee; W.
de Klein, Aardrijkskunde; C. Meijer, Engelse taal;
J. de Neef, wis- en zeevaartkunde; H. J. Oosterhuis,
gezondsheidsleer en E.H.B.O.; Ir J. A. Portengen,
mechanica; W. J. Pronk, practische oefeningen; Dr
P. M. Vader, natuurkunde; J. Vrolijk, scheepswerk-
tuigkunde; C. de Wit, wis- en zeevaartkunde; J. L.
Zuijdervelt, lichamelijke oefeningen en zwemmen.
Niet-onderwijzend personeel: amanuensis, L. J.
Nieuwenburg; concierge, H. K. Strikwerda; school-
knecht, J. de Vries.
Bijzondere werkzaamheden aan en in het gebouw
werden niet verricht. Hoognodige voorziening van de
voorgevel bleef achterwege. Reeds herhaalde malen
werd melding gemaakt van het doorslaan van deze
gevel bij regen en van de dan optredende lekkage in
de wachtkamer en de kamer van de directeur. Ook
het aanbrengen van ornamenten van de verlichting
werd uitgesteld.
De lerarenkamer werd opnieuw behangen. Enkele
schoolborden werden geschilderd. In het lokaal adspi-
rant-2e stuurlieden werden enige nieuwe tafeltjes en
stoelen geplaatst.
Enkele hoogstnoodzakelijke leermiddelen werden
aangeschaft.Van de Fa Bothoff werd in het voorjaar de
nieuwe roeisloep in ontvangst genomen en direct in
gebruik gesteld. Het botenmateriaal werd geschilderd
en opgeknapt, gedeeltelijk door Gemeentewerken, ge
deeltelijk door de leerlingen onder toezicht van de
leraren practische oefeningen.
Met ingang van 22 April 1952 werd als plaatsver
vanger van de op 31 December 1951 vertrokken leraar
in de aardrijkskunde benoemd tot tijdelijk leraar in
dit vak de heer F. H. Nitzsche. Met ingang van 1 Sep
tember 1952 werd in diens plaats als tijdelijk leraar in
de aardrijkskunde aangesteld de heer W. de Klein. De
heer C. de Wit, tijdelijk leraar in de Wis- en Zeevaart
kunde slaagde in Juli 1952 voor de acte NXVI (wis
en zeev.). Hij werd met ingang van 1 September 1952
in vaste dienst aangesteld.
Aan de tijdelijk aangestelde leraar in de Neder
landse taal, de heer J. L. E. Doornik, werd eveneens
II. VISSERIJSCHOOL.
Van 1 Januari 1952 t./m. 31 Mei 1952 werden de
volgende cursussen gegeven:
1een cursus, opleidende voor het 1 e gedeelte van het
examen ter verkrijging van het diploma „Stuurman
voor de Zeevisvaart”;
COMMISSIE VAN TOEZICHT OP DE VISSERIJSCHOOL EN DE ZEEVAARTSCHOOL
Stuurliedencursussen.
Gebouw en inventaris.
Leermiddelen en bibliotheek.
Leerkrachten en niet-onderwijzend personeel.
Cursussen.