1
De toestand van het gebouw, dat, zoals bekend, we
gens nijpend ruimtetekort niet meer voor de dienst vol
doet, is op zichzelf bevredigend.
De kamers voor de inventarisatie, voor het klapper-
werk en het wachtkamertje werden geverfd.
Burgemeester en Wethouders gaven toestemming de
geheel onvoldoende verlichting van de tentoonstellings
zaal te vervangen door een fluorescentieverlichting, die
nog niet is aangebracht.
De afgeschoten kamer op zolder, bestemd voor de
berging van de tot het legaat van mevrouw Kloos
Reyneke van Stuwe behorende meubelen, kwam in de
laatste weken van 1952 tot stand en was aan het einde
van het jaar nagenoeg voltooid.
Ten behoeve van de Prentenverzameling werden twee
metalen kasten voor de berging van oude technische
tekeningen en blauwdrukken besteld, die echter nog
niet werden afgeleverd.
ARCHIEF DER GEMEENTE 'S-GRAVENHAGE.
VERSLAG OVER HET JAAR 1952.
Het vaste personeel ook de heer F. Ch. L. Raads-
veld werd met ingang van 20 April vast aangesteld
onderging geen wijziging. Aan het einde van het jaar
werd mej. L. J. van der Haer bevorderd tot hoofdcom
mies en de heer P. W. van den Berg tot administratief
ambtenaar B.
Op 10 Maart werden vier werkloze hoofdarbeiders te
werk gesteld aan de klapper op de jongere notariële ar
chieven. Een van hen moest in Augustus vervangen
worden.
Op 11 Juli werd de heer C. C. Spiering, eveneens als
werkloos hoofdarbeider, belast met de taak om het uit
gebreide legaat van mevrouw J. KloosReyneke van
Stuwe te sorteren en te beschrijven.
De heer W. J. Leewens was wederom in opdracht van
de Commissie voor Sociale Kunstopdrachten werk
zaam aan het copiëren van oude elders berustende kaar
ten betreffende Den Haag. Aanvankelijk werkte hij tot
24 Mei en later nog de periode van 1 December tot het
einde van het jaar.
De Letterkundige Verzameling werd weer in vrijwil
lige arbeid verzorgd door de heer W. Kroner, die ver
scheidene en de dames M. A. en G. Sauerbier, die en
kele uren per week aan deze collectie werkten.
De laatste de eerste zijn niet aanwezig werden
door de Brandweer gecontroleerd en in orde bevonden.
De vochtigheid was, dank zij de ontvochtingsappa-
raten, niet verontrustend meer, zodat de toestand der
stukken niet verder is achteruitgegaan.
Vier delen uit het notarieel archief, die zeer bescha
digd waren, werden zorgvuldig met Japans papier her
steld en daarna herbonden.
De agenda’s en indices uit het nieuw-administratief
archief werden onder handen genomen en 265 delen
werden stevig gebonden in half-canifas.
Verder werden 1 boekje in geheel leer, 5 boeken in
halfleer en 17 in halflinnen gebonden, terwijl 53 exem
plaren werden ingenaaid en 10 boekjes gebrocheerd.
Voor de verzameling Koopbrieven, de klappers en de
Bibliotheek werden 27 dozen en 37 portefeuilles ge
maakt; voor de Prentenverzameling 9 kokers. Ook wer
den 100 grote plattegronden op katoen geplakt, terwijl
242 prenten en 1371 foto’s werden opgezet. Verder wer
den 104 omslagen met stofkleppen gemaakt en 14.725
fiches gesneden. Voor de koopbrieven werden 324 char-
terzakjes vervaardigd; 31 lantaarnplaatjes werden
gemonteerd.
Een groot aantal krantenknipsels behorende tot de
collectie van en over Willem Kloos werd opgeplakt en
in twee delen verenigd.
De dagbladen over 1951 werden in 23 stevige delen
gebonden.
De definitieve ordening van de vele duizenden stuk
ken tellende zg. verzameling Koopbrieven werd met
kracht ter hand genomen en geheel voltooid. Het bleek,
dat in deze verzameling vele stukken beland waren, die
thuis behoorden in verscheidene der hier bewaarde ar
chieven, bv. van dat der Weeskamer, waar ze nu weder
werden bijgevoegd. Thans zijn alle verspreide stukken
op hun plaats gebracht; na het definitieve inventariseren
der verschillende archieven kunnen dus geen verras
singen meer voorkomen, doordat later nog stukken
moeten worden toegevoegd.
De Koopbrieven en bijbehorende stukken zijn nu
straalsgewijze geordend en in een register beschreven.
Hiermede is deze belangrijke collectie, waarin het steeds
moeilijk was de weg te vinden, geheel bruikbaar ge
maakt. Zij heeft dit jaar haar nut reeds herhaaldelijk
bewezen.
Door dit grote werk, dat vooraf moest gaan aan de
definitieve inventarisatie van het oudste deel van het
BIJLAGE 46
andere
brand blusmiddelen.
het gebouw.
b. Toestand van
a. Personeel.
c. Toestand der reddings- en
d. Materiële toestand der archieven en verzame
lingen.
e. Voortgang der inventarisatie en
werkzaamheden.