13 wei 12 bleek, dat bij het aanvullen van de sleuf door een dragline, het veen zich gedroeg als een slappe pud ding. Het veen dreef naar voren naar de put, waar de dieplepel stond te graven. Door dit naar voren drijven van het veen gingen ook de buizen mee naar voren en schoven de verbindingen weer gedeeltelijk uit elkaar. Naast het naar voren komen van de buizen ontstond er bovendien nog een beweging in zijdelingse richting als gevolg van de naast de sleuf aanwezige uitgegra ven grond. Ten gevolge van de hogere belasting aan de ene zijde van de sleuf ging het veen zich in zijde lingse richting verplaatsen en werd de buis opzij ge duwd. Waren de buizen eenmaal aangeaard, dan tra den, zoals verwacht werd, geen verdere grote zettings- verschillen meer op. Ten einde deze moeilijkheden te ontgaan, werd het noodzakelijk geacht enerzijds de wijze van uitvoering iets te veranderen en anderzijds de leiding op paal- jukken te funderen. De wijziging in de uitvoering bestaat hierin, dat de uit de sleuf komende grond niet meer naast de sleuf wordt gedeponeerd, maar onmiddellijk ter weerszijden van de graafmachine in kipkarren wordt geladen en via smalspoor terug langs de sleuf wordt gereden en weer in de sleuf wordt gekipt. Daarmede wordt voorkomen, dat het veen aan de ene zijde van de sleuf zwaarder wordt belast dan aan de andere zijde en dientengevolge het zich zijdelings verplaatsen van de buis. Zoals te verwachten was, bleek de toepassing van een paalfundering het voordeel te hebben, dat de bui zen veel gemakkelijker op de juiste hoogte, en daar door sneller, konden worden gelegd. Het verschijnsel van het naar voren drijven van de buizen daarentegen werd door de aanwezigheid van paaljukken met kes pen nog erger. Door het grote trefvlak van de palen en kespen kon de naar voren drijvende grond een grote druk op de paaljukken uitoefenen met als ge volg, dat de palen meer naar voren bogen en de ver bindingen van de buizen nog verder uit elkaar gingen dan eerst het geval was. De oplossing om dit naar voren drijven van de buizen te verhinderen is ten slotte gevonden in het tijdelijk met behulp van voor- spanning op elkaar klemmen van de buizen. Met be- t./ V* 47* - Sj? •- JF VERSLAG DER DUINWATERLEIDING Het leggen van een buis in de sleuf. Het in elkaar drukken van de verbinding.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1953 | | pagina 151