i
I
I
18
afdeling Economische Zaken der Gemeentesecretarie:
vice-voorzitter en lid-secretaris; Mr W. C. A. Riem
Vis, plv. secretaris.
Commissie Loosduinen: de Burgemeester, voorzit
ter; mevr. H. C. Motshagen-Van der Zalm, mevr. M.
A. van Noort-Den Boer, J. van Stel, H. Bakker, P.
Bergenhenegouwen, E. van der Gaag, O. Bottinga,
A. Janssen, C. Schungel, H. A. van Tol, A. Ver
schoor, G. van Vliet en G. van der Zalm, leden;
J. Rensen. secretaris.
In de volgende staat is het aantal ambtenaren en
werklieden op 1 Januari 1954 gesplitst naar de takken
van Dienst.
Gemeentesecretaris was op 1 Januari 1954 W. F.
Wijthoff. benoemd met ingang van 1 September 1947.
Gemeenteontvanger was op 1 Januari 1954 J. J.
Kortekaas, benoemd met ingang van 1 Januari 195.0.
Directeuren en administrateurs van de takken van
dienst op 1 Januari 1954: zie de staat op blz. 20.
De volgende staat vermeldt de sterkte van het Ge
meentepersoneel
Voor werkzaamheden aan en wijziging in de in
richting en/of bestemming van dienstgebouwen der
Gemeente wordt verwezen naar het verslag van Ge
meentewerken.
r
De taak van het industrieschap bestaat uit het doen
aanleggen en het exploiteren van industrieterreinen en
-havens in de Plaspoel- en Schaapweipolder, gelegen
in de gemeente Rijswijk (Z-H). Hieronder valt mede
het bouwen en exploiteren van industrieflats. De nor
male openbare taak van de gemeente Rijswijk, zoals
de zorg voor de reiniging, het onderhoud van open
bare wegen, het afvoeren van water en vuil, de open
bare verlichting, de politie, de brandweer en het
bouwtoezicht, blijft bij de gemeente Rijswijk berusten.
De organen van het industrieschap zijn: raad van
bestuur, dagelijks bestuur, directie.
De raad van bestuur bestaat uit 8 leden, die be
noemd worden door de raden der deelnemende ge
meenten, bij voorkeur uit de leden van het bestuur
van die gemeenten, en wel 4 leden door de gemeente
raad van Rijswijk en 4 door de gemeenteraad van
’s-Gravenhage, met dien verstande, dat ten minste
één van de door elk der gemeenteraden te kiezen
leden een lid van het College van Burgemeester en
Wethouders van de desbetreffende gemeente zal zijn.
Op 31 December 1953 waren leden-vertegenwoor-
digers van de gemeente ’s-Gravenhage: Mr J. van
Aartsen, Wethouder van Economische Zaken, K. J.
Nieukerke, Dr Mr J. A. M. van Staaij en Dr B. van
den Tempel.
Als voorzitter treedt bij toerbeurt, telkens voor een
jaar, op een lid aan te wijzen door Burgemeester en
Wethouders van Rijswijk uit de Rijswijkse leden, en
een lid aan te wijzen door Burgemeester en Wethou
ders van ’s-Gravenhage uit de Haagse leden.
Het dagelijks bestuur bestaat uit de voorzitter, de
plaatsvervangende voorzitter en 2 andere leden (één
Haags en één Rijswijks lid) van de raad van bestuur.
De directie bestaat uit 2 personen, nl. één te be
noemen door de raad van bestuur op voordracht van
’s-Gravenhage en de ander op voordracht van
Rijswijk.
het Gemeentepersoneel.
Datum.
Takken van dienst.
2 378
2 698
Over te brengep
Accountantsdienst
Apotheek
Archief
Badbeheer (Stichting Centraal
Begraafplaatsen
Beroepskeuze (Bureau voor
Bouw- en Woningtoezicht
Credietbank
Duinwaterleiding
Electriciteits-Bedrijf
Gasbedrijf
Gemeentewerken
Geneeskundige en Gezondheidsdienst
Grondbedrijf
Haven- en Marktwezen
Huisvesting (Bureau voor de
Hypotheekbank
Gemeentepersoneel.
1910
1915
1920
1930
1935
1940
1945
1950
1952
1953
1954
Ambte- i Werk-
naren.l)! lieden.
2 093
2 889
3 924
3 370
4 047
3 438
Te
zamen.
Amb
tenaren.
1 979
2 122
1 662
572
I 513
I 783
1 882
1 959
2 165
Onder
wijs.
Werk
lieden.
34
1
45
10
I
6
6
168
673
583
1 089
23
17
39
3
38
53
14
20
5
5
104
51
189
520
389
561
168
80
43
135
3
Dienstgebouwen.
1 275
1 788
3 326
3 173
3 189
3 316
2)4 430 2)4 028
06 121 ->)4 577
4 784
5 186
5 271
5 422
Sterkte van
4 330
5 784
8 834
7 926
8 562
8 061
2) 10 257
0 10 698
10 696
11 219
11 480
11 7571
962
I 107
1 584
I 383
I 326
1 307
I 799
1 952
1 833
I 824
I 823
Publiekrechtelijk lichaam Industrieschap „De Plas-
poelpolder” (Raadsbesluit van 1 Juni 1953).
I
Politie (en i
Brandweer).
1 Januari
1
I
31 December 1924
31
31
31
I Januari
1
I
1
I
3 960 I
4 200 1
4 385 I
4 513 I
1) Zonder Politie en Brandweer en Onderwijs.
2) Inbegrepen onderscheidenlijk 26 ambtenaren en 7 werklieden, te zamen
33 personen, die, op grond van Verordening No. 108/1940 van de „Reichskom-
missar” voor het bezette Nederlandse gebied, met ingang van 26 November
1940 van hun functie waren ontheven.
3) Inbegrepen 31 personen als voren.
4) Bovendien 101 ambtenaren en 200 werklieden voor de „Arbeitseinsatz”
werkzaam in het buitenland.
5) Van 1 Maart 1943 tot 1 Januari 1946 Staatspolitie en van 1 Januari 1944
tot 5 Mei 1945 Staatsbrandweer (veranderingen onder de macht der Duitse be
zetting aangebracht).