Ten aanzien van 4 365 personen is beoordeeld, of
zij uit hoofde van militaire verplichtingen al of niet tot
een verbintenis bij de „Bescherming Bevolking” kon
den worden toegelaten.
Ten behoeve van vrijwillige dienstneming en voor
bevordering werden 1857 zg. bewijzen van goed gedrag,
1 386 bewijzen betreffende de burgerlijke staat en 1 775
bewijzen van Nederlanderschap uitgereikt. In 836 ge
vallen is overgegaan tot legalisatie van handtekeningen,
in het algemeen voorkomende op verklaringen betref
fende de vrijwillige militaire dienst. Tevens is 1 bewijs
van goed gedrag opgemaakt ten behoeve van de op
neming van een oud-militair in „Bronbeek”.
In 1 195 gevallen zijn bewijzen betreffende de ver
houding tot de dienstplicht afgegeven of ambtelijke
inlichtingen hieromtrent verstrekt.
Ten aanzien van 3 893 personen is, naar aanleiding
van de van de Commissaris der Koningin ontvangen
brief van 14 Mei 1948, A.N. 1716 (5e afd.), be
oordeeld, of uit militaire overwegingen bezwaren be
stonden tegen inwilliging van een verzoek om afgifte
van een Nederlands paspoort.
Aan 1 583 personen is een oproeping toegezonden,
houdende de opdracht om 1 dag in werkelijke dienst
op te komen, met het doel te kunnen nagaan, of de in
hun bezit zijnde kleding- en uitrustingsstukken nog
in de vereiste staat verkeerden.
Ten behoeve van de administratie van dienstplich
tigen zijn 44 516 mutaties aangetekend, waarvan in
5 466 gevallen aan één der ministeries van Oorlog en
Marine en in 183 gevallen aan burgemeesters van ande
re gemeenten opgaven moesten worden verstrekt.
Ter reconstructie van de administratie van hen, die,
hoewel behorende tot de vooroorlogse lichtingen, na
de bevrijding werkelijke dienst hebben verricht, zijn
op verzoek van de Minister van Oorlog t.a.v. 53 per
sonen de nodige dienstplichtgegevens verzameld en
op daarvoor speciaal bestemde A-kaarten vastgelegd.
Op 3 Augustus 1953 heeft de Minister van Oorlog
een eerder aangekondigde proefmobilisatie van tot
een bepaalde Divisie behorend militair personeel en
een proefvordering van motorrijtuigen bevolen.
Na ontvangst van de daartoe strekkende telegra
fische mededeling heeft onverwijlde aanplakking plaats
gehad van
1. een openbare kennisgeving, houdende oproeping
van kwartiermakers;
2. een openbare kennisgeving met betrekking tot een
op 4 Augustus d.a.v. te houden proefvordering van
motorrijtuigen. De hierbij betrokken 52 eigenaren
of houders zijn ongeveer op het tijdstip van aan
plakking der openbare kennisgeving schriftelijk her
innerd aan de, ingevolge artikel 61 van de Inkwar-
tieringswet, op hen rustende verplichting. Deze her
inneringen zijn door jeugdig personeel der Gemeen
tesecretarie uitgereikt.
Op 4 Augustus 1953, vond, wederom na ontvangst
van een telegram, de oproeping bij openbare kennis
geving plaats van het overige tot die Divisie behorende
personeel.
De tijdelijke ontruiming van de voor de legering der
troepen hier ter stede nodige schoolgebouwen
zowel openbare als bijzondere scholen is in op
dracht van de Wethouder van Onderwijs tijdig door
de Dienst der Gemeentewerken geschied.
Een drietal ambtenaren ter secretarie heeft de
Burgemeester tijdens de proefvordering van motor
rijtuigen vertegenwoordigd. Van de 52 voor deze vor
dering aangewezen auto’s waren 46 tijdig op de ver
zamelplaatsen aanwezig en konden bij de verschillende
legeronderdelen worden voorgereden. Uit onderzoeken
ingesteld naar de reden van niet-verschijning der 6
ontbrekende voertuigen, is gebleken, dat slechts 1 eige
naar in gebreke moest worden gesteld; tegen hem is
proces-verbaal opgemaakt.
Geconcludeerd kan worden, dat zowel de opkomst
van militair personeel als de proefvordering, voor wat
’s-Gravenhage betreft, een alleszins bevredigend ver
loop heeft gehad.
Aan 385 alhier wonende personen is wegens lichaams
gebreken een ontslagbewijs uitgereikt. In 44 gevallen
zijn kennisgevingen toegezonden betreffende uitslui
ting van de dienst, op grond van artikel 22 der Dienst
plichtwet.
Krachtens artikel 41, eerste lid, der Dienstplichtwet
is m.i.v. 1 October 1953 wegens diensteindiging ontslag
uit de dienst verleend aan
a. de dienstplichtigen (de buitengewone dienstplich
tigen inbegrepen), geboren in 1918, die geen rang
rang hebben bekleed
b. de dienstplichtige onderofficieren, geboren in 1913;
c. het reservepersoneel, geboren in 1908.
In 1953 zijn 1 561 aanvragen om toekenning van
kostwinnersvergoeding behandeld. Het aantal gevallen,
65
AFGIFTE VAN ZG. BEWIJZEN VAN GOED GEDRAG,
BEWIJZEN VAN NEDERLANDERSCHAP, LEGALISATIE
VAN HANDTEKENINGEN ENZ.
INSPECTIE.
ADMINISTRATIE DIENSTPLICHTIGEN.
PROEFMOBILISATIE
MET EEN DAARUIT VOORTVLOEIENDE PROEFVORDERING
VAN MOTORRIJTUIGEN.
ONTSLAG.
II. Kostwinnersvergoeding, c. q. vrij
stelling van dienst als gewoon
dienstplichtige wegens kostwin
nerschap, uitkeringen van ver
schillende aard enz.
KOSTWINNERSVERGOEDING.