20 GEMEENTEBELASTINGEN VAN 'S-GRAVENHAGE. VERSLAG OVER HET JAAR 1954. belasting op vermakelijkheden; hondenbelasting; straatbelasting rechten voor het gebruik of genot van openbare Ge meentegrond vergunnings- en verlofsrecht; schoolgelden verpleeggelden Gemeentelijke openlucht- en buiten scholen opcenten grondbelasting; opcenten personele belasting; Het verslag geeft een overzicht van de volgende Ge meentebelastingen Voorts werd in artikel 3 der belastingverordening een bepaling opgenomen, dat van de belastingheffing zijn vrijgesteld vermakelijkheden, uitgaande van instel lingen, die zich uitsluitend bezig houden met de vrije jeugdvorming, voor zover deze vermakelijkheden aan deze jeugdvorming dienstig zijn en toegankelijk zijn tegen betaling van niet meer dan 1,per persoon voor bioscoopvoorstellingen en tegen betaling van niet meer dan 1,25 per persoon voor andere vermakelijk heden. Het Raadsbesluit van 26 April 1954 is goedgekeurd bij Koninklijk besluit van 15 Juni 1954 no. 12 en is in werking getreden op 1 Augustus 1954. I Staat I bevat een overzicht van de opbrengst der be lasting en van het voor toegangsbewijzen bestede bedrag over de jaren 1952, 1953 en 1954. De zuivere opbrengst dezer belasting bedroeg over 1954 ƒ2.867.972,—; tegen 2.656.817,— over 1953, zodat de opbrengst over 1954 ƒ211.155,of rond 8 pCt. meer bedroeg dan die over 1953. Hierbij moet in aanmerking worden genomen, dat in 1953 de grote watersnood plaats vond, waardoor de vermakelijkheden in de eerste maanden van het ver slagjaar minder druk waren bezocht. (Zie de staten I en II.) De belasting wordt geheven krachtens de Verorde ning no. 17 van 1932, laatstelijk gewijzigd bij Raadsbe sluit van 26 April 1954, Bijl. 244. Bij dit Raadsbesluit werd het maximum van de belastingvrije entreeprijs voor vermakelijkheden, welke uitgaan van ten algemenen nutte werkzame instellingen, verhoogd van 0,60 tot 1,—; 1 aanslag De Raad van Beroep verklaarde in alle 7 gevallen de grieven van de reclamanten ongegrond en bekrach tigde de beslissingen van de directeur der Gemeentebe lastingen. De belangrijkste uitspraken zijn hierna ver meld. De belasting op vermakelijkheden, die tegen betaling toegankelijk zijn, heeft in het verslagjaar bedragen: 35 pCt. van vermakelijkheden, die geheel of gedeelte lijk uit een bioscoopvoorstelling bestonden, behoudens die, waar uitsluitend films werden vertoond welke door de in artikel 15 der Bio scoopwet bedoelde Centrale Commissie zijn goedgekeurd als betreffende onderwerpen van wetenschap, nijverheid, landbouw en handel. Voor laatstgenoemde voorstellingen werd 20 pCt. geheven; van bals en danspartijen; van kermisvermakelijkheden; van toneel-, cabaret-, variétévoorstellingen en andere vermakelij kheden, welke gevolgd werden door een bal of een danspartij; van de overige vermakelijkheden. Het bureau der Gemeentebelastingen bestond op 31 December 1954 uit een directeur en 43 (31 December 1953 50) onder hem werkende ambtenaren. De Raad van Beroep voor de directe belastingen te ’s-Gravenhage behandelde in 1954 en wel in zijn zit tingen van 19 Februari en 25 Juni 7 beroepschriften tegen aanslagen in Haagse gemeentebelastingen en schoolgeldheffingen. Deze betroffen: 1 aanslag in de vermakelijkhedenbelasting, 1 hondenbelasting, 2 aanslagen rechten innemen openbare gemeen tegrond, schoolgeldheffing bijz. gewoon l.o., schoolgeldheffing openbaar middel baar onderwijs, schoolgeldheffing openbaar handels- avondonderwijs. BIJLAGE 10 b vermakelijkheden, uitgaande van instellingen, tot welker eigenlijke doel en gewone werkzaamheden het geven van vermakelijkheden niet behoort, ver hoogd van ƒ0,50 tot ƒ0,60; c sportwedstrijden, sportdemonstraties, openlucht spelen en gymnastiekuitvoeringen verhoogd van ƒ0,30 tot 0,45. 1 1 35 30 25 Belasting op vermakelijkheden. 1 Algemeen.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1954 | | pagina 105