i 24 13 Bij de Haagse Stichting voor Lichamelijke Opvoeding waren in het verslagjaar voor sportdoeleinden de vol gende terreinen in gebruik: Premie- en bijdrageregeling woningbouw 1953. Deze premieregeling werd in de loop van het jaar 1954 gewijzigd in dier voege, dat voor woningen ten behoeve van alleenstaanden thans ook financiële steun wordt verstrekt. Bovendien is de mogelijkheid geopend onder bepaalde voorwaarden voor dusgenaamde be jaardentehuizen per te huisvesten bewoner een premie te verkrijgen: indien rechtspersonen, die geen winst beogen en eigenaar zijn van voor verhuur bestemde woningen voor bejaarden een premie aanvragen, kun nen boven de premie jaarlijkse bijdragen worden ver zekerd ter tegemoetkoming in ongedekte jaarlijkse kosten, voortvloeiende uit de exploitatie van dergelijke woningen en tehuizen, waarvan de huurprijs op een lager bedrag is gesteld dan de door de Minister van Wederopbouw en Volkshuisvesting vast te stellen nor male huurprijs, onder voorwaarde, dat de Gemeente gelijke bedragen bijdraagt. Ook werd de regeling gewijzigd in verband met het toekennen van premie voor woningen, welke in de plaats komen van opgeruimde krotwoningen. Bij het Ministerie van Wederopbouw en Volkshuis vesting werden in 1954 door de Dienst voor 1401 woningen aanvragen ingediend ingevolge de premie regeling, waarvan 652 woningen uit te voeren in sys teembouw; 590 woningen voor belegging en 159 zonder belegging.1) Totaal werd aan premie toegezegd over 1954 een bedrag van 4.377.296, In de loop van het verslagjaar werden 38 ministeriële beschikkingen ontvangen, betreffende 1084 etagewo- ningen en eengezinswoningen. j’a Herbouwfinanciering. De verhoogde activiteit in de herbouwsector gedu rende het jaar 1953 zette zich voort in het verslagjaar. Plotseling kwam op 29 Juli 1954 de in dit hoofdstuk onder A vermelde beschikking van de Minister van Wederopbouw en Volkshuisvesting tot stand. Gevolg van deze maatregel was, dat aan tal van voor genomen herbouwplannen de financiële grondslag ont viel, zodat niet geringe stagnatie intrad. Eerst op 18 November 1954 heeft de Minister maatregelen getroffen om enigermate aan de talrijke bezwaren tegemoet te komen. Met het inbrengen van de bijdrage in de oor logsschade kon voor deze gevallen een premie overeen komstig de Premieregeling Woningbouw 1953 worden aangevraagd, buiten het contingent der Gemeente vallende. Ook werd in het begin van het verslagjaar bepaald, dat de datum van overdracht van bestedingsplicht moet voorafgegaan aan de aanvangsdatum van de bouw, zodat tijdens de bouw geen bestedingsplichten meer kunnen worden ingebracht. De overdracht van bestedingsplicht werd voor kleine bijdragen in de oorlogsschade door het Ministerie beperkt. In het verslagjaar werden bij de Directie van de Wederopbouw en de Volkshuisvesting in de provincie Zuid-Holland - de instantie, waarbij na 1 Januari 1954 de stukken moeten worden ingezonden voor 780 woningen en 9 bedrijfsruimten aanvragen tot verlening van financiële faciliteiten overeenkomstig artikel 72 van de Wet op de Materiële Oorlogsschaden ingediend. Financieringsbeschikkingen werden in 1954 ont vangen voor 860 woningen waarvan 10 aankoopfinan- cieringen, die buiten het contingent vallen en 6 bedrijfs ruimten. De door het Ministerie beschikbaar gestelde aanvullende bijdragen ex artikel 72 beliepen over 1954 in totaal 8.683.151,terwijl over 153.147,een rentevergoeding a 4% werd verleend. Op artikel 8 (vervangingswaarde) is geen herbouw- plichtige gefinancierd. In 10 gevallen vond een aan- koop-financiering plaats. In één geval werd op artikel 71 gefinancierd, dit is met rentevergoeding en uitgestel de aanvullende bijdrage. Opname- verklaringen. Gedurende 1954 werden de laatste 26 woningen, welke met behulp der Financieringsregeling Woningbouw 1948 zijn gebouwd, opgenomen en de betreffende rap porten aan het Ministerie van Wederopbouw en Volks huisvesting gezonden. Voor vaststelling van de huurwaarde van met her bouwfinanciering gebouwde woningen werden er 46 opgenomen, waarvan de betreffende rapporten even eens bij het Ministerie werden ingediend. HOOFDSTUK VIII. DIVERSEN. Voor school- en kindertuinen werden aan de des betreffende dienst enige oppervlakten teelland ter ge zamenlijke grootte van 24.740 m2 beschikbaar gesteld. Ten behoeve van de tewerkstelling van mindervalide en sociaal-onvolwaardige jeugdige personen werd een oppervlakte grond, ter grootte van 132.298 m2, in de Veen- en Binckhorstpolder aan de Dienst voor Schooi en Kindertuinen in gebruik gegeven. Ten behoeve van jeugdwerk werden enige oppervlak ten grond verhuurd of aan de Haagse Stichting voor Lichamelijke Opvoeding en de Stichting Haagse Jeugd- verblijven in gebruik gegeven. Gedurende de zomermaanden werden terreinen be schikbaar gesteld (onder andere Meer en Bos en Dut tendel) voor vacantiebezigheid voor schoolkinderen. VERSLAG GEMEENTELIJK GRONDBEDRIJF. Recreatie. B. Financiële steun voor bouw van nieuwe woningen (en bedrijfsruimten) door particulieren. 1) Voor het contingent-cijfer wordt verwezen naar het jaarverslag 1954 van de Dienst van de Wederopbouw en de Stadsontwikkeling. Beschikbaarstelling terreinen voor de jeugd.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1954 | | pagina 331