37 Ingeschreven werden in 1954 in totaal 12 155 (v.j. 14 562) werkzoekende vrouwen waarvan er 6 791 (v.j. 8 241) of 56% (v.j. 57%) werden geplaatst. Het aantal ingeschreven vrouwelijke werkloze werkzoekenden bedroeg einde December 735 (v.j. 1 107). Het aantal aanvragen naar vrouwelijke krachten bedroeg in 1954 in totaal 16 654 (v.j. 16 723) waar van in 6 615 (v.j. 8 115) gevallen of 40% (v.j. Daaruit blijkt, dat er in 1954 40 faillissementen minder zijn uitgesproken dan in 1953. Nevenstaande tabel bevat een overzicht van het aantal uitgesproken faillissementen van in de Ge meente gevestigde natuurlijke en rechtspersonen over de perioden 1943 t./m. 1954. Ambacht. Voor de meeste ambachtsbedrijven was 1954 een gunstig jaar. Bij de kleine ambachtsbedrijven, die verwant zijn aan de bouwbedrijven, ontstonden be langrijke personeelstekorten, doordat vele werkne mers werden aangetrokken door de grote bouwbe drijven. HOOFDSTUK XI. ARBEID, Aan het verslag over 1954 van het Gewestelijk Arbeidsbureau ’s-Gravenhage, Prinsegracht 63, is het volgende ontleend. De werkloosheid nam ook in de loop van dit jaar sterk af. Dank zij de hoogconjunctuur werd niet alleen de jaarlijkse toeneming van de beroepsbevol king, welke ongeveer 2 000 mannelijke personen om vat, volledig door het bedrijfsleven opgenomen, doch het aanbod van werkloze mannen daalde tevens. Be droeg nl. het direct beschikbare aanbod einde Januari nog 8 714, einde Augustus was het aantal gedaald tot 4 068, waarna het, voornamelijk wegens seizoensomstandigheden, weer steeg tot 6 154 aan het einde van het jaar. Het gemiddelde aantal werklozen per 1 000 man nelijke beroepsbeoefenaren bedroeg in 1954 27 (vo rig jaar 40). In 1954 werden in totaal 34 280 mannen inge schreven (v.j. 40 908). Hiervan werden er 14 918 (v.j. 17 254) of 44 (v.j. 42 geplaatst. Tegenover dit aanbod stond een vraag naar in totaal 22 106 (v.j. 23 601) mannelijke krachten, waaraan in 11 700 (v.j. 12 854) gevallen of 53 (v.j. 54 werd voldaan door plaatsing van inge schrevenen. In de overige gevallen werd de aanvrage geschrapt, omdat de werkgever zelf arbeidskrachten vond of de aanvrage introk. De per 31 December overgebleven vraag naar mannelijke arbeidskrachten, waaraan nog niet was voldaan, bedroeg in totaal 1 592 (v.j. 1 030). Het be trof voornamelijk geoefende vaklieden en jeugdige krachten. De industriële bedrijvigheid is in het afgelopen jaar verder toegenomen. Voor verschillende bedrijven is de fabrieks- c.q. kantoorruimte onvoldoende geble ken, als gevolg van de gunstige afzetmogelijkheden. Zulks heeft deze bedrijven aanleiding gegeven tot nieuwbouw over te gaan, hetgeen gevoegd bij de reeds uit anderen hoofde bestaande bouwbedrijvig- heid, de activiteit in de bouwwereld op een uitzon derlijk hoog niveau heeft gehouden. Voor de meeste bedrijven waren de grondstoffen vrij gemakkelijk te verkrijgen, alhoewel in sommige gevallen de wacht tijd voor levering van grondstoffen langer was dan in het vorige jaar. Vrijwel in alle sectoren hebben de industriële be drijven te kampen gehad met personeelsgebrek; in de eerste plaats gebrek aan geschoold personeel, doch in vele gevallen tevens aan ongeschoold personeel. Aangezien de bestaande industrieterreinen in Den Haag thans bijna geheel zijn volgebouwd, moet het voor de toekomstige industrialisatie van Den Haag en omgeving van grote betekenis worden geacht, dat in de Plaspoelpolder te Rijswijk (Z-H.) werd aan gevangen met het bouwrijp maken van het eerste gedeelte van het terreinencomplex. In het verslagjaar zijn in de detailhandel de om zetten in het algemeen toegenomen; in het bijzonder van artikelen met een min of meer luxueus karakter. De omzetten van duurzame gebruiksartikelen zijn sterk toegenomen, mede als gevolg van het op steeds grotere schaal toepassen van afbetalingsrege lingen en van de loonsverhogingen, die in 1954 plaats hadden. De toeneming der omzetten weerspiegelt zich in geringere mate in de winstmarges, als gevolg van sterker wordende concurrentie, hetgeen vooral heeft geleid tot verhoging van servicekosten. In verschillende branches van de detailhandel bleef het gebrek aan liquide middelen een moeilijk probleem vormen. Verscheidene grotere bedrijven hadden te kampen met personeelsgebrek, waarin vaak moeilijk kon wor den voorzien. Jaar J aar I 1943 1944 1945 1946 1947 1948 32 33 23 57 114 122 1949 1950 1951 1952 1953 1954 256 160 175 184 160 120 Aantal uitgesproken faillissementen Faillissementen. Aantal uitgesproken faillissementen Arbeidsbemiddeling. Industrie. Detailhandel.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1954 | | pagina 46