37 VERSLAG OVER HET JAAR 1954. GEMEENTELIJKE HYPOTHEEKBANK. a. b. ALGEMENE BESCHOUWINGEN BETREFFENDE DE DRIE INSTELLINGEN GEZAMENLIJK. GEMEENTELIJKE HYPOTHEEKBANK, NOODHYPOTHEKENFONDS EN RIJKSHYPOTHEKENFONDS VAN 'S-GRAVENHAGE. Als deskundigen voor de schatting der waarde en het onderzoek naar de staat der onderpanden bleven aan de Bank verbonden de heren W. Biever en H. Lamet Sr., die bij raadsbesluit van 13 April 1953 (bijlage no. 146) als zodanig waren benoemd. Hierna volgen de gebruikelijk gegevens betreffende de drie instellingen afzonderlijk. Op het einde van het boekjaar bestond het personeel in vaste dienst uit: 1 administrateur, 1 commiesB en 1 boekhouder A. Met de leiding van de Bank bleef belast de directeur van Financiën en bij afwezigheid diens plaatsvervanger. bij de Hypotheekbank 3,98 pCt; bij het Noodhypo- thekenfonds 3,91pCt en bij het Rijkshypothekenfonds 3,89 pCt (v.j. onderscheidenlijk 4,05 pCt, 3,88 pCt en 3,82 pCt). Het totale bedrag der hypotheekrente beliep rond ƒ238.000,— (v.j. ƒ242.100,—). Bij de in 1954 toegestane aanvragen tot voortzetting van bestaande leningen werd de rentevoet van in totaal 35 leningen, te zamen bedragende rond 615.800,-, verlaagd, waarvan voor 14 leningen, te zamen groot rond ƒ77.000,ingaande 1 Januari 1955. De winsten van het Noodhypotheekfonds en het Rijkshypotheekfonds bedroegen onderscheidenlijk 1.255,96 en 658,59. Beide bedragen werden op grond van het bepaalde in artikel 18 lid 5 van de be- heersverordening (Verz. 1933, no. 23) aan de Gemeente uitgekeerd. Eveneens kwam aan de Gemeenterekening 1954 ten goede de winst van de Hypotheekbank over dat jaar ten bedrage van ƒ9.300,97. In de loop van het jaar werden 40 aanvragen tot een gezamenlijk bedrag van ƒ2.398.665,in behandeling genomen, t.w. 29 aanvragen (totaal 390.665,om voortzetting van bestaande leningen, wegens afloop van de leningstermijn, welke alle tot het aangevraagde be drag werden toegestaan 4 aanvragen (totaal 166.000,tot verhoging van bestaande leningen, welke alle tot het volle bedrag werden toegestaan en aangenomen; In de loop van het jaar werden in behandeling ge- nomen 9 aanvragen om een nieuwe lening en 4 aan vragen om verhoging van bestaande leningen. Met inbegrip van de aanvragen tot voortzetting kwamen in behandeling 52 posten (v.j. 53) tot een totaal bedrag van rond ƒ3.553.800,(v.j. ƒ1.450.540,Gesloten werden 11 (v.j. 6) leningen tot een totaal bedrag van 1.538.000,(v.j. ƒ241.700,De aflossingen be droegen in totaal rond ƒ1197.350,(v.j. 493.200, waarin begrepen de algehele aflossing van 30 (v.j. 25) leningen, te zamen bedragende rond 514.100, (v.j. ƒ283.300,Het totaal der 236 (v.j. 255) leningen bedroeg op 31 December rond 6.321.500,(v.j. 5.980.900,d.i. 340.600,meer dan een jaar tevoren. Bij de inning van de rente en aflossing der hypothe caire leningen werden in het algemeen weinig moeilijk heden ondervonden. De geldnemers voldeden in de regel normaal aan hun betalingsverplichtingen en velen betaalden zoals gewoonlijk reeds vóór de ver valdag het door hen verschuldigde. Eén geldnemer verzocht om vermindering van de periodieke aflossing. Aangezien de betrokken post voldoende gedekt was, kon deze vermindering zonder bezwaar worden toege staan. Wegens onderhandse verkoop verminderde het aantal der bij de Bank in beheer zijnde panden met 19. Op 31 December 1954 had de Bank nog 62 panden in beheer. Ofschoon de onderhoudskosten van deze panden nog steeds aanzienlijk zijn, viel tengevolge van de op 1 Januari 1954 van kracht geworden algemene huurverhoging, in de exploitatieuitkomsten enige voor uitgang te constateren. Na het in werking treden van de thans in voorbereiding zijnde huurverhoging, zal wor den overwogen het beheer der panden weder aan de eigenaren over te dragen. Het onderhoud der in exploitatie zijnde panden werd ook dit jaar verzorgd door de Gemeentelijke Woning- dienst. Bij de gehouden inspectie van de onderpanden Week, dat het onderhoud in de regel goed wordt ver zorgd. Ernstige tekortkomingen kwamen niet aan het licht. Met gebruikmaking van de bepalingen van de Wet op de Materiële Oorlogsschaden vond de afwikkeling van de posten, waarvan het onderpand was onteigend en/of verwoest, regelmatig voortgang. Verliezen wer den daarbij niet geleden. De gemiddelde hypotheekrente was op 31 December BIJLAGE 1 Schatters. Personeel. Aanvragen en leningen.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1954 | | pagina 486