39 h. d. g. h. 11 Werving objecten. De in het verslagjaar voortgezette propaganda-actie had tot resultaat, dat op 5 objecten gedurende in totaal 234 weken werkgelegenheid werd gecreëerd. Bijlage XIII geeft een overzicht van de objecten en de daar verrichte werkzaamheden, het aantal te- werkgestelden en de uitgaven. Hierbij zij nog opge merkt dat de 51 objecten, welke in uitvoering zijn geweest, verdeeld waren over 22 gemeente-instellin- gen, 20 rijksinstellingen, 1 provinciale instelling en 8 privaatrechtelijke lichamen. Bijlage XIV geeft weer het gemiddeld aantal per sonen, dat was tewerkgesteld, gesplitst naar leef tijdsgroepen. Het Gemeentebestuur stelt ook deze commissie desgevraagd in de gelegenheid zich ter plaatse op de hoogte te stellen van de werkzaamheden der hoofd arbeiders. De Commissie vergaderde in het verslagjaar 11 maal en behandelde 41 voorstellen voor nieuwe ob jecten, waarvan 36 met gunstig advies aan het Col lege van Burgemeester en Wethouders werden voor gelegd, 2 einde December nog in behandeling waren en 3 met afwijzend advies aan voornoemd College werden gezonden. Voorts beraadde de Commissie zich over 15 voorstellen voor verlenging en 8 voor stellen voor uitbreiding van reeds in uitvoering zijnde objecten, 37 analyses van reeds bestaande hoofd- arbeidersfuncties en 11 voorstellen voor het toeken nen van een prestatietoeslag. De subcommissie, die in het belang van een vlotte gang van zaken de Commissie adviseert ten aanzien van het hierboven sub e gestelde, kwam in het ver slagjaar 11 maal bijeen en behandelde 148 gevallen. sociale lasten, vervoersvergoeding en kleding - onder scheidenlijk schoeiselverstrekking - voortaan 100 (vooheen 90) zou bedragen. Ook de hoofdarbeiders kregen recht op vacantietoeslag, naar de Staatssecre taris in zijn rondzendbrief dd. 15 Juli 1954 bepaalde. Tenslotte gaf de Staatssecretaris in zijn circulaire van 13 October 1954 kennis van het feit, dat de voor dien vereiste ministeriële goedkeuring voor het geven van een vergoeding voor vervoer per bus, boot, tram of trein verviel. Contact werkleiding, Bureau en tewerkgestelden. Het bevorderen van dit contact bleef in handen van een der ambtenaren van het Bureau. De alge mene tendentie leidde ook hier ertoe, dat de werk wijze werd geïntensiveerd, waardoor het contact tus sen sociale werker en tewerkgestelde werd verdiept en verstevigd. Resultaat tewerkstellingen in sociale werkvoor ziening voor hoofdarbeiders. Het aantal personen, dat begin Januari was ge plaatst, bedroeg 84. Einde December beliep dit 98. Het laagste aantal werd bereikt in de periode van 1 tot en met 14 Februari, nl. 79 per week, het hoog ste in de week van 13 tot en met 19 September, nl. 131, welk cijfer werd beïnvloed door de uitvoering van het object „verkeerstellingen”. Het aantal eerste plaatsingen bedroeg 170. Af geschreven werden 154 tewerkgestelden en wel 22 we gens het einde van de tewerkstellingstermijn, 78 we- Commissie sociale werkvoorziening hoofdarbeiders. Aan het einde van het verslagjaar was de Commis sie als volgt samengesteld: lid-voorzitter: R. P. Baas (plv. M. W. van Daalen); leden: D. C. van Borselen, contactambtenaar voor sociale bijstand bij het Mi nisterie van Sociale Zaken en Volksgezondheid (plv. J. P. van den Dop); F. M. Steinmetz, directeur van het Gewestelijk Arbeidsbureau te ’s-Gravenhage (plv. A. A. Nicolaï); H. Berends, vertegenwoordiger van het Nederlands Verbond van Vakverenigingen (plv. L. O. de Coole); C.N. de Graaff1), vertegenwoordiger van de Katholieke Arbeidersbeweging (plv. J. A. de Ries); A. J. van Verseveld, vertegenwoordiger van het Christelijk Nationaal Vakverbond (plv. A. de Graaf); secretaris (geen lid): A. Kruikemeier, ambte naar bij het Gemeentelijk Bureau voor Werklozenzorg en Personeelsvoorziening (plv. F. H. Meijer 2). De Commissie heeft tot taak het gemeentebestuur te adviseren omtrent: de in de Gemeente aanwezige mogelijkheden tot het creëren van werkobjecten; de indeling der taken in een der bovenvermelde groepen; de vraag, voor welke werkloze hoofdarbeiders plaatsing op een werkobject wenselijk is en met welke taak zij dienen te worden belast; de vraag, of er aanleiding bestaat op een be paald tariefloon te doen werken; de wenselijkheid en mogelijkheid van wijziging in de taken der hoofdarbeiders, van plaatsing in normaal dienstverband, van scholing en van ont heffing van de taak; de vraag, of er aanleiding bestaat een tegemoet koming te verlenen in de noodzakelijke uitgaven, welke de hoofdarbeider door bijzondere om standigheden heeft te doen en die niet uit het loon of eventuele andere inkomsten kunnen wor den bestreden; klachten of bezwaren, welke van de zijde der hoofdarbeiders die voor plaatsing in aanmer king zijn gebracht worden geuit; alle overige vragen, welke bij de uitvoering van de regeling rijzen en waaromtrent hetzij het ge meentebestuur het advies van de commissie vraagt, hetzij de Commissie eigener beweging wenst te adviseren. VERSLAG VAN HET BUREAU VOOR WERKLOZENZORG EN PERSONEELSVOORZIENING e. Opvolger van W. F. Hillman. Opvolger van P. van den Abeelen. a.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1954 | | pagina 517