40
7
behandeld, konden er 2 086 (1 862) worden ingewilligd.
Door intrekking e.d. kwamen 589 (776) verzoeken te
vervallen, terwijl in 240 (191) gevallen opneming voor
eigen rekening bleek te kunnen geschieden.
Voor wat de aantallen en bedragen betreffende alle
in verzorging opgenomen personen aangaat, wordt
verwezen naar bijlagen 6 tot en met 7 op bladzijden
27 tot en met 29.
Gemeentelijke verzorgingshuizen.
De beschikbare plaatsen voor mannelijke en vrouwe
lijke verplegingbehoevenden waren het gehele jaax
zonder uitzondering bezet. Er was ten aanzien van deze
categorie verzorgden soms zelfs sprake van overbe
zetting als zij het bij wijze van uitzondering een
noodbed op de desbetreffende afdelingen moest worden
geplaatst.
Op de afdelingen voor valide mannen en vrouwen
daarentegen was het gehele jaar door een aantal bedden
onbezet. De in vorige jaarverslagen gemaakte opmer
king, dat deze categorie een duidelijk verminderde
belangstelling toont voor opneming in tehuizen voor
ouden van dagen, is derhalve nog steeds op haar plaats.
Een klein aantal geestelijk gestoorde vrouwen werd
van de Gemeentelijke Verzorgingshuizen uit overge
plaatst naar de in het begin van het jaar 1954 voor
dergelijke patiënten in gebruik genomen inrichting
Huize „Cromvliet” in Rijswijk (Z.H.)
De geneeskundige verzorging der in de tehuizen ver
blijvende personen was wederom toevertrouwd aan een
daartoe door de Gemeentelijke Geneeskundige en
Gezondheidsdienst aangewezen arts.
In het bijzonder voor de verzorgden, die wegens hun
lichamelijke gesteldheid niet in staat zijn ter kerke te
gaan, is het van belang, dat in de tehuizen regelmatig
godsdienstoefeningen (voor Hervormden en Rooms-
Katholieken) worden gehouden.
De menu’s, welke wekelijks voor de tehuizen worden
opgemaakt en onderling niet afwijken, beogen de ver
strekking van, op verantwoorde wijze samengestelde,
smakelijke maaltijden. Klachten daaromtrent werden
niet vernomen. Aandacht wordt bovendien geschonken
aan de bijzondere eisen van dieetvoeding.
Getracht wordt de verzorgden zo veel mogelijk bezig
te houden. De lichamelijk gezonden kunnen, indien zij
dit wensen, een of andere taak in het tehuis op zich
nemen. Boven het zakgeld wordt hun daarvoor een
kleine vergoeding gegeven.
Het aantal validen neemt echter af, zodat meer werk
zaamheden door het personeel moeten worden opge
vangen.
Voor de overige verzorgden, die min of meer hulp
behoevend zijn, kunnen de vele vormen van vrije
tijdsbesteding verstrooiing in hun leven brengen. In
de loop der jaren is gebleken, dat de vrouwelijke ver
zorgden er eerder toe overgaan een liefhebberij ter
hand te nemen dan de mannelijke. Er wordt echter
geregeld aandacht aan besteed om ook de laatstge
noemden in de vrije-tijdsbesteding te betrekken. Ver
meld kan worden, dat in het Gemeentelijk Verzorgings-
den en chronische zieken in de Gemeentelijke Verzor
gingshuizen en in de particuliere rusthuizen, niet altijd
mogelijk om verzoeken om opneming in te willigen,
zodat een wachtlijst moest worden aangelegd. Hoewel
het aantal particuliere rusthuizen voor vrouwen met
twee werd uitgebreid, kwam het voor, dat in enkele
particuliere rusthuizen voor spoedopnemingen op
verzoek van de Dienst en zij het tijdelijk nood bedden
moesten worden bijgeplaatst.
Een particulier rusthuis, waar aanvankelijk manne
lijke verzorgden op medische indicatie verbleven, biedt
sedert Maart verzorging aan mannelijke nazorgpatiën-
ten, waardoor een aantal plaatsen voor hulpbehoeven
den en chronische zieken minder ter beschikking staat.
In Maart 1954 werd het Joods Tehuis voor Bejaarden
van het adres Prins Mauritslaan 94 overgeplaatst naar
de Van Weede van Dijk velds traat 6. De nieuwe in
richting biedt plaats aan 55 bejaarden, een verruiming
van de capaciteit met 37 bedden.
In Mei d.o.v. betrok het Haags Hervormd Rusthuis
het nieuwe pand aan de Goetlijfstraat 5, in welke
inrichting 298 ouden van dagen kunnen worden ver
zorgd. Daarvóór had dat Rusthuis, hetwelk toen in
enige villa’s aan de Van Stolkweg was ondergebracht,
een capaciteit van 200 bedden. Op 31 December
werden 85 personen voor rekening van de Dienst in
dat Rusthuis verzorgd.
Zoals vorig jaar werd medegedeeld, worden op ad
vies van de Gemeentelijke Geneeskundige en Gezond
heidsdienst enige kinderen, lijdende aan cerebrale
paralyse (zg. spastische kinderen), verzorgd. Aangezien
bij deze kinderen, ten gevolge van hun zeer geringe
mogelijkheden, de verveling een grote rol speelt, werd
gezocht naar middelen om deze kinderen meer levens
vreugde te verschaffen. De in 1952 te Leiden geopende
school van de Mytylstichting, waar onderwijs wordt
gegeven aan het lichamelijk-gebrekkige kind, terwijl
daar tevens aandacht wordt besteed aan het bevorderen
van de lichamelijke ontwikkeling, bleek voor het
beoogde doel uitermate geschikt. In verband hiermede
werd besloten een viertal spastische kinderen het onder
wijs op deze school te doen volgen. De school ontvangt
geen subsidie van het Rijk, waardoor het niet mogelijk
is voor deze kinderen een tegemoetkoming te verkrijgen
als bedoeld in artikel 13, juncto artikel 126, der Lager-
Onderwijswet 1920. Het Bestuur van de Gemeentelijke
Dienst voor Sociale Belangen besloot daarop in October
1954 de kosten van onderwijs en vervoer er is bij
deze school geen internaat alsmede de vergoeding
voor de begeleidster voor rekening van de Dienst te
i nemen zolang bovenvermelde tegemoetkoming niet kan
I worden toegekend.
Sedert 4 April is het zakgeld voor volwassen ver
zorgden van 2,tot 2,50 per week verhoogd.
oorts is de extra tegemoetkoming, welke verzorgden
ontvangen voor het zelf laten scheren en knippen, per
dezelfde datum van ƒ0,25 op ƒ0,50 per week gebracht.
Van de 2 915 (2 829) verzoeken om opneming voor
rekening van de Dienst, welke in het verslagjaar werden
VERSLAG VAN DE GEMEENTELIJKE DIENST VOOR SOCIALE BELANGEN