I
11
op 1 mei 1955 vervangen door mej. W. S. Ziegelaar,
eveneens in de rang van schrijver.
Mevr. J. Dubbelman-Scheer, die belast was met
het spoelen van glaswerk, verliet in verband met haar
huwelijk op 1 april 1955 de dienst. Haar plaats werd
ingenomen door mej. T. Vrolijk, die reeds als werk
vrouw aan de Dienst verbonden was. Als plaatsver
vangster van laatstgenoemde trad op 4 april 1955
mej. H. Pegman in dienst.
Óp 1 juni 1955 werd in de rang van keurmeester A
de heer J. W. van Garderen aangesteld. Hij trad in
de plaats van de heer J. Rood, keurmeester B, die
na gedurende 30 jaren met veel nauwgezetheid en
plichtsbetrachting zijn taak te hebben vervuld, we
gens het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd
met ingang van 1 november 1955 onder toeken
ning van de bronzen legpenning der gemeente ’s-Gra-
venhage eervol ontslag werd verleend. Zijn neven
functie van concierge blijft de heer Rood, die een
dienstwoning bewoont, krachtens arbeidsovereen
komst naar burgerlijk recht voorlopig vervullen.
In een in 1954 ontstane vacature werd op 1 juli
1955 voorzien door de aanstelling van mej. F. van
der Mee, in de rang van analist A.
Na het verstrijken van de periode, waarvoor hem
buitengewoon verlof was verleend, diende de heer D
Kooi, keurmeester A, zijn ontslag in, hetwelk hem
met ingang van 1 oktober 1955 eervol werd verleend.
Met spoed werd daarna getracht in deze onvoorziene
vacature te voorzien en het laat zich aanzien, dat per
1 maart 1956 zijn opvolger zal worden benoemd.
Aan het onderzoek in het laboratorium hebben
gedurende kortere of langere tijd 5 volontairs mede
gewerkt, van wie 3 met goed gevolg het analist-exa-
men 2de gedeelte der Koninklijke Nederlandse
Chemische Vereniging aflegden.
Het aantal ziektedagen van het personeel be
droeg 488.
Door een wijziging van het Algemeen Besluit kan
nu reeds in bereidplaatsen worden opgetreden tegen
fosfaathoudende mengsels (die in verschillende voe
dingsmiddelen zijn toegelaten), waarin een ontoe
laatbare hoeveelheid fluoor aanwezig is.
Ook ten aanzien van de aanduiding van als waren
aangewezen artikelen, die giftige bestanddelen be
vatten, is in hetzelfde besluit een betere regeling ge
troffen.
Het toezicht op de inrichting van bedrijven en op
een hygiënische bedrijfsvoering vormt een belangrijk
deel van de taak der keurmeesters.
Op aanwijzing van de keurmeesters werden in een
aantal bakkerijen en consumptieijsbereidplaatsen
verbeteringen aangebracht, meestal betrekking heb
bende op wanden, vloeren, wasgelegenheden en
toiletten en de afvoer van spoelwater. Bij het toezicht
blijkt, dat in vele gevallen de conservator de oorzaak
is van aan het daarin bewaarde consumptieijs ge
constateerde afwijkingen.
Het keuringsgebied ’s-Gravenhage omvat 31 ge
meenten, waarvan het aantal inwoners op 1 januari
1955 940 426 bedroeg.
De heffing, bedoeld in artikel 13 der Warenwet,
werd over het heffingsjaar 1954 gevorderd van 10 329
bedrijven, tot een brutobedrag van f 123.158,
Over het heffingsjaar 1955 zijn de definitieve cijfers
nog niet bekend, doch het laat zich aanzien, dat deze
niet veel van die over het jaar 1954 zullen afwijken.
Het gebouw wordt behoorlijk onderhouden en be
vindt zich in goede staat.
De voorraad glaswerk wordt geregeld aangevuld;
het instrumentarium wordt op peil gehouden en zo
nodig uitgebreid.
Op 31 december 1955 telde de Dienst 38 perso
neelsleden. Aan de Dienst waren verbonden: 1 direc
teur, 1 adjunct-directeur, 1 scheikundige A, 4 keur
meesters B, 7 keurmeesters A, 5 analisten C, 5
analisten B, 1 analist A, 1 amanuensis A, 1 labora-
toriumbediende, 1 bureauchef C, 1 boekhouder C,
1 administratief ambtenaar B, 1 administratief amb
tenaar A, 3 schrijvers, 1 concierge, 2 werkvrouwen
voor het schoonhouden van het gebouw en 1 werk
vrouw, die belast is met het spoelen van glaswerk.
In de op 1 januari 1955 ontstane vacature van
schrijver werd met ingang van 1 februari 1955 voor
zien door de aanstelling van mej. A. P. Th. van der
Plas, aan wie reeds met ingang van 1 april 1955 op
haar verzoek eervol ontslag werd verleend. Zij werd
K.B. van 11 oktober 1955, no. 33, houdende wijzi
gingen van het K.B. van 16 Juli 1955, no. 23.
K.B. van 13 oktober 1955, no. 38 houdende toe
stemming aan Felix Cohen N.V. te Rotterdam tot
het gebruik van de aanduiding „voor diabetici” op
„perziken op water”;
Ministeriële Beschikking van 17 oktober 1955, no.
15947, afd. G.B., waarbij aan de firma D. H. Schaars
te Borculo toestemming wordt verleend tot het toe
voegen van aluminiumstearaat aan koffiestroop, on
der voorwaarden;
K.B. van 23 november 1955, no. 534, tot nadere
wijziging van het Visbesluit;
K.B. van 26 november 1955, no. 20, waarbij aan
Kortman en Schulte N.V. te Rotterdam toestemming
is verleend tot het gebruik van de aanduiding „Drie-
tex, bevat C.M.C. en minimum 38 vetzuur”;
Ministeriële Beschikking van 21 december 1955, no.
248, inzake aanwijzing van gemeenten, waar slechts
brood voorhanden mag zijn of mag worden vervoerd,
bereid met gejodeerd zout.
K.B. van 21 december 1955, no. 619, tot nadere wij
ziging van het Aroma-, Jus- en Soepblokwet (Waren
wet);
VERSLAG VAN DE KEURINGSDIENST VAN WAREN.
het recht, bedoeld
2
ALGEMEEN OVERZICHT.
Keuringsgebied en heffingen van
in art. 13 Warenwet.
Gebouw en inventaris.
Personeel.