31
17
I
deld 323 m3/h. Het maximum nachtverbruik van
550 m3/h werd veroorzaakt door het vullen van de
gashouder aan de Leijweg in het tijdvak van 13 t./m.
17 februari 1955.
De volgende staat geeft de gemiddelde waarden
van het nachtverbruik in de verschillende maanden
van het jaar.
d
d
In 2 100 gevallen is een onderzoek ingesteld in
percelen, waarin een abnormaal verbruik werd ver
ondersteld. In 890 gevallen werden min of meer ern
stige gebreken aan drinkwaterinstallaties geconsta
teerd. Daarbij werden o.a. 88 gebreken aan closet-
stortbakken, 452 lekken in binnenleidingen (waar
onder 342 ondergrondse lekken), 112 defecte stop
en tapkranen en 63 aftapkranen in geopende stand
aangetroffen. Door de genoemde gevallen van abnor
maal verbruik was naar schatting ongeveer 77 600 m3
water extra verbruikt.
In de volgende tabel zijn de aantallen in het verzorgingsgebied geplaatste watermeters opgenomen.
De als bijlage II bij dit verslag gevoegde grafiek
geeft over de jaren 1934 tot en met 1955 in procen
ten van de opgepompte hoeveelheid water een over-
z ht van de over de watermeters geleverde en door
meters aangewezen hoeveelheid water (waaronder
aan andere voorzieningsgebieden geleverde hoe-
Iheid), de eveneens over watermeters geleverde,
ch niet door de meters aangewezen hoeveelheid, de
g chatte hoeveelheden, die door lekken in hoofd- en
c nstleidingen zijn weggestroomd, en de hoeveel-
den, die naar schatting of volgens meting voor
'schillende, op de bijlage genoemde, doeleinden
a gebruikt.
312 I
h. Diverse distributie-
aangelegenheden.
Het waterverbruik gedurende de uren van mini-
mumverbruik in de nacht (het z.g. nachtverbruik)
varieerde van 215 tot 550 m3/h en bedroeg gemid-
VERSLAG DER DUINWATERLEIDING.
het Pompstation te Bergambacht.
250 mm.
Grootte.
Totaal.
600 mm.
Grootte.
Aantal
2
2
2
6
2
Aantal
Totaal.
7 m3.
10 m3.
20 m3
30 m’.
50 m3.
80 m3.
5 m3.
(19 mm) (25 mm) (32 mm) (38 mm)i(50 mm)[(75 mm)'(IOOmm)
254
166
II
32
39
19
1 137
2
12
2
1
23
46
6
2
1
1
256
218
1 270
213
12
40
Totaal
146 139
44
Nachtverbruik.
jan.
febr.
april.
Maand.
juli.
dec.
sept.
oct.
aug.
Nachtverbruik in m’/h
335
342
304
309
310
305
348
350
337
314
306
6,4
6,2
6,2
5,8
6,3
6,4
6,7
7,3
7,5
6,4
6,6
6,7
1
3
36
168
39
Watermeters voor aangesloten perceien, met
inbegrip van de tussenmeters met afzonder
lijk minimum en de bijmeters
Watermeters voor afgesloten percelen
Tussenmeters zonder minimum
Watermeters in gebruik aan het Pompstation
van het Bedrijf
Overige watermeters in gebruik voor diverse
doeleinden
Standpijpen met meters
Meters op sproeiwagens
Idem per duizend van het gemiddelde
verbruik per etmaal over de maand
Vermogen
(grootte).
3 m3.
j (13 mm)
145 955
101
32
maart.
5 I
122
3
42
5
45
i Woltman-
meters.
147 781
101
32
55
210
3
148 228
Schoepen- en volumemeters.
Meetflenzen in gebruik aan
Dienst voor abnormale verbruiken.
1 200 mm. 1 400 mm.
Venturimeters, in verschillende uitvoeringen, in gebruik aan
‘iet Pompstation te Bergambacht.
Indeling van het waterverbruik.
nov.
mei. juni. I
Waterverbruik gedurende de nachturen.