21 4 De directeur, J. H. BAKKER 7 In de bijgevoegde tabellen en statistische overzich ten zijn de gebruikelijke gegevens van het Bedrijf over het verslagjaar opgenomen. Bovendien zijn aan het verslag toegevoegd de rekeningen van baten en lasten over het jaar 1955 en de balans per 31 decem ber van dit jaar. In het voorafgaande is vermeld, dat de goede voort gang der werkzaamheden kon worden gehandhaafd De uitvoering van de werken, waartoe in het verslag jaar is besloten, en de voorbereiding en uitvoering van andere werken, welke reeds gedeeltelijk in pro jectstadium zijn, zullen het nodig maken, dat ook in de komende jaren veel werk moet worden verricht om aan de behoefte aan elektrische energie te kunnen voldoen. Het mag tot tevredenheid stemmen, dat in het jaar 1955 de basis, waarop verder gebouwd moet worden, kon worden verbreed. c. Incasso en meteropneming. In het vorige jaarverslag werd melding gemaakt van een min of meer belangrijke achterstand in de meteropneming, welke ontstaan was ten gevolge van de samenvoeging van de verbruikersadministratie voor gas en elektriciteit. Met voldoening kan thans worden gemeld, dat bedoelde achterstand geheel is ingehaald. Krachtens een besluit van de Gemeenteraad van 28 november 1955 (bijlage 770) is het incassobureau voor gas en elektriciteit belast met de inning van de reinigingsrechten. Aangezien dit mede betrekking heeft op ca. 12 000 ingezetenen, die noch als gas- noch als elektriciteitsverbruiker zijn geregistreerd, is de kwitantieproduktie voor de mechanische admini stratie dus belangrijk verzwaard. Het aantal te pro duceren kwitanties (nota’s) bedraagt thans bijna 300 000 per periode van 2 maanden. VERSLAG VAN HET GEMEENTELIJK ELEKTRICITEITSBEDRIJF 10. Slotbeschouwing.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1955 | | pagina 337