28 16 VERSLAG GEMEENTEWERKEN FINANCIEEL OVERZICHT. Gemeentewerken De rekening geeft aanleiding tot de volgende opmerkingen. A. REKENING VAN BATEN EN LASTEN (bijlage 1). 400.000,—i 2.084.750,— 2.023.766,99 1.853.750,— 231.000,— 150.000,— ƒ9.041.000,— ƒ9.124.875,11 8.260.000,— 781.000,— Totaal 1) Afhankelijk van de weersgesteldheid werd op deze verhoging een eventuele overschrijding van f 100.000,geannonceerd. B. Opbrengst. Boekwaarde. 9.848,86 Totaal 3.764,56 w Baten Het totaal van de baten is rond 3.400.000,hoger dan de oorspronkelijke begroting, zodat 8 ’/2 meer is verwerkt dan is begroot. Vervreemde kapitaalsgoederen welke: a. meer hebben opgebracht dan de boekwaarde b. minder hebben opgebracht dan de boekwaarde c. de boekwaarde hebben opgebracht d. geen boekwaarde meer hadden Oorspronkelijke begroting. Gevraagde verhoging. Totale begroting. 1.516,69 387,52 1.860,35 2.206.938,92 3.423.578,98 Verwerkt bedrag. 937.168,46 533.421,76 2.521,25 60,87 1.860,35 5.406,39 2.198.250,— 2.928.000,— ƒ2.198.250,— 3.328.000 819.000,— 461.000,— 969.000,— 461.000 Rekening van van 's-Gravenhage over 1955. De uitkomsten van de Artikelen II t/m VIII, in totaal rond ƒ34.200.000,liggen rond ƒ2.460.000,hoger dan het begrote bedrag van 31.740.000,of wel bijna 8%. De verschillen op de afzonderlijke artikelen zijn aanzienlijk groter, hetgeen een gevolg is van de omstandigheid, dat de begroting voor deze artikelen niet nauwkeurig is op te stellen omdat bij de samen stelling daarvan nog niet met zekerheid bekend is welke werken ter uitvoering aan Gemeentewerken zullen worden opgedragen. Ook bij deze artikelen hebben de loon- en prijsstijgingen hun invloed doen gelden. Lasten. Als gevolg van de grotere omvang van de uitgevoerde werken en de verleende diensten zijn uiteraard ook de uitkomsten van de lastenartikelen I t/m III hoger dan de begroting. De uitkomst van artikel IV (rente en afschrijving) is hoger als gevolg van een extra afschrijving van rond 83.000, De uitkomst van Artikel I is rond ƒ865.000,hoger dan de raming. Op 10 mei 1955 en 24 november 1955 is aan Burgemeester en Wethouders op grond van de noodzakelijk gebleken grotere omvang van bepaalde werkzaamheden en als gevolg van de 6 loonsverhoging per 1 oktober 1954, verhoging gevraagd van enkele onderdelen van dit artikel tot een totaalbedrag van ƒ781.000,Een overzicht van de op dit artikel uitgevoerde werkzaamheden toont het volgende staatje: REKENING VAN KAPITAALSONTVANGSTEN EN -UITGAVEN (bijlagen 2 en 3). Van het totaal beschikbare bedrag voor aanleg en uitbreiding van kapitaalsgoederen ad 7.694.586,(Artikel 1) is in 1955 rond f 367.000,verwerkt. Van het resterende krediet dient 7.307.800,te worden overgebracht naar de kapitaaldienst van 1956 in verband met reeds aangegane verplichtingen en voor de voltooiing van het eerste gedeelte en de bouw van het tweede gedeelte van het nieuwe gebouwencomplex voor Gemeentewer ken. Een bedrag van ruim 19.000,kan, als zijnde niet be nodigd, worden afgevoerd. De door afschrijving vrijgekomen middelen (Artikel II der Inkomsten) bedragen rond 70.000,meer dan is begroot, hetgeen hoofdzakelijk het gevolg is van een extra afschrijving op gebouwen van rond ƒ79.000, De boekwaarde van de voorraden is in 1955 met rond 206.000,verminderd (Artikel IV der Inkomsten), hetgeen voornamelijk het gevolg is van een kleinere voorraad bestratings- materiaal. Ter toelichting van Artikel III der Inkomsten en Artikel IV der Uitgaven dient het volgende overzicht. Onderhoud gebouwen en meubilair I Onderhoud straten, pleinen enzi Onderhoud en exploitatie riolen, bruggen, vaarten, gemalen enz Schoonmaakwerkzaamheden en diensten t.b.v. het onderwijs Overige werkzaamhedeni

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1955 | | pagina 442