f HOOFDSTUK I. gemeentelijke woningdienst. VERSLAG OVER HET JAAR 1955. De Gemeentelijke Woningdienst werd beheerd door Burgemeester en Wethouders, bijgestaan door de Com missie voor de Plaatselijke Werken en Eigendommen. Het bij de Gemeentelijke Woningdienst werkzaam zijnde personeel bestond op 31 december 1955 uit: 177 ambtenaren in vaste dienst (waarvan 3 gedeta cheerd bij de Stichting „Centraal Woningbeheer” en 1 bij Gemeentewerken); 45 ambtenaren in tijdelijke dienst; 8 ambtenaren op arbeidsovereenkomst (waar van 3 mindervaliden)5 werkvrouwen in dienst van de beheerder der dienstgebouwen. Per 1 januari 1955 werd bij de Gemeentelijke Wo ningdienst voor het eerst een adjunct-directeur be noemd, nadat de betrokken functie sedert 1 januari 1954 was vervuld door een hoofdarchitect-afdelings- chef met de persoonlijke titel van adjunct-directeur. De uitvoering ondervond oponthoud door onregel matige en vaak te geringe aanvoer van gevelsteen, terwijl in de maanden januari en februari door on werkbaar weer een maand produktie verloren ging. Loonsverhogingen, stijging van materiaalprijzen en het gebrek aan geschoolde arbeiders zijn oorzaken van een stijging der bouwkosten, terwijl deze factoren eveneens een ongunstige invloed hebben gehad op het verlenen van opdrachten en de uitvoering van de bouw werken. In het verslag over 1954 werd reeds gerept van een zekere spanning tussen de aanbiedingen van de aan nemers en de door het Rijk gehanteerde curveprijs. In het verslagjaar heeft deze curveprijspolitiek zeer belemmerend gewerkt, waardoor de gunningen vaak ernstig werden gestagneerd. Pogingen om tot een op lossing van deze moeilijkheid te geraken hebben geleid tot onderhandelingen met een drietal systeembouwers. Deze vaak zeer moeizame onderhandelingen resulteerden in het voorstel van 4 oktober 1955 aan de Gemeenteraad om het College van Burgemeester en Wethouders te machtigen met de daarvoor in aan merking komende aannemers meerjarige contracten voor systeembouw aan te gaan. Het laat zich aanzien dat begin 1956 deze contracten verwezenlijkt kunnen worden. De bovenvermelde moeilijkheden met de cur veprijs zullen daardoor voor een groot deel onder vangen worden. Gedurende het verslagjaar werd zowel uit binnen- als buitenland blijk gegeven van grote belangstelling voor de nieuwe bouw in Moerwijk, Morgenstond en Bouwlust. Behalve Nederlandse belangstellenden wer den bezoekers uit de volgende landen rondgeleid: Duitsland, Ecuador, Engeland, India, Indonesië, Israël, Italië, Japan en Peru. Gelet op de steeds toenemende internationale be langstelling voor de woningwetbouw en met inacht neming van het feit dat het aantal te bezichtigen com- plexen zich sterk uitbreidt, wordt de behoefte aan de I in het verslag over 1954 bedoelde expositieruimte zeer dringend. Dit klemt temeer, aangezien het noch aan de hand van kaarten, noch tijdens de rondleidingen, wel moge lijk is om de bezoekers een juist inzicht te geven van de totale wijkopbouw. Een permanente maquettezaal I zal hiervoor de oplossing moeten zijn. Hoewel overleg terzake reeds geruime tijd gaande is, I stuit de realisering van dit plan op het gebrek aan een I daarvoor geschikte ruimte. HOOFDSTUK II. In 1955 werden 2 013 woningen opgeleverd (tegen 2 086 in 1954); in uitvoering waren op 31 december 1955 2 379 woningen (tegen 3 456 woningen op 31 de cember 1954). Het aantal woningen, waarvoor de plannen in het stadium van voorbereiding verkeren (waarvoor op dracht tot het maken van het schetsplan, maar nog geen bouwvergunning werd verleend), bedroeg op 31 december 1955 6 100. Een gedeelte hiervan zal waar schijnlijk naar de particuliere sector worden overge heveld. BIJLAGE 30 ALGEMEEN. Beheer. Personeel. 1 Stagnatie. Bouwkosten. WONINGWETBOUW. A. ALGEMEEN. Bouw van nieuwe woningen door de Gemeente en toegelaten verenigingen en stichtingen. Rondleidingen.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1955 | | pagina 455