32 1 17 446 253 9 24 286 160 I 4 De Directeur van het Gemeentelijk Bouw- en Woningtoezicht, N. J. RENGERS, wnd. Krachtens de Elektromotorenverordening werden 17 vergunningen verleend, welke betrekking hadden op onderstaande inrichtingen In één geval werd door de concessionaris beroep ingesteld tegen het besluit, waarbij aan de reeds ver leende vergunning nieuwe voorwaarden werden toege voegd. Hierop werd door de Kroon nog geen beslissing ge nomen. In één geval werd door omwonenden beroep ingesteld tegen het besluit, waarbij de vergunning werd verleend. Dit beroep werd door de Kroon ongegrond verklaard. De vier aan het begin van het verslagjaar nog lopende beroepszaken werden door de Kroon eveneens ongegrond verklaard, waarbij in één geval aan de ver gunning een nieuwe voorwaarde werd toegevoegd. Afgedaan in 1955: verleende vergunningen kennisgevingen als bedoeld in de Verorde ning krachtens artikel 4, lid 1 der Hinder wet van 2 juni 1875 vergunningen geweigerd aanvragen ingetrokken of gedeponeerd 160 286 confectie-, lingerie-, borduurinrichtingen en kleermakerijen koelinrichtingen was- en strijkinrichtingen schoenmakerijen en schoenreparatie-inrichtingen 6 8 161 50 303 15 3 7 1 6 in behandeling ultimo 1955 Het overzicht van de verschillende inrichtingen waarop de verleende vergunningen en kennisgevingen betrekking hadden, gesplitst naar de oprichting van nieuwe en de uitbreiding en/of wijziging van bestaande inrichtingen, is opgenomen in de bijlage V. De bovenvermelde vergunningen werden door Bur gemeester en Wethouders verleend met uitzondering van twee vergunningen, welke overeenkomstig de Hinderwetsbepalingen, door het Provinciaal Bestuur van Zuid-Holland werden verleend. In 19 gevallen werd verlenging verleend van de in de vergunning vervatte voltooiïngstermijn. In één geval werden ingevolge artikel 26 der Hinder wet aan een voorwaardelijk verleende vergunning nieuwe voorwaarden verbonden. In één geval werden ten aanzien van een inrichting, waarvoor een verklaring als bedoeld in artikel 36 der Hinderwet was afgegeven, krachtens artikel 26 dier Wet, alsnog voorwaarden opgelegd. Behandeld zijn 227 klachten betreffende hinder van industrieële vestigingen, waarvan er 54 ongegrond wer den bevonden. Wegens handelingen in strijd met de Hinderwet werden 12 processen-verbaal opgemaakt. t a bovendien ontvlammingspunt van benzine enz. percentage vluchtig van brandstoffen 26 3 555 235 222 273 5 1 766 300 49 34 11 14 17 74 HINDERWET c.a. Het aantal aanvragen om vergunning ingevolge de Hinderwet, in behandeling op 1 januari 1955, bedroeg ingekomen in 1955 Door Burgemeester en Wethouders werden 164 ver gunningen krachtens de Garageverordening verleend. In twee gevallen werd de gevraagde vergunning ge weigerd. Behandeld zijn 56 klachten betreffende hinder van het stallen van motorvoertuigen, waarvan er 2 onge grond werden bevonden. Door houders van liften werden in het verslagjaar 764 certificaten van deugdelijkheid overgelegd, als be doeld in artikel 4 der verordening. Verleend werden 7 vergunningen ingevolge artikel 120, par. 5 van de Bouw- en Woonverordening, voor het hebben van brandstoffen-opslagplaatsen. In één geval werd de gevraagde vergunning gewei gerd. Behandeld zijn 3 klachten betreffende hinder van kolenstof, welke alle gegrond werden bevonden. LABORATORIUM. In 1955 werden de navolgende monsters onderzocht: kalkzandsteen „gewoon” kalkzandsteen „klinkers” cement tras, gips, schelpkalk, magnesiet enz. beton (kuben, staven, cilinders, enz.) tegels, betonbanden, vloerelementen van beton zand grind bijzondere toeslagstoffen natuursteen gebakken steen, pannen straatklinkers sintelsteen, drijfsteen, hoogovensteen, cellen steen, enz isolatiemateriaal, plafondmateriaal ijzer- en andere metalen kolommen, palen, buizen, enz water, dichtingsmiddelen, weegtoestellen en diversen VERSLAG VAN HET GEMEENTELIJK BOUW- EN WONINGTOEZICHT Elektromotoren verordening. Beroep. Garages. Liftenvordening. Brandstoffenopslagplaatsen.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1955 | | pagina 502